Hoofdstuk 2

 

 

 

Omdraaien en weglopen was niet mogelijk: ze werd eenvoudigweg voortgestuwd door de reizigers achter haar.

‘Ben jij niet Rhianna Carlow?’ vroeg een stem naast haar. ‘Lady Ariadne uit Castle Pride? Wat een geluk! Mag ik je een paar vragen stellen?’

Rhianna draaide zich om en keek recht in het magere gezicht van een jongeman met bruine, glad achterovergekamde haren en een zelfverzekerde glimlach. Haar opluchting was echter van korte duur.

‘Mijn naam is Jason Tully,’ hernam de man. ‘Ik ben van de Duchy Herald. Mag ik vragen wat je zo ver van Londen doet? Zijn ze soms van plan om de volgende reeks van Castle Pride in Cornwall op te nemen?’

‘Niet dat ik weet.’ Dit moest ze aankunnen, dacht ze, zich pijnlijk bewust van de priemende blik van Diaz Penvarnon, die haar inmiddels tot op een paar meter genaderd was. ‘Ofschoon daar natuurlijk niets op tegen zou zijn,’ voegde ze er met een geforceerde glimlach aan toe. ‘Nee, ik ben hier vanwege privéredenen.’

Meer wilde ze er niet over kwijt, want als de pers er lucht van kreeg dat ze hier was in verband met een bruiloft, zouden ze in groten getale bij Polkernick Church komen opdraven. Iets wat door bepaalde personen ongetwijfeld geïnterpreteerd zou worden als een opzettelijke poging van haar om de bruiloft te saboteren.

‘Juist, ik begrijp het.’ Hij gaf een seintje aan een oudere man die een camera bij zich had en tuurde over haar schouder. ‘Ben je alleen gekomen, Rhianna? Ik zie geen partner.’

‘Ik ben hier om een paar vrienden op te zoeken.’ Ze durfde Diaz niet aan te kijken.

‘O ja?’ Jason Tully grijnsde veelbetekenend. ‘Je weet waarschijnlijk al wel dat je mannelijke tegenspeler Rob Winters gaat scheiden? Het is net bekend geworden. Wat betekent dat voor jou?’

O, daarom keek je achter me, kleine rat, dacht ze grimmig. Je verwachtte nog iemand uit de trein te zien stappen. Ze kreunde inwendig.

‘Dat is nieuw voor mij,’ antwoordde ze rustig, wetende dat Diaz ieder woord kon verstaan en dat hij bovendien niet de enige was. ‘En mocht het bericht inderdaad waar zijn, dan vind ik dat heel erg. Laten we hopen dat ze het weer gauw bijleggen.’

‘Maar jij en Rob Winters kunnen het toch zo goed met elkaar vinden?’ drong hij aan. ‘Die liefdesscènes in de laatste reeks afleveringen logen er niet om.’

‘Bedankt voor het compliment,’ zei ze. ‘Het betekent dat we ons werk goed doen. We zijn namelijk allebei acteur van beroep, Mr. Tully. We worden betaald om een rol te spelen.’ Zij werd er bovendien goed voor betaald, maar dat ging hem niets aan. ‘Als dat het was, dan zou ik nu graag –’

‘Nog even een foto, als u het niet erg vindt,’ zei Tully haastig. Hij keek naar Diaz die er al die tijd zwijgend bij had gestaan. ‘En wie bent u?’

‘Ik ben hier om Ms. Carlow op te halen.’ Hij deed een stap naar voren om Rhianna’s bagage, die bestond uit een reiskoffertje en een kleine tas met haar geld, haar treinkaartje en andere belangrijke zaken, van haar over te nemen. ‘Ik wacht bij de auto op u, mevrouw,’ zei hij, waarna hij zich, nagestaard door Rhianna, in de richting van de uitgang begaf.

‘We waren hier eigenlijk om een reportage te maken over de reparaties aan het spoor waar maar geen schot in lijkt te zitten,’ vertelde Jason Tully enthousiast, terwijl Rhianna geduldig voor de fotograaf poseerde. ‘Maar dit is echt een meevaller.’

Een meevaller voor jou, dacht ze, maar ik zit mooi met de brokken.

‘Nou, veel plezier dan maar met je, eh… vrienden,’ zei hij toen ze aanstalten maakte om weg te lopen.

Ze kon hem wel wurgen, maar schonk hem in plaats daarvan een oogverblindende glimlach. Hij hoeft zijn mobieltje maar te pakken en hij is op de landelijke televisiezenders te zien, dacht ze geïrriteerd. Ik hoop maar dat die idioot van een Rob bij zijn ouders in Norfolk zit en niet dramatisch gaat zitten doen door ergens anders onder te duiken. In ieder geval niet ergens ten westen van Bristol.

Het had geen zin om zich daar nu druk over te maken. Ze had al genoeg problemen, waarvan de grootste haar opwachtte, geleund tegen zijn jeep en met een uitdrukking op zijn gezicht die niet veel goeds beloofde.

Ze kreeg een droge mond en merkte dat ze klamme handen had. Het liefst zou ze hard zijn weggerend, maar ze kon nergens heen. Ze kon alleen nog maar terugvallen op haar acteertalenten.

Plankenkoorts, dacht ze. Ik doe net of ik last van plankenkoorts heb. Zodra ik het toneel op stap, valt alles van me af en geef ik de voorstelling van mijn leven.

