Lot liep weg van het raam en liet zich op haar bed vallen. De moeder en haar zoon waren aangekomen. “Jouw nieuwe moeder,” had Fred tegen haar gezegd toen hij zonet Lots kamer in was gekomen en haar door het kierende luik naar buiten had zien gluren. “En je nieuwe broertje!” Om daarna, ondanks het vroege tijdstip, opgetogen naar beneden te gaan.
Ze zuchtte. Irritant, zo blij als hij opeens deed. En dat allemaal om een huurmoeder. Belachelijk wat volwassenen tegenwoordig verzonnen om een paar centen te verdienen, en nog belachelijker dat anderen daar dan intrapten. Die zogenaamde huurmoeder zag er in haar ogen trouwens eerder uit als een pinnige secretaresse. Lot had haar op hoge hakjes naar de voordeur zien trippelen. De wat schuchtere krullenbol stevig tegen zich aan gedrukt. Ja, daar zat ze nou echt op te wachten: een uit de kluiten gewassen kleuter die haar kwam vervelen en een koele trut die ervoor betaald werd om de kinderen van een ander te commanderen. Nou, mooi niet! Zij had geen Jo Frost nodig die haar, vermomd als supernanny, op een strafbankje kwam zetten. Zelfs van haar eigen moeder zou ze dat niet gepikt hebben.
Ze snapte het niet. Al die tijd had Fred genoeg gehad aan Victor en haar. Samen waren zij een drie-eenheid waar niemand tussenkwam. Waarom dan nu ineens een soort postorderbruid met een afgerond cursusje opvoedkunde in huis halen? Natuurlijk was het lastig dat Fred niet zoveel meer kon. Hij kon de deur niet meer uit en voelde zich opgesloten. Maar Victor en zij konden hem toch helpen? Al haar bezwaren had hij weggewimpeld, hij had zijn besluit genomen. “Het zal goed voor ons zijn om weer een vrouw in huis te hebben,” had hij gezegd.
Lot strekte zich uit op bed. Waarschijnlijk werd er nu verwacht dat zij fris gewassen en keurig gekleed haar opwachting zou maken. “En dit is mijn veertienjarige dochter!” Trots zou Fred haar aan de nieuwkomers voorstellen. “Annelot Vermeulen.” Want natuurlijk zou hij zijn achternaam gebruiken om haar te introduceren. Haar echte achternaam, die van haar moeder, negeerde hij het liefst. Zoals Fred het hele bestaan van haar moeder tegenwoordig negeerde. Tijdens de zeldzame momenten dat ze haar moeder, ondanks alles, miste, had hij gezegd dat ze het niet waard was om over te treuren. “Je kunt haar beter helemaal vergeten,” had hij geadviseerd. En nu moest ze opeens doen alsof ze een nieuwe moeder had. Ze werd al niet goed bij het idee.
Nee, zij bleef hier voorlopig gewoon in haar pyjamabroek en hemdje op bed liggen. Ze hoefden niet te denken dat ze speciaal voor hen vroeg opstond. Ze trok haar benen op en bestudeerde haar roodgelakte teennagels. Van Fred moest de nagellak eraf, maar ze had geen remover. Ze krabde wat aan de lak, ze zou het rood er wel afpulken.