Koopgedrag

Soms roept er een stem diep in mijn binnenste: ‘Zuinig! Wees zuinig! Draai het licht achter je uit! Je hebt geen nieuwe regenjas nodig!’ Enzovoort, enzovoort, enzovoort. Af en toe hoor en lees je iets over mensen die zuinig leven tot een ware sport hebben verheven. Er bestaat een Vrekkenkrant, er schijnt een blad Genoeg te zijn. Ja, dat is het gevoel: genoeg! Maar ondanks die fraaie gevoelens ontstaan bij mooi weer plotseling kriebels. Koopkriebels. En ook al heb je alle soorten kleren en schoenen voor alle soorten weer en gelegenheden in de kast, je móét eropuit. Je wilt shoppen. ‘Shop till you drop!’ stond er laatst op een kaartje voor de uitverkoop, oftewel: ‘Winkel tot je erbij neervalt!’

 

Toen ik nog in gezinsverband leefde, kocht ik weleens iets hoogst onverantwoords. Een buitenbudgettair mantelpakje. Of een wufte ochtendjas. Of schoenen met idioot hoge hakken. Thuisgekomen verstopte ik die aankoop diep achter in de kast. Tot het klimaat mij gunstig genoeg leek om het te voorschijn te halen, héél achteloos en nonchalant.

Het gezin reageerde ogenblikkelijk: ‘Leuk zeg!’ Of: ‘Nou nou, wat een bespottelijke schoenen!’ Ook wel: ‘Waar dacht jij die luxe ochtendjas ooit te dragen? Bij de was?’ Ik sloeg ogenblikkelijk in de verdediging.

‘Uitverkoop!’ riep ik luid en duidelijk. ‘Het was heel voordelig!’ Laf gedrag, het was kinderachtig en laf gedrag.

Tegenwoordig hoef ik uitsluitend verantwoording tegenover mijzelf af te leggen. Toch moet ik nog steeds de neiging bedwingen om bij heftige aankopen de zak of de doos met het nieuwe spul niet eerst een maandje achter in de kast te verstoppen. Als een hond die genoeg heeft gegeten en zijn bot daarom begraaft! Schuldgevoel, raar schuldgevoel, drijft mij tot dit idiote gedrag.

 

Soms houd ik wekenlang zuinig gedrag vol. En dan, of er een virus bezit van mij neemt, moet ik eropuit. En nu heb ik iets bedacht om mij te verweren tegen onverantwoord koopgedrag. Ik stap onbekommerd de heerlijkste winkels binnen, ik aai hier een stinkdure tas, daar een wilde kasjmieren sjaal. Ik betast het prijskaartje, oef, wat een stuitende bedragen! Maar ik ben niet bang, ik houd de tas voor een grote spiegel langs mijn lijf. Help…wat staat dat ding goed. Nu drapeer ik de vlinderlichte sjaal om mijn schouders…Ach, wat mooi! Ik geniet. Dan vouw ik de sjaal op, onder de welwillende blik van de verkoopster. De tas zet ik terug op het schap. De blik van de verkoopster wordt iets minder welwillend. Ik glimlach vriendelijk.

‘Ik wil er nog even over nadenken, begrijpt u?’

Relaxed stap ik de winkel uit. Ik schuifel tevreden door de stad, hier de neus tegen de etalageruit gedrukt om mijn oog te laven aan antieke parelkettingen, daar binnenstappend om allerlei stoffen tussen duim en wijsvinger te betasten. Mijn smaak wordt niet gehinderd door de prijs van de dingen, ik mag mooi vinden wat ik maar wil. Heerlijk! Ik winkel zonder één frustratie.

Na mijn tocht gun ik mezelf een schuimende cappuccino in de koffieshop. Gut, wat heb ik lekker gewinkeld! Voor maanden genoeg gezien!

‘s-Avonds bel ik mijn dochter om haar op de hoogte te stellen van alles wat ik niet heb gekocht: ‘Een beeldige tas, helemaal te gek! Eenheerlijke sjaal!’

‘Ma, je bent een luxekip!’ roept mijn dochter mij toe.

‘Maar ik heb niets gekocht! Behalve een waslijn, de oude is doorgeroest.’

‘Ook niks in de uitverkoop? Wat je achter in je kast een poosje verstopt?’

‘Nee, schat, helemaal niks.’

‘Ma, je bent een grote meid geworden. Als je zo doorgaat, word je nog een vermogend oud vrouwtje!’

Ik sla de ironie in mijn dochters stem maar over. Ik ben het levend voorbeeld dat je koopgedrag kunt veranderen. Voor hoe lang? Ik houd u op de hoogte.