‘Mr. Penvarnon,’ zei ze koeltjes. ‘Wat een verrassing. Ik wist niet beter dan dat je aan de andere kant van de wereld zat.’

‘Had je gedroomd,’ zei hij, terwijl hij het portier voor haar openhield. ‘Op grond van die aanname besloot je zeker om mijn goede raad in de wind te slaan?’

‘Goede raad?’ Ze trok haar wenkbrauwen op. ‘Was dat wat het was?’ Ze klom in de auto en trok demonstratief haar eenvoudige ecru jurk tot over haar knieën. ‘Ik kreeg toch sterk de indruk dat het een dreigement was. En ik ben nogal, eh… allergisch voor dreigementen.’

‘Maar voor het beantwoorden van pijnlijke vragen van een lastige verslaggever draai je je hand niet om, zag ik,’ zei Diaz schamper. ‘Je zei gelukkig niet dat jullie gewoon goed bevriend waren toen die vent over Rob Winters begon. Dat is zo’n stom cliché.’ Hij zweeg een ogenblik. ‘Maar wat betekent hij dan voor je? Zoek je soms troost bij hem nu je grote liefde met een ander trouwt?’

Ze dacht dat ze een hartstilstand kreeg, maar wist zich snel te herstellen. ‘Nee,’ antwoordde ze rustig. ‘Ik ben met zowel Rob als met zijn vrouw bevriend, maar ik heb een sterkere band met Daisy. We kennen elkaar nog van de toneelschool. Ze hebben het momenteel moeilijk omdat zij een kind wil, en dus ook wil stoppen met werken, terwijl hij ervan droomt om samen met haar als acteursechtpaar de top te bereiken. Het is niet aan mij om dat aan de grote klok te hangen.’

Ze haalde diep adem. ‘Ik vertel je dit alleen maar omdat ik doodziek word van het feit dat iedereen ervan uitgaat, dat ik het voorzien heb op mannen die gebonden zijn.’

‘Aandoenlijk dat je zo voor jezelf opkomt,’ merkte hij op, terwijl de jeep in beweging kwam. ‘Helaas voor jou heb je de schijn tegen.’ Hij trok een mondhoek omhoog. ‘Misschien is het iets genetisch.’

‘Zo moeder, zo dochter, bedoel je zeker,’ zei ze. ‘Waarom kom je er niet rond voor uit, Diaz? Mij maakt het niet uit, want ik weet dat mijn moeder, wat ze ook gedaan heeft, dat uit liefde zal hebben gedaan, en op dat punt ben ik net zo, ja.’

‘Applaus en… doek!’ zei hij spottend. ‘Briljant, die kleine vibratie in je stem. Het klonk heel authentiek. Je kunt zo het toneel op. Jij hoeft helemaal niet uit de kleren op televisie om carrière te maken. Maar ja, misschien krijg je er wel een kick van.’

Hij zweeg een ogenblik. ‘Hoe vond die goede vriendin van je het om te zien hoe jij op televisie een nummertje met haar echtgenoot maakte?’

Rhianna haalde haar schouders op. ‘Ze vond het uitermate grappig.’

Ze wist het nog goed: ze hadden zich doodgelachen, Daisy en zij. Ze hadden bij Daisy in de keuken zitten wachten op Rob, die eten was gaan halen.

‘Weet je hoelang ik bezig ben geweest met het wegwerken van een of ander oneffenheidje op zijn achterste?’ had Daisy huilend van het lachen uitgebracht. ‘Hij was bang dat hij een puist kreeg.’

‘Daar heeft hij anders niets over gezegd,’ had Rhianna hikkend geantwoord. ‘Hij klaagde wel de hele tijd dat het zo vreselijk tochtte in de studio.’

‘Joh, dat doet hij thuis in bed ook altijd.’ Daisy had haar tranen afgeveegd. ‘En steevast op een beroerd moment natuurlijk. Hij is als de dood dat hij kou vat. Sommige mensen hebben champagne in de koelkast liggen, maar onze koelkast ligt vol met gorgelspul.’

Ze waren aan elkaar gewaagd, dacht Rhianna. Rob met zijn ambitie en zijn talent en zijn angsten en Daisy, die stevig met beide benen op de grond stond. Het was voor iedereen duidelijk dat ze stapelgek op elkaar waren, totdat Daisy zich bewust werd van het tikken van haar biologische klok.

Als het waar was dat ze uit elkaar waren, dan was dat vast maar tijdelijk, dacht Rhianna, want ze hoorden gewoon bij elkaar. Het was het soort relatie dat ze zelf ook best zou willen en er waren dan ook wel degelijk momenten waarop ze Rob en Daisy erom benijdde.

‘Dus wat kom je hier doen, Rhianna?’ vroeg Diaz genadeloos haar gedachten onderbrekend. ‘De hemel weet dat er hier niemand om je aanwezigheid staat te springen. Behalve Carrie, maar die moet wel blind zijn. Anders had ze allang ontdekt wat een verraderlijk opportunistisch kreng je in werkelijkheid bent.’

‘Allemachtig,’ mompelde ze. ‘Wat een onverwachte zinswending. Mochten we bij Castle Pride ooit nog eens verlegen zitten om een scriptschrijver, dan zal ik je van harte aanbevelen. Hoewel… Misschien wil je liever taxichauffeur worden?’

