Vijftien

 

 

‘Hey,’ zegt Christian zachtjes, terwijl hij me in zijn armen trekt. ‘Alsjeblieft, niet huilen, Ana, alsjeblieft,’ smeekt hij. Hij zit op de vloer van de badkamer, ik zit bij hem op schoot. Ik sla mijn armen om hem heen en huil in zijn nek. Hij wiegt me zacht, zijn neus in mijn haar, en streelt voorzichtig over mijn rug en hoofd.

‘Het spijt me, schatje,’ fluistert hij, en daardoor moet ik nog harder huilen en ik hou hem nog steviger vast.

We blijven een eeuwigheid zo zitten. Uiteindelijk, als ik helemaal uitgehuild ben, komt Christian moeizaam met mij in zijn armen overeind, hij draagt me naar zijn kamer, waar hij me op het bed legt. Twee tellen later ligt hij naast me en zijn de lichten uit. Hij trekt me in zijn armen, omhelst me innig en ik zink eindelijk weg in een donkere, onrustige slaap.

 

Ik word met een schok wakker. Mijn hoofd zit vol watten en ik heb het veel te warm. Christian zit helemaal om me heen gewikkeld, als een wijnrank. Hij knort in zijn slaap als ik uit zijn armen glip, maar hij wordt niet wakker. Ik ga rechtop zitten en kijk op de wekker. Het is drie uur ’s ochtends. Ik snak naar paracetamol en iets te drinken. Ik zwaai mijn benen over de rand van het bed en loop met moeite naar de keuken in de grote kamer.

Ik kom een pak sinaasappelsap tegen in de koelkast en schenk een glas vol. Mmm... het is heerlijk en de watten verdwijnen op slag uit mijn hoofd. Ik ga op zoek naar pijnstillers in de kastjes en vind uiteindelijk een plastic doos vol medicijnen. Ik gooi twee paracetamols naar binnen en schenk nog een glas sap in.

Ik slenter naar de grote glazen wand en kijk uit over een slapend Seattle. De lichtjes twinkelen en knipperen onder Christians kasteel in de wolken, of moet ik het een fort noemen? Ik druk mijn voorhoofd tegen het koele glas – dat voelt lekker. Er is zoveel waar ik over moet nadenken na alle onthullingen van gisteren. Ik draai mijn rug naar het glas en laat me op de vloer zakken. De grote kamer lijkt een enorme grot in het duister, het enige licht komt van de drie lampen boven het kookeiland.

Zou ik hier kunnen wonen, getrouwd met Christian? Na alles wat zich hier heeft afgespeeld? Met alle historie die deze plek voor hem met zich meebrengt?

Een huwelijk. Het is bijna niet te geloven en volkomen onverwacht. Maar goed, alles aan Christian is onverwacht. Mijn lippen krullen bij de ironie van deze realiteit. Christian Grey, verwacht altijd het onverwachte – Vijftig Tinten van Verneukt.

Mijn glimlach verdwijnt weer. Ik lijk op zijn moeder. Dit is enorm pijnlijk en ik zucht in één keer alle lucht uit mijn longen. We lijken allemaal op zijn moeder.

Hoe moet ik in godsnaam verder na zijn onthulling van dat kleine geheimpje? Geen wonder dat hij het me liever niet wilde vertellen. Maar zoveel kan hij zich vast niet herinneren van zijn moeder. Ik vraag me opnieuw af of ik met dr. Flynn zou moeten praten. Zou Christian dat goed vinden? Misschien zou hij de ontbrekende puzzelstukjes kunnen verschaffen.

Ik schud mijn hoofd. De hele wereld kan me gestolen worden, maar ik geniet van de serene rust van de grote kamer met de prachtige kunstwerken – koud en sober, maar ze zijn op hun eigen manier toch mooi in de schaduwen. Ze zijn waarschijnlijk een fortuin waard. Zou ik hier kunnen wonen? In voor- en tegenspoed? Bij ziekte en gezondheid? Ik sluit mijn ogen en leun met mijn hoofd tegen het glas. Ik haal diep en bevrijdend adem.

De vredige rust wordt ruw verstoord door een hartverscheurende oerschreeuw waardoor elke haar op mijn lichaam overeind schiet. Christian! Holy fuck – wat is er gebeurd? Ik schiet overeind en ren terug naar de slaapkamer, nog voordat de echo’s van die afschuwelijke kreet zijn weggestorven. Mijn hart bonst van angst.

Ik duw op goed geluk een van de lichtschakelaars omhoog en het lampje naast Christians bed gaat aan. Hij ligt te woelen, heen en weer, in doodsangst. Nee! Hij schreeuwt weer, en het ijle, verscheurende geluid gaat weer dwars door me heen.

Shit – een nachtmerrie!

‘Christian.’ Ik leun over hem heen, pak hem bij zijn schouder en schud hem wakker. Hij doet zijn ogen open, een woeste en lege blik. Hij kijkt snel de lege kamer rond voordat zijn blik op mij blijft rusten.

‘Je was weg, je was weg, je moet wel weggegaan zijn,’ mompelt hij – zijn wijd open blik verandert in een beschuldiging – en hij ziet er verloren uit, ik voel een stekende pijn in mijn hart. Arme lieve Vijftig.

‘Hier ben ik.’ Ik ga naast hem op het bed zitten. ‘Hier ben ik,’ zeg ik nog een keer zacht en probeer hem daarmee gerust te stellen. Ik steek mijn hand uit om mijn handpalm om zijn gezicht te leggen, om te proberen hem te sussen.

‘Je was er niet meer,’ fluistert hij snel. Zijn ogen staan nog steeds wild en angstig, maar hij lijkt iets te kalmeren.

‘Ik ben even iets gaan drinken. Ik had dorst.’

Hij sluit zijn ogen en wrijft over zijn gezicht. Als hij ze weer opendoet, ziet hij er zo verlaten uit.

‘Je bent hier. O, godzijdank.’ Hij reikt naar me, grijpt me stevig vast en trekt me naast zich op het bed.

