His Royal Highness Togbui Ngoryifia Kon Arthur Paes Dunenyo 1 is de koninklijke titel voor Arthur Paes, een schatrijke Nederlandse zakenman die tot ieders verbazing koning werd van Somey, een provincie in het Afrikaanse Ghana, waar hij zo’n 320.000 onderdanen heeft.
Het leven van deze blanke koning vormt het perfecte scenario voor een film die elke fantasie overstijgt. Arthur Paes werd in het Nederlandse Sittard geboren. Zijn vader, die mijnwerker was, werkte keihard, maar verdiende nauwelijks genoeg om zijn vrouw en vijf kinderen in leven te houden. Al op heel jonge leeftijd besloot Arthur dat dit hem niet zou overkomen. Hij zou schatrijk worden. Hij was nauwelijks negen toen hij al bloemetjes verkocht van deur tot deur. Daarna haalde hij oud papier op, begon een krantenronde en ging mee met de melkboer. Op zijn tiende verkocht hij gebruikte fietsen, op zijn elfde schakelde hij over op bromfietsen en nog later op auto’s. Hij ontmoette een handelaar in Perzische tapijten en begon ook die te verkopen. Op zijn zeventiende kocht hij een boerderijtje, dat hij een jaar later voor bijna het dubbele van de prijs verkocht. Van toen af ging het snel. Arthur, die bijna geen school gelopen had, begon een juwelierszaak en een discotheek. Voor zijn eenentwintigste had hij al zo’n 350.000 euro bij elkaar…Daarna ging hij huizen kopen en verkopen. Niet alleen in Nederland, maar ook in België, Aruba en Dubai. Hij reisde al snel de hele wereld rond en bezat een heel arsenaal aan vervoermiddelen: een MiG-gevechtsvliegtuig, een helikopter en een hele collectie dure auto’s…Want Arthur Paes kon niet alleen geld verdienen, hij kon het ook uitgeven. “Als je niet van je geld kunt genieten, ben je in mijn ogen mislukt,” is een van zijn uitspraken…
Tijdens zijn wereldreizen raakte hij bevriend met koning Bansah van het Ghanese Hohoe, die op dat ogenblik in Duitsland woonde. Die stelde hem in Ghana aan een hoop andere koningen voor. Het koningshuis in Ghana is immers heel anders opgebouwd dan dat in België en Nederland, waar men wat zuiniger op de koningstitel is. Ghana kent een ‘opperkoning’, die omringd is door onderkoningen, waartoe ook een paar invloedrijke blanken behoren. Omdat Paes de bevolking van Somey ongetwijfeld een financieel duwtje in de rug kon geven, werd hem gevraagd om koning te worden. Als geen ander zou hij de brug kunnen slaan met de westerse wereld, zodat steeds meer zakenmensen in Ghana zouden investeren.
Paes moest er even over nadenken – koning worden doe je voor de rest van je leven – maar nu draagt hij zijn koningstitel met veel overtuiging. Minstens één keer per maand vliegt hij naar zijn koninkrijk. Dat is keer op keer stressen voor de Ghanezen, die bij elk bezoek elke plek die Paes zal aandoen tiptop in orde willen hebben. Nu ja, hun koning mag ook best worden vertroeteld. Paes, die op 14 juli 2001 tijdens een drie dagen durende plechtigheid gekroond werd, liet al een school en een ziekenhuis bouwen. Maar hij startte ook een computeronderneming, een landbouwproject en een containerbedrijf op. En alsof dat nog niet genoeg was, stuurde hij ook al containers vol fietsen naar zijn geliefde land. In juli 2009 haalde hij zelfs de krant omdat hij het afgehakte hoofd van de in 1838 vermoorde Ghanese koning Badu Bonso II van Nederland naar Ghana verscheepte. Die was eerst opgehangen, waarna een legerarts zijn hoofd had afgesneden en het op sterk water naar het Nederlandse Leiden verscheept had. Daar werd het sindsdien bewaard. Paes vond dat zo onterecht dat hij geen rust kende voor het hoofd weer naar het geboorteland van de koning werd teruggebracht. “Is het niet een beetje luguber om zo’n afgesneden hoofd te laten overschepen?” vroegen de journalisten zich af. Maar Paes reageerde even onverstoorbaar als altijd: “Niks luguber! Hem onthoofden, dat was pas luguber…”
Maar wat heeft deze aanloop nu met dit dierenboek te maken? Om dat uit te leggen, moeten we naar het kasteel dat Paes na zijn kroning in Esneux, een Ardens stadje, kocht. Enfin, kasteel…Bij aankoop leek het eerder een puinhoop. Het was niet alleen afgebrand, maar ook leeggeplunderd!
Geen probleem voor ‘koning Arthur’, die er op slag verliefd op werd. Hij liet het hele kasteel met z’n vijfenveertig kamers weer opknappen in de oorspronkelijke stijl en keek daarbij niet op wat centen. Alles moest onberispelijk zijn: oude eiken parketvloeren, originele natuurstenen vensterbanken en schitterende kroonluchters…Een opknapbeurtje dat hem algauw zo’n veertig miljoen euro kostte. Paes installeerde er zelfs een privécafé, een restaurantkeuken, een wijnbar en een heus Ghana-museum. Logisch als je bedenkt dat hij zijn Château Le Fy, zoals het kasteel genoemd wordt, onder andere wil gebruiken om Afrikaanse hoogwaardigheidsbekleders in contact te brengen met Europese politici en zakenlui.
Ook de tuin werd door ‘koning Arthur’ volledig naar eigen smaak ingericht. Hij liet er terrassen aanleggen, plaatste er indrukwekkende beelden, legde een helihaven aan voor zijn helikopter en vergrootte de toch al indrukwekkende kasteelvijver. De inwoners van Esneux waren in de wolken. Geweldig toch dat die schatrijke Nederlander hun kasteel van de ondergang redde!
Tot bleek dat koning Arthur nog andere plannen had. In Ghana had hij immers ook een aantal huisdieren. Zo bijvoorbeeld een koppel krokodillen…Paes mocht Esneux dan wel fantastisch vinden, tegelijk miste hij zijn dieren. Daarom besloot hij zijn oudste krokodil, Kroko-Ben, naar België te laten overbrengen. Volgens hem zou het beest zich perfect thuis voelen in de ruime kasteelvijver, en zo had hij er meteen een fikse waakhond bij…
Je kunt je de ontreddering in het kleine Waalse stadje allicht voorstellen toen een medewerker van Paes bij de plaatselijke slagers ging vragen of die hem geen slachtafval konden bezorgen voor zijn krokodil. Het nieuws verspreidde zich als een lopend vuurtje en de inwoners van Esneux vonden de kasteelheer meteen een stuk minder sympathiek. Stel je voor dat het dier er vandoor ging en in de Ourthe terechtkwam. Je zult daar op dat ogenblik maar vrolijk aan het kajakken zijn…
Al snel werd er een petitie opgestart, maar zoals altijd liet Paes zich niet beïnvloeden. Volgens hem hoefde niemand zich zorgen te maken. Er kwam een stevige afsluiting, zodat Kroko-Ben gegarandeerd niet kon ontsnappen.
Intussen blijft het in Esneux gonzen van de geruchten. Een kroko als waakhond in zijn tuin…Wie weet, misschien ligt een deel van Paes’ fortuin wel in de kasteelvijver verborgen?