‘Je dacht toch niet dat ik Simon de kans zou geven om je af te halen, of wel soms?’ vroeg hij zacht. ‘Want mijn arme, goedgelovige Carrie zou hem dat met een gerust hart hebben laten doen als ik niet had ingegrepen.’

‘Hemel, is hij dan niet te vertrouwen?’

‘Hij wel.’ Zijn stem klonk scherp. ‘Maar jij niet. Jij bent een ongeleid projectiel, de slang die onverwacht kan toeslaan. Denk maar niet dat er ook maar een minuut voorbijgaat zonder dat ik me daarvan bewust ben.’

Even buiten het dorp remde hij abrupt af en bracht hij de auto in de berm tot stilstand. ‘Wat ik nu ga zeggen is niet zozeer een goede raad als wel een waarschuwing die je serieus dient te nemen.’

Hij haalde diep adem alvorens verder te gaan. ‘Jij kunt vrijwel iedere hitsige vent hier in Groot-Brittannië krijgen, maar blijkbaar heb je daar niet genoeg aan. Kennelijk heb je vijf jaar geleden je lesje niet geleerd. Je bedacht een nieuw plan om Simon te krijgen, en deze keer slaagde je in je opzet.’

Hij zweeg een ogenblik. ‘Helaas voor jou was het Rhianna-effect op hem niet van blijvende aard. Wat zal je op je neus gekeken hebben, toen die sukkel van een Simon op het laatste nippertje zijn verstand terugkreeg en zich realiseerde dat hij op het punt stond om hetgeen hem het dierbaarste was weg te gooien. Je wist natuurlijk niet wat je overkwam, want per slot van rekening ben je onweerstaanbaar. Althans, volgens de publiciteitsmachine van het televisiebedrijf.’

Zijn stem werd schor. ‘Je hebt je beste vriendin bedrogen, alleen maar om Simon in je bed te krijgen, om te bewijzen dat zelfs dat je zou lukken. Niettemin is zij degene die aanstaande zaterdag met hem trouwt. En als ze daar voor het altaar staan, hou jij je kaken stijf opeen en probeer je op geen enkele andere manier roet in het eten te gooien. Is dat duidelijk?’

‘Zo helder als glas.’ Ze staarde recht voor zich uit. ‘Vertel eens, heb je Simon net zo’n preek gegeven, of ben ik de enige wie deze twijfelachtige eer te beurt valt?’

‘Ik hoefde hem geen preek te geven,’ antwoordde Diaz. ‘Hij heeft duidelijk zijn lesje geleerd en houdt zich gedeisd. Het is zonneklaar dat hij zich wel voor zijn kop kan slaan voor zijn stommiteit. Ik zou zeggen: blijf vooral bij hem uit de buurt,’ besloot hij kortaf.

‘Dat lijkt me geen probleem,’ zei ze. ‘Per slot van rekening slapen we de komende nachten niet onder één dak. En als je je zorgen maakt over wat er overdag niet allemaal zou kunnen gebeuren, geef je de Hendersons tijdelijk een ander onderkomen en zet je mij in het appartement boven de stallen. Daar hoor ik immers thuis?’

‘Sinds wanneer hoor jij thuis op Penvarnon?’

Die opmerking had ze kunnen verwachten. Toch kwam hij keihard aan.

Maar ik heb nooit op Penvarnon willen wonen, schreeuwde ze inwendig. Nooit. Zodra ik weg kon, ben ik ook weggegaan. Ik ben alleen teruggekomen omdat Carrie het zo graag wilde, maar als de bruiloft eenmaal achter de rug is, zul je me hier nooit meer zien.

Ze sprak deze woorden echter niet uit. In het verleden geloofde hij haar ook al niet, dus ze had geen enkele reden om aan te nemen dat hij dat nu opeens wel zou doen.

Het beloofden een paar moeilijke dagen te worden, maar ze zou zich erdoorheen slaan, net zoals ze zich door de uitzichtloze toekomst heen zou slaan.

Hij startte de motor, waarna ze de rest van de weg naar Penvarnon zwijgend aflegden.

 

‘Eindelijk even alleen met zijn tweeën.’ Carries lach klonk nerveus, en haar omhelzing had iets wanhopigs. ‘O, Rhianna, wat ben ik blij dat je bent gekomen. Was het daarnet beneden niet afschuwelijk? Ik bedoel, dat kan je toch niet ontgaan zijn.’

‘De sfeer was niet bepaald gezellig, nee,’ gaf Rhianna toe. ‘Maar ik ging ervan uit dat datmet mijn persoontje te maken had.’

‘Schei toch uit,’ wierp Carrie tegen. ‘Vanwege het verleden? Welnee, daar denkt toch niemand meer aan.’

O nee? dacht Rhianna. Hoe kun je daar nu zo zeker van zijn? Ik ken minstens één persoon die niet vergeten is wat er vroeger is gebeurd, laat staan dat hij bereid is om te vergeven… Ze merkte dat ze nog steeds een beetje uit haar doen was van die laatste opmerking van Diaz.

Toen ze op hun bestemming waren aangekomen, had ze niet geweten hoe snel ze uit de auto moest komen. Bij het uitstappen had ze zich verbeeld dat hij haar naam uitsprak, en heel even was ze in de verleiding gekomen zich om te draaien en hem aan te kijken. Maar ze was afgeleid door Carrie, die enthousiast op en neer had staan springen in de deuropening. Toen ze bovendien had gezien dat Henderson, zoals altijd smetteloos gekleed in een donkere broek en een linnen jasje, al onderweg was naar de auto om haar bagage naar binnen te brengen, was ze zonder omkijken naar het huis gelopen. Tegen de tijd dat ze de hal binnen was gestapt, had ze Diaz weg horen scheuren.