‘Ik ben gewoon even iets gaan drinken,’ troost ik.

Wauw, hij is intens bang... ik kan het gewoon voelen. Zijn T-shirt is doorweekt van het zweet, en zijn hart bonst luid als hij me tegen zich aan trekt. Hij staart naar me alsof hij zich ervan wil vergewissen dat ik er echt nog ben. Ik streel zachtjes zijn haar en dan zijn wang.

‘Christian, alsjeblieft. Ik ben hier. Ik ga helemaal nergens heen,’ zeg ik sussend.

‘O, Ana,’ zucht hij. Hij pakt mijn kin vast zodat ik me niet kan bewegen en dan is zijn mond op de mijne. Verlangen zwiept door hem heen en onwillekeurig reageert mijn lichaam – het is zo met hem verbonden, zo op hem afgestemd. Zijn lippen zijn bij mijn oren, mijn keel, dan terug bij mijn mond, hij trekt zachtjes met zijn tanden aan mijn onderlip. Zijn hand gaat langs mijn lichaam omhoog, van mijn heup tot mijn borst, hij schuift het T-shirt omhoog. Met zijn streling zijn weg zoekend langs alle plooitjes en kuiltjes in mijn huid, brengt hij dezelfde vertrouwde reactie teweeg. Door zijn aanraking schieten er rillingen door me heen. Ik kreun als hij mijn borst in zijn hand houdt en zijn vingers zich spannen om mijn tepel.

‘Ik wil je,’ zegt hij.

‘Ik ben er voor jou. Alleen voor jou, Christian.’

Hij kreunt en kust me weer, vol passie, met een gretigheid en wanhoop die ik nog niet eerder van hem gevoeld heb. Ik grijp de zoom van zijn T-shirt en trek eraan. Hij helpt me om het over zijn hoofd te trekken. Knielend tussen mijn benen trekt hij me snel overeind en rukt mijn T-shirt uit.

Zijn ogen staan ernstig, verlangend, vol donkere geheimen – kwetsbaar. Hij houdt mijn gezicht tussen zijn handen en kust me en we zakken weer neer op het bed, zijn dij tussen de mijne, zodat hij half over me heen ligt. Zijn erectie voelt hard tegen mijn heup, dwars door zijn boxershort. Hij verlangt naar mij, maar zijn eerdere woorden komen uitgerekend nu weer terug. Wat hij over zijn moeder heeft gezegd achtervolgt me. Het is als een emmer koud water over mijn libido. Shit. Ik kan dit niet. Niet nu.

‘Christian... Stop. Ik kan dit niet,’ fluister ik dringend tegen zijn mond, ik duw met mijn handen tegen zijn bovenarmen.

‘Wat? Wat is er dan?’ zegt hij en hij begint mijn hals te kussen. Met het puntje van zijn tong gaat hij zachtjes over mijn keel. O...

‘Nee, alsjeblieft. Ik kan dit niet, niet nu. Ik heb wat tijd nodig, alsjeblieft.’

‘O, Ana, denk het nou niet de grond in,’ fluistert hij, terwijl hij op mijn oorlelletje knabbelt.

‘Ah!’ Ik snak naar adem, ik voel het in mijn kruis en mijn lichaam geeft toe, het verraadt mezelf. Dit is zo verwarrend.

‘Ik ben nog steeds dezelfde, Ana. Ik hou van je en ik heb je nodig. Raak me aan. Alsjeblieft.’ Hij wrijft zijn neus tegen de mijne. Zijn zachte, oprechte smeekbede ontroert me en ik smelt.

Raak hem aan. Raak hem aan terwijl we vrijen. O hemel.

Hij richt zich boven me op, staart naar beneden. In het vage licht van het zwakke lampje naast zijn bed kan ik zien hoe hij mijn beslissing afwacht, hoe hij gevangenzit in mijn betovering.

Ik strek mijn hand uit en leg hem voorzichtig op het zachte plukje haar bij zijn borstbeen. Hij snakt naar adem en knijpt zijn ogen stijf dicht, alsof het pijn doet, maar deze keer haal ik mijn hand niet weg. Ik schuif hem naar zijn schouders, voel hoe er een rilling door hem heen trekt. Hij kreunt en ik trek hem naar me toe, leg beide handen op zijn rug, waar ik hem nog nooit eerder heb aangeraakt, op zijn schouderbladen, hou hem stevig tegen me aan. Zijn gesmoorde kreet windt me op, meer dan iets anders.

Hij verbergt zijn hoofd in mijn nek, kussend en zuigend en bijtend, waarna hij zijn neus over mijn kin beweegt en me kust. Zijn tong neemt bezit van mijn mond, zijn handen bewegen opnieuw over mijn lichaam. Zijn lippen gaan omlaag, verder naar beneden, naar mijn borsten, die hij bijna eerbiedig liefkoost. Mijn handen blijven op zijn schouders en zijn rug, genieten van het rollen van zijn goed ontwikkelde spieren, van zijn huid die nog vochtig is van de nachtmerrie. Zijn lippen sluiten zich om mijn tepel, trekkend en zuigend, zodat de tepel overeind komt om zijn fantastisch behendige mond te verwelkomen.

Ik grom en kras met mijn vingernagels over zijn rug. En zijn adem stokt, het is een gesmoorde kreun.

‘O, fuck, Ana,’ brengt hij uit, half kreunend, half grommend. Het verscheurt mijn hart, maar ook iets diep vanbinnen, alle spieren in mijn onderlijf spannen zich aan. O, wat heb ik toch een uitwerking op hem! Ik hijg nu, pas mijn ademhaling aan zijn zwoegende ritme aan.

Zijn hand gaat naar beneden, over mijn buik, naar mijn vagina – zijn vingers op me, dan in me. Ik kreun als hij zijn vingers in mij beweegt, op die heerlijke manier, en ik duw mijn bekken omhoog om zijn aanraking tegemoet te komen.

