Drie

De leukste moppen in de moppenclub worden verteld door Melis. Hij is trouwens ook meteen de leukste jongen die ik ken. Het is niet 20, dat ik zijn moppen leuk vind omdat ik hem zo leuk vind. Nee, zijn moppen zijn gewoon goed. Waar hij ze vandaan haalt, weet ik niet. In moppenboeken ben ik ze nooit tegengekomen. Ik vind ze heel apart, zijn moppen. Je moet er altijd nog wel een beetje over nadenken voordat je ze snapt. Maar als je ze snapt, zijn ze heel grappig. Zoals die mop over een man met zijn paard.

Een man rijdt op de fiets door een dorp, met een paard achter zich aan, dat aan een touw vastzit dat de man in zijn hand heeft.

Maar het touw is zo lang dat het paard wel tien meter achter de fiets aan holt. Dat is nogal gevaarlijk. Daarom wordt de man even later ook aangehouden door een politieagent. Die zegt: “Maar meneer, het is toch verboden om op deze manier met een paard over straat te gaan.” De man op de fiets kijkt achterom en zegt: “Och, dan is-ie eraf gesprongen.”

Dat vind ik een leuke mop. Melis kan zijn moppen ook altijd mooi vertellen. Zonder er zelf om te lachen. Hij is echt de beste moppenverteller van de moppenclub. Samen met Soelaisja dan. Die vertelt altijd raadselmoppen, rare raadselmoppen, waarin ze ook steeds het woord ‘rara’ gebruikt.

Het is rood en het is rond.

Rara, wat is dat?

De oplossing van dit raadsel was:

Een blauw vierkantje.

De meeste kinderen van de moppenclub vinden Soelaisja’s raadselmoppen maar flauw, maar ik kan er wel om lachen. En Soelaisja vertelt ze altijd heel serieus, terwijl het natuurlijk moppen zijn die helemaal niet kloppen. Ze slaan eigenlijk nergens op.

Rara, wat is het verschil tussen een muis en een olifant?

Dat was ook een keer een raadselmop van haar. Iedereen gaf daar logische antwoorden op, zoals: de muis is klein en de olifant is groot, of: de muis is licht en de olifant is zwaar. Maar de oplossing die Soelaisja zelf gaf, was heel iets anders:

Ze hebben allebei een slurf behalve de muis.

Dat sloeg dus echt nergens op, maar ik vond ook die mop wel grappig.

Joege heeft al een paar keer gezegd dat de raadselmoppen van Soelaisja niet kunnen. Het zijn volgens hem niet eens moppen. Hij vindt dat Soelaisja uit de moppenclub gezet moet worden. En dat vinden er meer. Maar gelukkig is lang niet iedereen het met hem eens. Mischa twee ook niet. En hij is de leider van de moppenclub. Hij is ermee begonnen en daarom mag hij zeggen wie er wél en niét bij hoort. En van hem mag Soelaisja blijven.

Maar nu heeft hij dus te maken met iemand die zélf uit de moppenclub is gestapt. Met mij dus. Dat is nog niet eerder gebeurd. Ik heb het er vanavond met Mischa twee nog wel over gehad via msn. Hij had natuurlijk van de anderen gehoord dat mijn moeder doodgaat.

“Ik vind het heel erg voor je als het waar is,” schreef hij.

En verder: “Ik snap ook wel dat je nu ff niet bij de moppenclub wilt horen.”

Daarna kwam zijn mooiste zin: “Msschn moeten we maar een tijdje met de hele mppnclb stoppen. Voor jou en je moeder.”

Dat vond ik lief van Mischa twee. Dat hij met de moppenclub zou willen stoppen omdat ik vanwege mama niet meer bij de moppenclub wil horen. Maar ik heb hem meteen teruggeschreven dat de moppenclub moet blijven bestaan en moet doorgaan. Even wilde ik ook schrijven dat ik weer terugkom bij de moppenclub als mama dood is. Maar dat heb ik toch maar niet gedaan. Het is zo’n rare zin:

“Ik kom weer terug bij de moppenclub als mijn moeder dood is.”

Net alsof ik hoop dat ze vlug dood zal gaan, zodat ik weer naar de moppenclub kan. Maar misschien ga ik wel helemaal nooit meer naar de moppenclub. Ik denk niet dat ik een week nadat mama dood is, weer een mop ga staan te vertellen. En na een maand ook niet. Misschien pas weer na een jaar of na twee jaar. Maar dan bestaat de moppenclub allang niet meer omdat iedereen dan op een andere school zit.