Ze slikte moeilijk en besloot te proberen er verder maar niet meer aan te denken. ‘Wat is er dan wel aan de hand?’ vroeg ze aan Carrie, terwijl ze haar koffer begon uit te pakken.

Carrie slaakte een diepe zucht. ‘Onze moeders zitten elkaar constant in de haren. Het is echt oog om oog, tand om tand. Het lijkt de slag bij Waterloo wel, zegt mijn vader, om vervolgens haastig naar de golfclub te vertrekken. Daar is hij de laatste tijd steeds vaker te vinden,’ voegde ze er ietwat bitter aan toe.

‘Ik denk ook niet dat hij geïnteresseerd is in dingen als tafelschikking, de kleur van de boeketten of het aantal lagen waaruit de bruidstaart moet bestaan,’ reageerde Rhianna meelevend. ‘Hij gaat er waarschijnlijk vanuit dat hij zich maar het beste nergens mee kan bemoeien en dat zijn taak uitsluitend bestaat uit het uitschrijven van cheques. Het is ook niet gemakkelijk voor hem,’ besloot ze. ‘Niet alleen staat hij op het punt om je weg te geven, maar je vertrekt ook nog naar het buitenland.’

‘Alsof ik het daar niet moeilijk mee heb,’ mompelde Carrie ongelukkig. ‘O, Rhianna, ik vraag me af… Doen Simon en ik er wel goed aan?’

Rhianna’s hart sloeg een slag over. ‘Waar heb je het over?’ vroeg ze zo neutraal mogelijk.

‘Over die nieuwe baan van hem. Ik krijg soms het gevoel dat Simon er de nodige twijfels over heeft. Hij is de laatste weken zo stil. Maar als ik vraag wat er is, zegt hij dat er niets is.’

Rhianna voelde het bloed naar haar wangen stijgen en dook haastig in haar koffer, waardoor haar haren voor haar gezicht vielen. ‘Als hij het zegt, zal het wel zo zijn,’ mompelde ze. ‘Het is maar een baan, moet je maar denken. Als het werk hem niet bevalt, neemt hij toch gewoon ontslag?’

‘Ja, dat is zo. Alleen denk ik niet dat Diaz hem dat in dank zal afnemen.’

‘Is het dan van levensbelang om Diaz te vriend te houden?’ vroeg ze half spottend. ‘Of is het een kwestie van gewoonte?’

‘We hebben anders veel aan hem te danken, hoor,’ zei Carrie. ‘Het is dankzij hem dat we in dit huis wonen. Zoiets hadden mijn ouders zich normaal gesproken echt niet kunnen veroorloven.’ Ze zuchtte weer. ‘Daar zal trouwens binnenkort ook een einde aan komen, maar dat zal hij je wel verteld hebben.’

‘Ik weet nergens van.’ Rhianna ging weer rechtop staan. ‘Daar heeft hij het met mij niet over gehad. Zo goed zijn we nu ook weer niet bevriend.’

‘O.’ Carrie fronste haar voorhoofd. ‘Ik kreeg de indruk dat jullie het wel met elkaar konden vinden. Hij bood namelijk spontaan aan om je van het station te halen. Eigenlijk zou Simon je afhalen, maar gelukkig herinnerde Diaz hem eraan dat hij een afspraak had bij de kapper in Falmouth en zei hij dat hij wel naar het station zou gaan.’

‘Wat attent van hem,’ merkte Rhianna op. ‘Maar vertel eens, waarom moeten jullie er binnenkort uit?’

Carrie haalde haar schouders op. ‘Hij heeft plannen om er zelf in te trekken. Kennelijk is hij klaar om zich te settelen. Niet te geloven, hè? Mijn moeder vermoedt dat hij trouwplannen heeft, maar er is voorlopig nog niets wat daarop wijst. Hij neemt in ieder geval niemand mee naar de bruiloft. Hij logeert hier niet eens, want hij heeft een nieuw speeltje.’

‘Speeltje?’

‘Een jacht.’ Carrie sloeg haar ogen ten hemel. ‘Windhover, het superjacht, zoals mijn vader het noemt. Het schijnt een soort drijvende hotelsuite te zijn met alles erop en eraan. Het ligt momenteel in de haven Polkernick. Eergisteren is hij ermee van Falmouth hierheen gevaren. Hij slaapt aan boord, wat mijn moeder een hoop hoofdbrekens scheelt. Altijd wanneer Diaz komt logeren moeten we allemaal van kamer wisselen en aangezien we er niet op hadden gerekend dat hij op de bruiloft zou komen, zou er beslist paniek zijn uitgebroken.’

‘Dat kan ik me voorstellen,’ zei Rhianna. ‘De heer des huizes slaapt natuurlijk in de ouderslaapkamer, of de hele goegemeente daar nu voor moet verhuizen of niet.’ Het was te hopen dat hij veel tijd op die boot zou doorbrengen, dacht ze. Zou hij daarom daarnet zo’n haast hebben gehad? Wilde hij zo snel mogelijk weer terug naar zijn boot?