‘Ana,’ zucht hij. Hij laat me plotseling los en gaat rechtop zitten; hij trekt zijn boxershort uit en leunt naar het nachtkastje om een folieverpakking te pakken. Zijn ogen zijn gloeiend grijs als hij het condoom aan mij geeft. ‘Wil je dit echt? Je kunt nu nog nee zeggen. Je kunt altijd nee zeggen,’ mompelt hij.

‘Geef me niet de kans om na te denken, Christian. Ik wil jou ook.’ Ik scheur de verpakking open met mijn tanden, terwijl hij tussen mijn benen knielt. Met trillende vingers doe ik het condoom om.

‘Rustig aan,’ zegt hij. ‘Straks ontman je me nog, Ana.’

Ik vind het fantastisch wat mijn aanraking bij deze man veroorzaakt. Hij strekt zich boven mij uit, en voor nu zijn mijn twijfels weggedrukt en opgeborgen in de enge, donkere diepten van mijn geest. Ik ben helemaal bedwelmd door deze man, mijn man, mijn Vijftig Tinten. Hij komt plotseling in actie, mij volkomen verrassend, en ineens lig ik bovenop. Whoa.

‘Jij – moet mij nemen,’ zegt hij, terwijl zijn ogen gloeien met een dierlijke intensiteit.

O hemel. Langzaam, o zo langzaam, laat ik me over hem heen zakken. Hij kantelt zijn hoofd achterover en sluit zijn ogen, terwijl hij kreunt. Ik pak zijn handen vast en begin te bewegen, genietend van de grootsheid van mijn bezit, genietend van zijn reactie, ik zie hem onder me langzaam uit elkaar vallen. Ik voel me een godin. Ik leun voorover en kus hem op zijn kin, ga met mijn tanden over zijn stoppelige kaak. Hij smaakt goddelijk. Hij grijpt mijn heupen en bepaalt mijn ritme, langzaam en gestaag.

‘Ana, raak me aan... alsjeblieft.’

O. Ik leun voorover en leun met mijn handen op zijn borst. En hij schreeuwt het uit, zijn kreet is bijna een snik, en hij stoot diep in mij.

‘Ahh,’ jammer ik zachtjes en ik ga met mijn nagels over zijn borst, door het haar dat daar groeit, en hij kreunt luid en draait zich plotseling, zodat ik weer onder hem lig.

‘Genoeg.’ Hij kreunt. ‘Niet meer, alsjeblieft.’ En het is een hartverscheurende smeekbede.

Ik reik omhoog en neem zijn gezicht in mijn handen, ik voel de vochtigheid op zijn wangen, en trek hem naar mijn lippen toe, zodat ik hem kan kussen. Ik vouw mijn handen achter zijn rug.

Hij kreunt diep en zacht achter in zijn keel, terwijl hij in mij beweegt, duwt me vooruit en achteruit, maar ik kan geen ontlading vinden. Mijn hoofd is te verward door alle toestanden. Ik ga te zeer in hem op.

‘Laat je gaan, Ana,’ moedigt hij me aan.

‘Nee.’

‘Ja,’ gromt hij. Hij verandert zijn houding en draait met zijn heupen, steeds maar weer.

Jemig... argh!

‘Kom maar, schatje, ik heb het nodig. Doe het voor mij.’

En ik explodeer, mijn lichaam onderworpen aan het zijne. Ik sla mezelf om hem heen, als een wijnrank, terwijl hij mijn naam uitschreeuwt en tegelijk met mij klaarkomt. Dan zakt hij in elkaar, met zijn volle gewicht duwt hij me in het matras.

 

Ik hou Christian in mijn armen, met zijn hoofd op mijn borst, als we liggen na te gloeien van het liefdesspel. Ik ga met mijn vingers door zijn haar, terwijl ik luister hoe zijn ademhaling weer tot rust komt.

‘Laat me nooit in de steek,’ fluistert hij. Ik rol met mijn ogen, zeker wetend dat hij me niet kan zien.

‘Ik weet dat je met je ogen naar me rolt,’ mompelt hij. Ik hoor een spoortje humor in zijn stem.

‘Je kent me zo goed,’ antwoord ik.

‘Ik zou je graag nog beter kennen.’

‘Dat geldt ook voor mij, Grey. Waar ging je nachtmerrie over?’

‘Het gebruikelijke.’

‘Vertel.’

Hij slikt en verstrakt iets voordat er een diepe zucht ontsnapt. ‘Ik ben een jaar of drie, en de pooier van de heroïnehoer is weer eens laaiend. Hij rookt maar door, steekt de ene peuk aan met de andere, en hij kan geen asbak vinden.’ Hij stopt, en ik bevries door een verlammende kou die mijn hart bevangt.

‘Het deed pijn,’ zegt hij. ‘Ik herinner me vooral de pijn. Daar heb ik nachtmerries over. Dat, plus het feit dat zij niets deed om hem tegen te houden.’

O nee. Dit is onverdraaglijk. Ik hou hem nog steviger vast, mijn benen en armen klemmen hem tegen me aan, en ik probeer te voorkomen dat de wanhoop me verstikt. Hoe kan iemand een kind zo behandelen? Hij tilt zijn hoofd op en houdt me vast met zijn intense grijze blik.

‘Jij lijkt niet op haar. Denk dat alsjeblieft nooit. Alsjeblieft.’

Ik kijk hem aan. Het stelt me gerust om dat te horen. Hij legt zijn hoofd weer op mijn borst en ik denk dat hij klaar is, maar hij verrast me door verder te gaan.

‘Soms ligt ze in mijn droom gewoon op de grond. En ik denk dat ze slaapt. Maar ze beweegt niet. Ze beweegt nooit. En ik heb honger. Echte honger.’

O wat vreselijk.

‘Er is een harde knal en hij is terug. Hij slaat me zo hard, terwijl hij de heroïnehoer vervloekt. Zijn eerste reactie was altijd om zijn vuisten of zijn riem te gebruiken.’

‘Is dat waarom je liever niet aangeraakt wordt?’

Hij sluit zijn ogen en houdt me nog steviger vast. ‘Dat ligt ingewikkeld,’ mompelt hij. Hij drukt zijn neus tussen mijn borsten, haalt diep adem, probeert me af te leiden.

