Oppassen

‘Willen jullie niet eens een avondje lekker samen naar de film? Eerst met z’n tweeën wat eten?’ Het is hun trouwdag en ik vind dat die moet worden gevierd. En ik vind dat de twee kleintjes dan bij mij moeten logeren. Twee…Dat is meer dan één. Dat is een uitbreiding van mijn vaardigheden. Ik heb per slot van rekening vijf kleinkinderen: één te gast is geen probleem en nu ga ik oefenen met twee.

Mijn zoon en zijn vrouw kijken elkaar aan, ik zie ze denken: uitslapen! Het besluit is vlug genomen en zo arriveert de karavaan met opklapbedje, flessen en spenen, papieren luiers, potje fruithap, schone kleren en al het lievelingsspeelgoed. Onderschat dat niet, want baby’s van negen maanden en meisjes van vierenhalf hebben heel wat spullen nodig om de tijd mee te dood te slaan. Zo heeft mijn kleinzoon, die het achteruitkruipen zojuist letterlijk onder de knie heeft gekregen (vooruit is nog te ingewikkeld, maar achteruit gaat het razendsnel) een baby-laptop!

 

Op die laptop zitten knoppen.

Als hij daar met zijn kleine vuistjes op drukt, klinkt een sprook-jesstem die roept: ‘Dit is mijn hand! Dit is mijn voet! Dit is mijn handschoen! Dit is mijn sok! Dit is mijn hart!’ Iedere ingedrukte knop heeft een brandend lampje met een afbeelding en als hij ‘dit is mijn hart’ heeft ingedrukt, klinkt er vriendelijk gebonk, dat een hartklop moet voorstellen. Ook zit er een mu-ziekknop op het ding: als mijn kleinzoon zin in muzikale afwisseling heeft, drukt hij die in en hoort dan het bekende babyrepertoire, zoals ‘schuitje varen’ en ‘slaap kindje slaap’. Zijn zus van vierenhalf is stinkend jaloers, en haar vriendinnetje ook. Mijn kleinzoon moet zijn opwindend bezit met hand en tand verdedigen.

Pa en moe vertrekken, mijn oppastaak begint. Mijn huis verandert snel in een geweldige, vrolijke chaos. Mijn kleinzoon eet een korst brood en morst daarbij flink, mijn kleindochter savoureert een croissantje al lopend. Een kruimeltapijt strekt zich uit tot in mijn bed, want het is heel gezellig om met z’n drieën in dat grote bed televisie te kijken, voor te lezen, te zingen en te eten! Als ze in bed liggen, besluit ik ook maar horizontaal te gaan.

Dat blijkt een goeie zet te zijn, want om halftwee begint mijn kleinzoon een babbel- en zanguurtje. ‘Ik was nog vergeten je te vertellen dat hij ‘s nachts altijd een poosje héél gezellig is,’ vertelt mijn schoondochter mij de volgende dag. Het mannetje ligt met grote wakkere ogen in zijn bedje en houdt een muzikale monoloog. En inderdaad, na een uur valt hij weer in slaap. Ik ben klaarwakker en slaap tegen zes uur in. Om halfzeven vindt mijn kleindochter het de hoogste tijd voor een verse croissant en ander voedsel…Met halfdichte ogen vervul ik mijn grootmoederplichten.

Als ik haar beleefd om een ochtendkus vraag, antwoordt zij: ‘Mijn batterij is op!’ Maar gelukkig, na het offreren van een chocolaatje is haar batterij weer opgeladen en wordt oma geknuffeld.

Mijn kinderen komen tegen elf uur uitgeslapen en uitgerust hun heerlijke kroost weer ophalen. Iedereen tevreden en blij. Oma ook. Ook mijn batterij is weer helemaal opgeladen. Een van de allerheerlijkste dingen van het grootouderschap is ook dat ‘ze’ weer worden opgehaald. Dat ik mag uithijgen, mijn versleten nekwervels door krachtige oefeningen weer in het gareel rekken, en mijzelf stilletjes afvragen hoe ik het in ‘s hemelsnaam ooit zelf voor elkaar kreeg: vijf kinderen grootbrengen. Vijf, van wie de oudste drie allemaal tegelijk klein waren…