‘Nou ja, je kunt hem niet kwalijk nemen dat hij behoefte heeft aan zijn eigen ruimte,’ zei Carrie mild. ‘Het is per slot van rekening zijn huis, ook al heeft hij er nooit erg veel tijd doorgebracht. Mijn moeder vindt het heel erg dat hij het nu terug wil.’ Ze trok een grimas. ‘Ze is er na al die jaren aan gewend geraakt om op stand te wonen en ze zal het moeilijk vinden om de rol van kasteelvrouwe op te geven.’

Dat zal ze ook zeker niet zonder slag of stoot doen, bedacht Rhianna, terugdenkend aan de kille blik waarmee Mrs. Seymour haar had begroet.

Ze had op de sofa in de salon gezeten, kaarsrecht en ijzig. ‘Zo, Ms. Carlow,’ had ze gezegd – haar stem nog altijd even messcherp als vroeger. ‘U hebt een voorspoedige reis gehad, neem ik aan? Caroline heeft u de roze kamer toebedacht.’

Was de zolder dan al bezet? En de kerker dan? Rhianna had niets van haar ergernis laten merken en had allerliefst geglimlacht. ‘De roze kamer? Dat klinkt romantisch, Mrs. Seymour. O, wat is het heerlijk om hier te zijn.’ Vervolgens had ze zich, nog altijd glimlachend, tot Simons moeder gewend, die tegenover Mrs. Seymour zat. ‘Mrs. Rawlins, wat leuk om u ook weer eens te zien. Wat ziet u er goed uit.’

Het tegendeel was echter het geval. Mrs. Seymour had een tijd terug haar man verloren en zag er jaren ouder uit. Ze was ook ettelijke kilo’s aangekomen en had een zure trek om haar mond.

‘Rhianna. Je schijnt tegenwoordig in een of andere televisieserie mee te spelen, hoor ik.’ Ze had het gezegd alsof Rhianna tot nu toe haar geld had verdiend met tippelen. ‘Ik kijk bijna geen televisie meer. Het is allemaal even oninteressant.’

‘U hebt groot gelijk,’ had Rhianna toegegeven.

‘Over een halfuur wordt er thee geserveerd, Caroline,’ had Mrs. Seymour toen gezegd. ‘Vraag aan je gasten of ze er iets voor voelen om ons straks gezelschap te houden,’ had ze er na een korte aarzeling aan toegevoegd.

Opgelucht was Rhianna naar boven gegaan. De roze kamer bleek zijn naam eer aan te doen: het was een charmante kamer met crèmekleurig behang en bloemetjesgordijnen en op bed lag een lichtgroene sprei. Moira Seymour mocht dan niet de sympathiekste persoon die er op de aardbodem rondliep, maar op haar smaak viel niets aan te merken.

‘Ik kan me voorstellen dat het moeilijk voor je moeder moet zijn om weg te gaan uit dit huis,’ zei Rhianna langzaam. ‘Maar het is wel een erg groot huis als je maar met zijn tweetjes bent.’

‘Helemaal waar,’ gaf Carrie toe. ‘Maar Diaz zit hier straks in zijn eentje. Tenzij hij inderdaad trouwplannen heeft en een gezin sticht.’ Ze zweeg een ogenblik. ‘Weet jij toevallig of hij een vaste vriendin heeft? Jullie komen elkaar toch wel eens tegen in Londen?’

Rhianna staarde haar vriendin aan. ‘Heeft hij je dat dan verteld?’

‘Hij heeft me verteld dat hij een keer op een receptie was waar jij ook bleek te zijn.’ Carrie haalde haar schouders op. ‘Van een of andere verzekeringsmaatschappij, als ik het me goed herinner.’

‘Klopt. Dat was op een feestje van Apex, een van de hoofdsponsoren van Castle Pride. Maar daar waren zoveel mensen, dus… Nee, ik zou je niet kunnen zeggen of hij iemand bij zich had.’ Dat was een leugen…

‘En hij had je ook gezien op een feestje ter gelegenheid van een première.’

‘Dat zou best kunnen,’ zei Rhianna, terwijl ze de laatste dingen uit haar koffer haalde. ‘Ik weet het niet meer.’ Ze wierp een blik op haar polshorloge. ‘Volgens mij worden we over niet al te lange tijd beneden verwacht. Maar eerst moet je me nog even gauw vertellen waarom je moeder en je aanstaande schoonmoeder op voet van oorlog met elkaar verkeren. Ze waren vroeger toch goed bevriend?’

Carrie slaakte een zucht. ‘Goede vriendinnen zijn ze nooit echt geweest,’ antwoordde ze. ‘De Rawlins hadden hier aanvankelijk een tweede huis. Mijn moeder heeft het niet zo begrepen op mensen die er een tweede huis opna houden. Ze vindt dat Cornwall toebehoort aan de Cornish, en al die lui uit Londen hebben hier niets te zoeken. En dat terwijl zowel tante Esther als zij in Londen geboren en getogen zijn. Dat Mrs. Rawlins hier intussen permanent woont maakt geen verschil.’

‘Maar dat is toch niet de enige reden?’

‘Nee. Toen we plannen wilden gaan maken voor de bruiloft, haakte Margaret af. Ze zei dat wij het maar moesten regelen; ze vond alles best. Dus wij gingen aan de gang.’