‘Leg uit,’ moedig ik hem aan.

Hij zucht. ‘Ze hield niet van mij. Ik hield niet van mezelf. De enige aanraking die ik kende was... wreed. Daar komt het door. Flynn kan het beter uitleggen dan ik.’

‘Mag ik een keer met Flynn praten?’

Hij tilt zijn hoofd op om me aan te kijken. ‘Heb ik je besmet met de Vijftig Tinten?’

‘Je weet niet half hoe. Maar ik vind het wel fijn hoe je me besmet.’ Ik wriemel suggestief onder hem en hij glimlacht.

‘Ja, mevrouw Steele, dat vind ik ook lekker.’ Hij gaat rechtop zitten en kust me. Even blijft hij naar me staren.

‘Jij bent me zo dierbaar, Ana. Ik meende het echt, dat ik met je wil trouwen. Dan kunnen we elkaar echt leren kennen. Ik kan voor je zorgen. Jij kunt voor mij zorgen. We kunnen kinderen krijgen, als je dat wil. Ik leg mijn wereld aan jouw voeten, Anastasia. Ik wil jou, lichaam en geest, voor altijd. Denk er alsjeblieft over na.’

‘Ik zal erover nadenken, Christian, echt,’ stel ik hem gerust, terwijl het me weer duizelt. Kinderen? Jemig. ‘Ik zou echt heel graag met dr. Flynn willen praten, als je dat niet erg vindt.’

‘Wat je maar wilt, schatje. Wat je maar wilt. Wanneer wil je met hem afspreken?’

‘Hoe eerder, hoe beter.’

‘Oké, dan zal ik het morgenochtend meteen regelen.’ Hij werpt een blik op de wekker. ‘Het is al laat. We moeten slapen.’ Hij reikt naar de lamp om hem uit te doen en trekt me tegen zich aan.

Ik kijk naar de wekker. Shit, het is kwart voor vier.

Hij slaat zijn armen om me heen, zijn buik tegen mijn rug, en drukt zijn neus in mijn nek. ‘Ik hou van jou, Ana Steele, ik wil je aan mijn zijde, voor altijd,’ mompelt hij terwijl hij mijn nek kust. ‘En nu slapen.’

Ik sluit mijn ogen.

 

Met tegenzin doe ik mijn zware oogleden open. De kamer baadt in helder licht. Ik kreun. Ik voel me wazig, losgekoppeld van mijn loodzware ledematen, met Christian om me heen geslagen als klimop. Zoals gebruikelijk heb ik het te warm. Het moet nog voor vijven zijn, de wekker is nog niet afgegaan. Ik rek me uit om me te bevrijden van de hitte die hij afgeeft, draai me om in zijn armen. Hij mompelt iets onverstaanbaars in zijn slaap. Ik laat mijn oog even op de wekker vallen. Kwart voor negen.

Shit, ik kom te laat. Fuck. Ik klauter uit bed en schiet de badkamer in. Binnen vier minuten sta ik fris gedoucht weer buiten.

Christian zit overeind in bed en aanschouwt me lichtelijk geamuseerd en tegelijk behoedzaam, terwijl ik me verder afdroog en mijn kleren bij elkaar zoek. Misschien verwacht hij van mij een reactie op alle onthullingen van gisteren. Maar nu heb ik simpelweg geen tijd.

Ik controleer mijn kleding: zwarte lange broek, zwart shirt, het is allemaal een beetje Mrs. R., maar ik heb geen tijd om iets anders te verzinnen. Ik doe snel mijn zwarte bh en slipje aan, me ervan bewust dat hij elke beweging volgt. Het is... verontrustend. De slip en bh kunnen er wel mee door.

‘Je ziet er goed uit,’ zegt Christian poeslief vanuit het bed. ‘Je kunt je natuurlijk ook gewoon ziek melden.’ Hij geeft me zijn verwoestende, schuine, honderdvijftig procent slipjes-verscheurende grijns. O, hij is zo verleidelijk. Mijn innerlijke godin tuit uitdagend haar lippen.

‘Nee, Christian, dat gaat echt niet. Ik ben niet zo’n megalomane directeur met een wonderschone glimlach die kan komen en gaan wanneer hij wil.’

‘Ik kom zeker graag zoals ik wil.’ Hij grijnst en schroeft zijn goddelijke glimlach nog een graadje op, zodat die nu in ‘full HD IMAX’ verschijnt.

‘Christian!’ vermaan ik. Ik gooi mijn handdoek naar hem en hij lacht.

‘Mooie glimlach, zei je?’

‘Ja. Je weet precies wat voor een effect je op mij hebt.’ Ik doe mijn horloge om.

‘Is dat zo?’ Hij knippert onschuldig met zijn ogen.

‘Ja, dat is zo. Je hebt dat effect op alle vrouwen. Dat is soms best vermoeiend, weet je, om ze allemaal te zien zwijmelen.’

‘Echt waar?’ Hij trekt een wenkbrauw op, heeft nog meer pret.

‘Doe maar niet zo onschuldig, meneer Grey. Het past u niet,’ mopper ik afwezig, terwijl ik mijn haar in een staart doe en mijn zwarte hoge hakken aantrek. Nou, zo moet het maar.

Als ik me buig om hem gedag te kussen, grijpt hij me beet en trekt me op het bed. Hij leunt over me heen en grijnst van oor tot oor. O hemel. Hij is zo mooi – zijn ogen schitteren vol ondeugendheid, zijn wilde, pas-geneukt-haardos, die verblindende lach. Hij is nu speels.

Ik ben moe, nog steeds niet bijgekomen van alle onthullingen van gisteren, terwijl hij klaarwakker is en zo sexy. O, onuitstaanbare Vijftig.

‘Hoe kan ik je verleiden om te blijven?’ zegt hij zachtjes, mijn hart slaat een slag over en begint te bonzen. Hij is de verpersoonlijking van verleiding.

‘Dat kun je niet,’ brom ik, terwijl ik probeer overeind te komen. ‘Laat me los.’

Hij kijkt beteuterd en ik geef het op. Grinnikend ga ik met mijn vingers over de omtrek van zijn lippen – mijn Vijftig Tinten. Ik hou zo van hem, van zijn monumentale verneuktheid. En ik ben nog niet eens begonnen alles te verwerken wat er gisteren is gebeurd en hoe ik me daarover voel.

Ik leun naar hem toe om hem te kussen, blij dat ik mijn tanden heb gepoetst. Hij kust me lang en diep en zet me dan met een zwaai op mijn voeten, waardoor ik beduusd, buiten adem en wankel blijf staan.

‘Taylor brengt je wel even weg. Dat is sneller dan een parkeerplaatsje zoeken. Hij wacht buiten het gebouw op je,’ zegt Christian vriendelijk, en hij lijkt opgelucht. Is hij bezorgd om mijn reactie vanmorgen? Hij snapt toch wel dat vannacht – of eigenlijk vanmorgen – duidelijk heeft gemaakt dat ik er niet vandoor ga.

‘Oké. Dank je,’ zeg ik, teleurgesteld dat ik weer op mijn voeten sta, verward door zijn aarzeling, en lichtelijk geïrriteerd dat ik weer niet in mijn Saab kan rijden. Maar hij heeft natuurlijk gelijk, met Taylor gaat het vlotter.

‘Geniet van uw luie ochtend, meneer Grey. Ik zou heel graag willen blijven, maar de eigenaar van het bedrijf waarvoor ik werk houdt er niet van als het personeel spijbelt om wat hete seks.’ Ik pak mijn handtas.

‘Persoonlijk, mevrouw Steele, twijfel ik er niet aan dat hij het zou goedkeuren. Het zou me zelfs niet verbazen als hij erop staat.’

‘Waarom blijf jij eigenlijk in bed? Dat is niets voor jou.’

Hij vouwt zijn handen achter zijn hoofd en grijnst naar me.

‘Omdat ik dat kan, mevrouw Steele.’

Ik schud mijn hoofd naar hem. ‘Later, schatje.’ Ik geef hem nog een kushandje en dan ben ik weg.

 

Taylor staat me op te wachten en hij lijkt te beseffen dat ik laat ben, want hij rijdt als een bezetene om te zorgen dat ik om kwart over negen op mijn werk ben. Ik ben dankbaar als hij langs de stoeprand parkeert – dankbaar dat ik nog leef – hij reed echt eng. En dankbaar dat ik niet afschuwelijk veel te laat ben, het is maar een kwartier.

‘Dankjewel, Taylor,’ roep ik, grauw van de schrik. Ik herinner me dat Christian vertelde dat hij een tank kan besturen, misschien rijdt hij ook wel autorally’s.

‘Ana.’ Hij knikt me gedag en ik ren mijn kantoor binnen. Pas als ik de deur opendoe, realiseer ik me dat hij zich niet meer houdt aan het formele mevrouw Steele. Ik glimlach erom.

Claire grijnst naar me als ik me langs de receptie haast en naar mijn bureau ren.

‘Ana!’ Jack roept me. ‘Hier komen!’

O, shit.

‘Hoe laat noem je dit?’ snauwt hij.

‘Het spijt me, ik heb me verslapen.’ Ik kleur donkerrood.

‘Laat het niet weer gebeuren. Eerst koffie halen, daarna moet je een paar brieven voor me uitwerken. Tempo maken,’ schreeuwt hij, waardoor ik in elkaar krimp.

Waarom is hij zo boos? Wat is zijn probleem? Wat heb ik misdaan? Ik haast me naar de keuken om zijn koffie te halen. Misschien had ik wel moeten spijbelen. Ik zou nu... nou ja, iets lekkers met Christian kunnen doen, of met hem kunnen ontbijten, of gewoon met hem kletsen – weer eens iets heel anders.

Jack lijkt nauwelijks te merken dat ik weer terug ben in zijn kantoor om de koffie neer te zetten. Hij schuift een vel papier naar me toe. Het is handgeschreven, met nauwelijks leesbare hanenpoten.

‘Typ dit eerst uit, dan kom je het door mij laten ondertekenen. Dan moet je het kopiëren en aan al onze auteurs sturen.

‘Komt in orde, Jack.’

Hij kijkt niet op als ik vertrek. Poeh, die is kwaad.

Enigszins opgelucht plof ik eindelijk achter mijn bureau neer. Ik neem een slokje thee, terwijl ik wacht tot mijn computer opgestart is. Ik check mijn mails.


Van: Christian Grey

Onderwerp: Ik mis je

Datum: 15 juni 2011, 09:05

Aan: Anastasia Steele

 

Gebruik alsjeblieft je BlackBerry.

 

x

 

Christian Grey

Directeur, Grey Enterprises Holdings, Inc.


Van: Anastasia Steele

Onderwerp: Makkelijk praten

Datum: 15 juni 2011, 09:27

Aan: Christian Grey

 

Mijn baas is boos.

Dat is jouw schuld omdat jij me zo lang wakker hebt gehouden met jouw... schelmenstreken.

Je zou je moeten schamen.

 

Anastasia Steele

Assistente van Jack Hyde, redacteur, SIP


Van: Christian Grey

Onderwerp: Schewattestreken?

Datum: 15 juni 2011, 09:32

Aan: Anastasia Steele

 

Je hoeft niet te werken, Anastasia.

Je hebt geen idee hoe verschrikkelijk ik mijn schelmenstreken vind.

Maar ik vind het leuk om je lang op te houden ;)

Gebruik alsjeblieft je BlackBerry.

O ja, en trouw alsjeblieft met me.

 

Christian Grey

Directeur, Grey Enterprises Holdings, Inc.


Van: Anastasia Steele

Onderwerp: De kost verdienen

Datum: 15 juni 2011, 09:35

Aan: Christian Grey

 

Ik weet dat je van nature graag zanikt, maar kap gewoon even.

Ik wil graag met je zielenknijper spreken.

Pas daarna geef ik je mijn antwoord.