Rhianna wist al wat er ging komen. ‘Maar daar kwam ze zeker van terug?’

‘Nou, en hoe,’ zei Carrie fel. Ze begon op te sommen wat ze allemaal niet hadden moeten veranderen. ‘Hoewel we al vrijwel meteen in het begin overeenstemming hadden bereikt over de lijst met genodigden, kwam ze keer op keer aan met weer een naam die absoluut niet op de lijst mocht ontbreken. Met alle gevolgen van dien natuurlijk. Waarschijnlijk is ze nu ook weer hier om iets te veranderen. Verder vond ze de prijs voor de huur van de feesttent veel te hoog. We moesten een offerte aanvragen bij een firma die zij kende, met als gevolg dat de tent die ik oorspronkelijk had willen hebben intussen aan iemand anders werd verhuurd. En vorige week nog vroeg ze met een zielig gezicht of Lead Kindly Light niet aan het programma in de kerk kon worden toegevoegd, want dat was “de lievelingspsalm van mijn arme Cliff”.’

Ze schudde meewarig het hoofd. ‘Het is prachtig hoor, daar niet van, maar niet echt feestelijk. Bovendien waren de programmaboekjes al gedrukt.’ Ze haalde diep adem. ‘Zo, dat lucht op. Al zal het niet lang duren voor ze weer met iets aankomt.’

‘Wat een gedoe, zeg.’ Rhianna keek haar vriendin aan. ‘Kan Simon dan niet eens met haar gaan praten?’

‘Dat heb ik al eens aangekaart, maar Simon wil geen kwaad woord over zijn moeder horen. Ze heeft nog steeds veel verdriet om het verlies van haar man, en we moeten haar maar een beetje ontzien, vindt hij. Vooral omdat we binnenkort naar het buitenland vertrekken.’ Ze zweeg een ogenblik. ‘Hij is er de laatste tijd sowieso niet helemaal bij met zijn hoofd.’

‘O?’ Rhianna pakte snel haar haarborstel. ‘Waar merk je dat dan aan?’

‘Vandaag was hij bijvoorbeeld vergeten dat hij een afspraak bij de kapper had.’ Ze klonk wat verongelijkt. ‘Het is ook al een paar keer gebeurd dat hij niet thuis was toen ik hem op het afgesproken tijdstip opbelde. Hij was het vergeten, zei hij. Hij had ook zoveel te doen.’

‘Waarschijnlijk wilde hij niet toegeven dat hij een kater had na zijn vrijgezellenavond,’ zei Rhianna luchtig.

Carrie keek haar verbaasd aan. ‘Maar dat was eeuwen geleden. Hij is met een paar collega’s naar Nassau gegaan. Het reisbureau had een speciale aanbieding waardoor ze er een paar dagen aan vast konden knopen. Had ik je dat niet verteld?’

‘Inderdaad,’ gaf Rhianna toe. ‘Wat ben ik toch een sufkip. Dat heb je me inderdaad verteld.’

Hoe kon ik dat nu vergeten, dacht ze. Het was immers vlak daarop dat ik ontdekte dat dat reisje niet zonder gevolgen was gebleven… Ze legde de haarborstel neer, al wist ze dat het schaamrood haar opnieuw naar de kaken steeg.

‘Ik hou mezelf de hele tijd voor dat het niets te betekenen heeft,’ hernam Carrie. ‘Dat Simon en ik eindelijk samen een leven kunnen opbouwen als straks deze drukte achter de rug is. Achteraf zal ik waarschijnlijk moeten lachen over al die muizenissen. Ik zou alleen zo graag…’

‘Je zou alleen zo graag Mrs. Rawlins tijdelijk even uitschakelen,’ vulde Rhianna haastig aan. ‘Ja, dat kan ik me maar al te goed voorstellen. Sterker nog, ik zou het je aanraden.’

‘O, Rhianna.’ Glimlachend stak Carrie een arm door die van haar vriendin. ‘Ik ben toch zo blij dat je er bent. Op de een of andere manier lijkt het opeens veel minder erg allemaal.’

Heer in de hemel, bad Rhianna, die haar maag voelde samentrekken. Laten we hopen dat dat ook zo is.

 

Ze voelde zich al niet veel beter toen de eerste de beste persoon die ze in de zitkamer zag, Diaz bleek te zijn. Hij zat in een stoel bij de openslaande deuren in een of ander tijdschrift te bladeren. Kennelijk was hij toch niet zo door zijn nieuwe speelgoed gefascineerd als ze had gehoopt.

Zodra ze de kamer binnen kwamen, stond hij beleefd op. Hij glimlachte, maar de zijdelingse blik die Rhianna opving, was hard en kil. Ze liep hem voorbij en ging ergens zitten waar hij buiten haar blikveld viel. Maar ze bleef zich pijnlijk bewust van zijn aanwezigheid. Het was bijna of hij zwijgend naast haar stoel stond, met een hand op haar schouder.

Ze was met opzet ook niet al te dicht in de buurt van de twee moeders gaan zitten, die haar entree stilzwijgend hadden gadegeslagen. Ze had wel de grote platte doos gezien die Margaret Rawlins bij zich had en vroeg zich af wat erin zou zitten. Het duurde niet lang voor ze antwoord op die vraag kreeg.