Ik heb er geen bezwaar tegen om in zonde te leven.

 

Anastasia Steele

Assistente van Jack Hyde, redacteur, SIP


Van: Christian Grey

Onderwerp: BLACKBERRY

Datum: 15 juni 2011, 09:40

Aan: Anastasia Steele

 

Anastasia, als je het over dr. Flynn wilt hebben, GEBRUIK DAN JE BLACKBERRY.

Dit is geen verzoek.

 

Christian Grey

Nu boze directeur, Grey Enterprises Holdings, Inc.

 

O shit. Nu is hij ook nog boos op me. Nou ja, wat mij betreft blijft hij een tijdje in zijn eigen sop gaarkoken. Ik haal mijn BlackBerry uit mijn tas en kijk er sceptisch naar. Terwijl ik dat doe, gaat hij over. Kan hij me niet gewoon een keer met rust laten?

‘Ja,’ snauw ik.

‘Ana, hoi...’

‘José! Hoe is het met je?’ Het is geweldig om zijn stem te horen.

‘Met mij gaat het prima, Ana. Luister, ga je nog steeds om met die vent Grey?’

‘Eh, ja... Hoezo?’ Waarom vraagt hij dit?

‘Nou, hij heeft al je foto’s gekocht, dus ik dacht dat ik ze wel even in Seattle kon komen afleveren. De tentoonstelling sluit donderdag, dus dan kan ik ze vrijdag komen brengen, snap je? En misschien kunnen we dan nog wat gaan drinken, of zo. En eigenlijk hoopte ik ook dat ik dan ergens zou kunnen blijven pitten.’

‘José, dat is prima. Dat komt wel goed. Ik heb het er even over met Christian en dan bel ik je terug, oké?’

‘Is goed. Dan hoor ik wel van jou. Doei, Ana.’

‘Doei.’ En weg is hij.

Hemel. Ik heb niets meer van José gehoord sinds zijn tentoonstelling. Ik heb hem niet eens gevraagd hoe het is gegaan en of hij nog meer foto’s heeft verkocht. Lekkere vriendin ben ik.

Dus, ik zou vrijdagavond met José kunnen doorbrengen. Hoe zal Christian dat vinden? Ik realiseer me pas dat ik op mijn lip bijt als het pijn doet. O, die man meet echt met twee maten. Hij mag wel – ik huiver bij de gedachte – zijn groezelige ex in bad doen, maar ik krijg waarschijnlijk een container bagger over me heen als ik wat wil gaan drinken met José. Hoe ga ik dat aanpakken?

‘Ana.’ Jack schrikt me ruw op uit mijn gedachten. Is hij nog steeds boos? ‘Waar blijft die brief?’

‘Eh – komt eraan.’ Shit. Wat is er toch met hem?

Ik typ de brief vliegensvlug uit, print hem uit en loop zenuwachtig zijn kantoor binnen.

‘Hier.’ Ik leg de brief voor hem neer en wil de deur weer uit lopen. Jack kijkt de brief snel door met zijn kritische, doordringende blik.

‘Ik weet niet wat je allemaal aan het doen bent, maar ik betaal je om je werk te doen,’ blaft hij.

‘Dat weet ik, Jack,’ zeg ik verontschuldigend. Ik voel hoe een blos langzaam over mijn gezicht trekt.

‘Deze zit vol met fouten,’ snauwt hij. ‘Doe het maar opnieuw.’

Shit. Hij klinkt net als iemand anders die ik ken, maar van Christian kan ik het wel hebben als hij lomp doet. Van Jack begin ik zo langzamerhand genoeg te krijgen.

‘En haal meteen nog een koffie voor me, als je toch bezig bent.’

‘Sorry,’ fluister ik en ik rep me zo snel ik kan zijn kantoor uit.

Jezusmina. Hij is onuitstaanbaar. Ik ga weer aan mijn bureau zitten, doe de brief snel over. Er zaten overigens maar twee fouten in. Ik controleer hem nog een keer grondig voor ik hem print. Nu is hij perfect. Ik ga nog een koffie voor hem halen en maak aan Claire met rollende ogen duidelijk dat ik diep in de shit zit. Met een diepe zucht loop ik zijn kantoor weer binnen.

‘Beter,’ geeft hij met tegenzin toe, als hij de brief ondertekent. ‘Maak er fotokopieën van, archiveer het origineel en stuur de brief aan al onze auteurs. Begrepen?’

‘Ja.’ Ik ben niet achterlijk. ‘Jack, is er iets aan de hand?’

Hij kijkt op, zijn blauwe ogen worden donker terwijl hij me van boven tot onder bekijkt. Ik krijg het koud.

‘Nee.’ Zijn antwoord is kortaf, grof en neerbuigend. Ik sta eerst een beetje dom te kijken en schuifel dan zijn kantoor weer uit. Misschien heeft hij ook last van een persoonlijkheidsstoornis. Tsjemig, ik word erdoor omringd. Ik ga op weg naar het kopieerapparaat, waar het papier uiteraard is vastgelopen, en als ik dat heb opgelost, blijkt dat het papier op is. Dit is duidelijk niet mijn dag.

Als ik eindelijk weer achter mijn bureau zit, de brieven in de enveloppen aan het doen ben, zoemt mijn BlackBerry. Door de glazen wand kan ik zien dat Jack aan de telefoon zit. Ik neem op – het is Ethan.

‘Hey, Ana. Hoe is ’t gisteravond verlopen?’

Gisteravond. Een snelle serie beelden flitst door mijn hoofd – Christian op zijn knieën, zijn onthulling, zijn aanzoek, macaroni met kaas, mijn huilbui, zijn nachtmerrie, de seks, hoe ik hem aanraak...

‘O... prima,’ zeg ik, niet erg overtuigend.

Ethan wacht even en besluit dan om er niet verder op in te gaan. ‘Mooi. Kan ik de sleutels komen ophalen?’

‘Tuurlijk.’

‘Dan ben ik er over ongeveer een halfuur. Heb je dan even tijd om ergens koffie te gaan drinken?’

‘Vandaag niet. Ik was te laat vanochtend, en mijn baas gedraagt zich als een boze beer met een zere kop en brandnetels in zijn achterste.’

‘Dat klinkt niet best.’

‘Niet best, en best lelijk.’ Ik giechel.

Ethan lacht ook en ik voel me weer iets beter. ‘Oké, dan zie ik je over een halfuur.’ Hij hangt op.

Ik kijk op naar Jack en hij zit naar me te staren. O shit. Ik negeer hem zeer nadrukkelijk en ga verder met het vullen van de enveloppen.

Een halfuur later gaat mijn telefoon over. Het is Claire. ‘Hij is er weer, bij de receptie. Die blonde god.’

Het is heerlijk om Ethan te zien, na al het gedoe van gisteren en het slechte humeur dat mijn baas op me botviert, maar hij neemt al snel weer afscheid.

‘Zie ik je vanavond nog?’

‘Ik blijf waarschijnlijk bij Christian.’ Ik bloos.

‘Je hebt het goed te pakken,’ merkt Ethan vriendelijk op.

Ik haal mijn schouders op. Dat is maar een deel van het verhaal, en op dat moment realiseer ik me dat ik het meer dan goed te pakken heb. Ik heb het voorgoed te pakken. En wonderbaarlijk genoeg voelt Christian het net zo. Ethan omhelst me snel.

‘Later, Ana.’

Ik ga terug naar mijn bureau, worstelend met dit besef. Ik zou heel wat overhebben voor een dagje op mezelf, om eens rustig over alles na te denken.

‘Waar heb jij gezeten?’ Jack staat opeens naast me.

‘Ik moest iets regelen bij de receptie.’ Hij werkt nu echt op mijn zenuwen.

‘Ik wil lunch. Het gewone recept,’ zegt hij kortaf en hij beent weer terug naar zijn kantoor.

Waarom ben ik vandaag niet thuisgebleven bij Christian? Mijn innerlijke godin slaat haar armen over elkaar en tuit haar lippen; dat zou zij ook wel eens willen weten. Ik pak mijn tas en mijn BlackBerry en ga richting de uitgang. Ik controleer mijn berichten.


Van: Christian Grey

Onderwerp: Ik mis je

Datum: 15 juni 2011, 09:06

Aan: Anastasia Steele

 

Mijn bed is te groot zonder jou.

Ik denk dat ik toch maar even aan het werk moet.

Zelfs een megalomane directeur moet iets omhanden hebben.

x

 

Christian Grey

Duimendraaiende directeur, Grey Enterprises Holdings, Inc.

 

En er is er nog een, van later vanochtend.


Van: Christian Grey

Onderwerp: Discretie

Datum: 15 juni 2011, 09:50

Aan: Anastasia Steele

 

...is de moeder van de porseleinkast.

Wees alsjeblieft voorzichtig... de e-mail op je werk wordt gescreend.

HOE VAAK MOET IK JE DAT NOG VERTELLEN?

Inderdaad, met schreeuwerige hoofdletters, zoals jij dat noemt. GEBRUIK JE BLACKBERRY.

Dr. Flynn heeft morgenavond tijd voor ons.

 

Christian Grey

Nog steeds pissige directeur, Grey Enterprises Holdings, Inc.

 

En nog later weer eentje... O nee.


Van: Christian Grey

Onderwerp: Krekels

Datum: 15 juni 2011, 12:15

Aan: Anastasia Steele

 

Ik heb niets meer van je gehoord.

Laat me even weten of alles in orde is.

Je weet dat ik me zorgen maak.

Anders stuur ik Taylor om je te controleren!

x

 

Christian Grey

Overbezorgde directeur, Grey Enterprises Holdings, Inc.

 

Ik rol met mijn ogen en bel hem. Ik wil niet dat hij zich zorgen maakt.

‘Toestel van Christian Grey, u spreekt met Andrea Parker.’

O. Ik ben zo van mijn stuk dat Christian niet zelf opneemt, dat ik midden op straat stilsta. Een jongeman achter me moppert boos, omdat hij nog maar net kan voorkomen dat hij tegen me aanbotst. Ik sta onder de groene luifel van de broodjeszaak.

‘Hallo? Kan ik u misschien van dienst zijn?’ Andrea doorbreekt de ongemakkelijke stilte.

‘Sorry... eh... ik had gehoopt dat ik Christian even kon spreken...’

‘Meneer Grey zit op dit moment in een vergadering.’ Ze is een en al efficiëntie. ‘Kan ik een boodschap aannemen?’

‘Kunt u hem laten weten dat Ana gebeld heeft?’

‘Ana? Als in Anastasia Steele?’

‘Eh... ja.’ De vraag brengt me in verwarring.

‘Blijft u even aan de lijn, mevrouw Steele.’

Ik luister ingespannen als ze de hoorn neerlegt, maar kan niet volgen wat er aan de hand is. Een paar tellen later is Christian aan de lijn. ‘Gaat alles goed met je?’

‘Ja, prima.’

Hij ademt opgelucht uit.

‘Christian, waarom zou het niet goed met me gaan?’ fluister ik geruststellend.

‘Je reageert anders altijd zo snel op mijn mails. Na wat ik je gisteren heb verteld, maakte ik me zorgen,’ zegt hij zachtjes. Daarna zegt hij iets tegen iemand in zijn kantoor.

‘Nee Andrea, laat ze maar even wachten.’ O, dat toontje ken ik.

Ik kan het antwoord van Andrea niet horen.

‘Nee. Ik zei wachten,’ snauwt hij.

‘Christian, ik begrijp dat je het druk hebt. Ik belde alleen om je te laten weten dat alles goed met me gaat, en dat meen ik – ik ben alleen heel erg druk vandaag. Jack haalt echt de zweep erover. Eh... ik bedoel...’ Ik bloos en hou mijn mond.

Christian zwijgt een minuut lang.

‘De zweep erover, hè? Er was een tijd dat ik hem een gelukkige vent genoemd zou hebben.’ Zijn stem klinkt vol droge humor. ‘Laat hem niet over je heen gaan, schatje.’