‘Caroline, lieve schat,’ zei Mrs. Rawlins, terwijl haar aanstaande schoondochter braaf naast haar eigen moeder plaatsnam. ‘Ik moest een paar dagen geleden aan dat oude bruiloftsrijmpje denken, je kent het wel: iets ouds, iets nieuws, enzovoorts. En toen schoot me nog iets te binnen. Dit droeg ik op mijn trouwdag, en ik heb het altijd bewaard met het idee hem later aan mijn eigen dochter te geven. Nu ik geen dochters heb, zou ik het leuk vinden als jij de traditie voortzette.’

Ze nam het deksel van de doos en haalde er een diadeem uit en een berg witte tule waaraan geen einde leek te komen. Het diadeem had de vorm van een kroon, met op ieder naar boven opstaand hoorntje een grote valse parel.

Een monsterlijk ding, vond Rhianna. Net de kroon van de boze koningin uit Sneeuwwitje, maar dan nog protseriger. Er viel een ijselijke stilte, en ze durfde Carrie niet aan te kijken.

‘Het is een bijzonder lieve gedachte,’ zei Carrie langzaam. ‘Maar ik had besloten om geen sluier te dragen. Een klein toefje bloemen in mijn haar, meer niet. Dat had ik toch uitgelegd?’

‘Jawel, maar een bruidstoilet is toch niet compleet zonder sluier,’ wierp Mrs. Rawlins er opgewekt tegenin. ‘Je mag dan wel een hele moderne, elegante bruidsjurk hebben uitgekozen, maar ik ken mijn zoon Simon lang genoeg om te weten dat hij in wezen behoorlijk conservatief is. Hij zal het erg waarderen als je op je trouwdag ook iets traditioneels draagt.’

Ze keek naar het diadeem. ‘Je moet natuurlijk wel voorzichtig zijn met het kroontje. Het is heel breekbaar en een van de hoorntjes zit niet meer zo goed vast.’

Rhianna sloeg Margaret Rawlins gefascineerd gade. Simons moeder was vroeger geen onsympathiek mens. Ze hield van koken, haar gezin ging voor alles en ze leek altijd met veel plezier mee te doen aan allerlei dorpsactiviteiten. Wat was er in vredesnaam gebeurd waardoor ze zo’n monster was geworden?

Simon conservatief en traditioneel? Was het conservatief en traditioneel om drie maanden voorafgaand aan je trouwdag een verhouding met een andere vrouw te beginnen en tegen die vrouw te zeggen dat je van haar hield? Om een ‘speciale aanbieding van het reisbureau’ te bedenken om nog een paar dagen met je minnares in de Bahama’s te kunnen zijn? En vervolgens zo stom te zijn om haar zwanger te maken?

Allemachtig, ik moet oppassen, dacht ze, een aanval van hysterie onderdrukkend. Dat was bepaald geen traditie die voortgezet moest worden. Ze keek naar Carrie die een benauwde uitdrukking op haar gezicht had. Mrs. Seymour perste haar lippen woedend opeen. De stoom kwam nog net niet uit haar oren.

Op dat moment ging de deur open en kwam Mrs. Henderson binnen met de theewagen. De spanning ebde weg, al was het maar voor even. De thee was uitstekend en ook de grote verscheidenheid aan versnaperingen maakte veel goed. Er waren schalen met sandwiches, een schaal met scones die zo uit de oven kwamen, vergezeld van een kom dikke room en een kom zelfgemaakte aardbeienjam. Verder was er nog een verrukkelijk lichte cake van biscuitdeeg en een grote vruchtentaart.

Tot Rhianna’s teleurstelling kon de thee pas geserveerd worden nadat Mrs. Rawlins haar sluier weer in de doos had geworsteld. Met een juist geplaatst kopje thee zou het probleem immers voorgoed uit de wereld zijn geholpen. Ze moest iets anders bedenken.

Na haar bordje en theekopje terug op de theewagen te hebben gezet, nam ze in het voorbijgaan het diadeem op en liep ze ermee naar het raam als wilde ze het beter kunnen bekijken.

‘Wees er alsjeblieft voorzichtig mee,’ waarschuwde Mrs. Rawlins. ‘Zoals ik net al zei, een van de hoorntjes zit een beetje los.’

‘Inderdaad, maar daar valt best iets aan te doen, lijkt me,’ zei Rhianna monter, het betreffende hoorntje betastend. Ik ben hier toch al uit de gratie, dacht ze, dus wat let me? Ze gaf een korte ruk aan het hoorntje, slaakte een verschrikte kreet en draaide zich vol ontzetting om naar de wetmatige eigenaar.

‘Hemel,’ bracht ze met trillende stem uit. ‘Nu is het er helemaal af… Het spijt me ontzettend, Mrs. Rawlins. Ik begrijp niet hoe ik zo onhandig kon zijn.’

‘Laat me eens kijken.’ Mrs. Rawlins was opgestaan en stampte met een gezicht als een donderwolk op haar toe. ‘Misschien kan het nog gerepareerd worden.’

‘Dat betwijfel ik.’ Diaz, die eveneens was opgestaan, pakte het afgebroken onderdeel uit Rhianna’s hand. ‘Het ziet er niet best uit. Aan de andere kant is het misschien maar beter dat het nu gebeurt dan tijdens de ceremonie. Want dat zou pas echt een blamage zijn, vind u ook niet?’ Hij schonk Mrs. Rawlins zijn charmantste glimlach.

Daar was Mrs. Rawlins, die op het punt stond te ontploffen, niet tegen bestand. ‘Daar zit wat in,’ gaf ze uiteindelijk met tegenzin toe. ‘Maar Simon zal het niet leuk vinden wanneer hij hiervan hoort.’

Rhianna staarde met neergeslagen ogen naar het tapijt, niet zozeer uit schaamte als wel om haar boosheid te verbergen. Alsof Simon dat iets zal kunnen schelen, dacht ze. Hij heeft wel wat anders aan zijn hoofd.

Mrs. Rawlins was intussen naar de sofa gelopen en pakte de doos met de sluier op. ‘Hier, Caroline. Breng dit maar liever gauw naar boven, wil je. Voordat er nog meer ongelukken gebeuren,’ voegde ze er met een vernietigende blik op Rhianna aan toe.

‘Goed,’ zei Carrie zonder veel animo. ‘Ik zal het meteen doen.’ Ze keek Rhianna even aan, die de hint begreep en samen met haar vriendin de salon verliet.

‘Je bent een held,’ zei Carrie, zodra ze op haar kamer waren. ‘Maar wat moet ik in ’s hemelsnaam met een meterslange sluier van stijve witte tule? Mijn bruidsjurk is van ivoorkleurige satijn, kijk, ik zal hem je even laten zien.’

Inderdaad een schitterde jurk, dacht Rhianna, toen Carrie hem van de beschermhoes had ontdaan. Een eenvoudig elegant ontwerp, dat verder niets extra’s nodig had.

‘Wat voor bloemen doe je in je haar?’ vroeg ze peinzend.

‘Rozen,’ antwoordde Carrie. ‘Dezelfde als in mijn bruidsboeket, goudgele en crèmewitte rozen.’ Ze opende de doos en haalde de sluier eruit. ‘Maar onder het gewicht van dit onding zal er niets van over blijven, vrees ik.’

‘Dan zullen we hem moeten inkorten,’ besloot Rhianna. ‘Heb je even een schaar voor me? Het liefst een die zo scherp mogelijk is.’

‘Hemel, Rhianna!’ riep Carrie uit. ‘Wat ben je van plan?’

‘Ik moet even mijn reputatie als de grootste vandaal van het westelijk halfrond waarmaken,’ antwoordde Rhianna doodgemoedereerd. ‘Simons moeder zal nooit meer een woord tegen me spreken, maar dat heb ik er graag voor over.’ Ze moest eens weten dat ze nog wel meer redenen heeft om me te haten…

Ze nam de sluier van Carrie over en drapeerde hem voorzichtig over haar eigen hoofd. ‘Goeie genade, dit is geen sluier,’ riep ze uit, toen ze zichzelf in de spiegel bekeek. ‘Dit is een tent. En ik ben nota bene iets langer dan jij. Wacht, als we nu eens een enkel laagje gebruiken, dan zijn je haren eronder tenminste zichtbaar, en de bloemen ook. Het is een kwestie van netjes knippen, dan kan hij naderhand zo weer aan elkaar genaaid worden,’ voegde ze er grijnzend aan toe, terwijl ze Carrie in de richting van de deur duwde. ‘Vooruit, ga die schaar nu maar pakken. En neem meteen ook naald en draad mee.’

Zodra Carrie de kamer uit was, pakte ze de jurk voorzichtig op en ging ermee voor de spiegel staan om de lengte van de sluier te kunnen bepalen. Als ze nu alleen het korte deel van de sluier nam, bedacht ze, dan reikte hij slechts tot Carries schouders en zou hij niet de aandacht afleiden van die werkelijk wonderschone jurk.

Dat hoopte ze tenminste. Het gebeurde haar zo vaak dat er iets aan haar kostuums veranderd moest worden, dat ze zo langzamerhand wel zo’n beetje wist wat werkte en wat niet.

Ze staarde naar haar spiegelbeeld. Wat was ze eigenlijk aan het doen, vroeg ze zich plotseling af. Waarom deed ze zoveel moeite om deze bruiloft tot een succes te maken? Hoe haalde ze het in haar hoofd om mee te werken aan de bruiloft van haar vriendin, terwijl ze wist dat haar aanstaande man haar al maandenlang ontrouw was?

Het zou ook vast niet afgelopen zijn als hij eenmaal getrouwd was, dacht ze. Ze kreeg een bittere smaak in haar mond. Simon als berouwvolle trouwe echtgenoot – ze moest het nog zien gebeuren.

Maar hij was wel de man van Carries dromen, haar grote liefde, de man die ze bijna haar hele leven al kende en op wie ze had gewacht. Op haar huwelijksdag zou haar droom eindelijk uitkomen.

Haar spiegelbeeld werd opeens vaag. Rhianna veegde haastig haar tranen af. De enige tranen die het satijn mochten bevlekken hoorden die van Carrie te zijn. Bovendien hoorde ze voetstappen op de gang, en Carrie mocht haar natuurlijk niet jankend aantreffen.

Ze was niet van plan om de droom van haar beste vriendin te verstoren. Het was haar geheim en het moest voor eeuwig geheim blijven. Ze moest doen alsof ze niets wist van een affaire, laat staan van een zwangerschap.

Geen affaire, geen zwangerschap. En ook, dacht ze somber, terwijl ze de bruidsjurk weer netjes ophing en de beschermhoes eroverheen trok, geen droom voor mij. Dat laatste deed het meeste pijn.