‘Christian!’ vermaan ik, en ik weet gewoon dat hij zit te grinniken.

‘Hou hem gewoon goed in de gaten. Dat bedoel ik daarmee. Ik ben blij dat alles goed met je gaat. Hoe laat moet ik je komen ophalen?’

‘Ik stuur je wel een mailtje.’

‘Vanaf je BlackBerry,’ zegt hij streng.

‘Ja, meneer,’ kaats ik terug.

‘Later, schatje.’

‘Doeiii...’

Hij hangt nog steeds aan de lijn.

‘Hang op,’ vaar ik tegen hem uit, lachend.

Hij zucht diep door de telefoon. ‘Ik wou dat je niet naar je werk was gegaan vanmorgen.’

‘Ik ook. Maar ik heb het druk. Hang op.’

‘Hang jij maar op.’ Ik hoor zijn lach. O, speelse Christian. Ik hou van speelse Christian. Hmm... ik hou van Christian, punt.

‘Je valt in herhaling.’

‘Je bijt op je lip.’

Shit, dat klopt. Hoe weet hij dat?

‘Zie je, je denkt dat ik je niet ken, Anastasia. Maar ik ken je beter dan je denkt,’ fluistert hij verleidelijk, op die manier die me zwak maakt, en nat.

‘Christian, ik spreek je straks weer. Op dit moment zou ik ook willen dat ik vanochtend niet weggegaan was.’

‘Ik zie uw e-mail graag tegemoet, mevrouw Steele.’

‘Goedendag, meneer Grey.’

Als ik opgehangen heb, leun ik tegen het koude, harde raam van de broodjeszaak. Lieve hemel, zelfs aan de telefoon heeft hij me in zijn macht. Ik schud mijn hoofd om die Grey-gedachten te verdrijven. Ik loop de broodjeszaak in, in gedachten piekerend over Jack.

 

Hij kijkt chagrijnig als ik terug ben.

‘Is het goed als ik nu eerst ga lunchen?’ vraag ik voorzichtig. Hij staart naar me en zijn blik wordt nog bozer.

‘Als het moet,’ snauwt hij. ‘Drie kwartier. Dan kun je de verloren tijd van vanochtend inhalen.’

‘Jack, mag ik je iets vragen?’

‘Wat?’

‘Je bent vandaag helemaal uit je doen. Heb ik je iets misdaan?’

Hij knippert even met zijn ogen. ‘Ik denk niet dat ik in de stemming ben om nu een lijst van je missers te maken. Ik heb het druk.’ Hij kijkt weer ingespannen naar zijn beeldscherm, en negeert mij verder.

Whoa... Wat heb ik gedaan?

Ik draai me om en loop zijn kantoor uit. Even sta ik op het punt om in huilen uit te barsten. Waarom heeft hij zo plotseling zo’n grote hekel aan me? Een vervelende gedachte komt bij me op, maar die negeer ik. Deze shit kan ik er nu echt niet bij hebben – ik heb al genoeg ellende van mezelf.

Ik verlaat het gebouw en ga naar de dichtstbijzijnde Starbucks. Ik bestel een koffie verkeerd en ga bij het raam zitten. Ik haal mijn iPod uit mijn tas en doe mijn oordopjes in. Op goed geluk kies ik een nummer en druk op repeat, zodat het steeds weer opnieuw wordt afgespeeld. Ik heb muziek nodig om te kunnen nadenken.

Mijn gedachten dwalen af. Christian de sadist. Christian de Onderdanige. Christian de onaanraakbare. Christians oedipuscomplex. Christian die Leila in bad doet. Ik grom en doe mijn ogen dicht, als dat laatste beeld me bijblijft.

Kan ik wel met deze man trouwen? Er is zoveel om te verwerken. Hij is complex en moeilijk, maar diep vanbinnen weet ik dat ik hem niet in de steek wil laten, ondanks al zijn issues. Ik wil nooit meer bij hem weg. Ik hou van hem. Het zou net zoiets zijn als mijn rechterarm eraf hakken.

Ik heb me nog nooit zo levend gevoeld, zo levenskrachtig, als op dit moment. Ik heb allerlei verontrustende, diepgaande gevoelens ervaren en nieuwe dingen meegemaakt sinds ik hem ontmoet heb. Met Vijftig verveel je je nooit.

Als ik terugkijk op mijn leven voor Christian, lijkt het alsof alles in zwart-wit was, net als de foto’s van José. Nu staat mijn hele wereld bol van rijke, heldere, verzadigde kleuren. Ik vlieg op een straal van oogverblindend licht, Christians oogverblindende licht. Ik ben nog steeds Icarus, die te dicht bij de zon vliegt. Ik snuif hardop. Vliegen met Christian – wie kan er nu weerstand bieden aan een man die kan vliegen?

Kan ik hem opgeven? Wil ik hem opgeven? Het is net alsof hij een schakelaar heeft omgezet en me van binnenuit in vuur en vlam heeft gezet. Hem kennen is zo verhelderend geweest. Ik heb meer over mezelf ontdekt in de laatste paar weken dan ooit daarvoor. Ik heb dingen geleerd over mijn lichaam, mijn harde grenzen, mijn zachte grenzen, mijn tolerantie, mijn geduld, mijn medeleven, en mijn vermogen om lief te hebben.

En dan dringt het plotseling tot me door, het raakt me als een bliksemschicht – dat is wat hij van mij nodig heeft, waar hij recht op heeft – onvoorwaardelijke liefde. Dat heeft hij nooit gekregen van de heroïnehoer – dat is wat hij nodig heeft. Kan ik onvoorwaardelijk van hem houden? Kan ik accepteren wie hij is, ondanks zijn onthullingen van gisteravond?

Ik weet dat hij beschadigd is, maar ik denk niet dat het onherstelbaar is. Ik zucht, herinner me de woorden van Taylor. Hij heeft het hart op de juiste plaats, mevrouw Steele.

Ik heb het veelomvattende bewijs gezien van zijn goedheid – zijn liefdadigheidswerk, zijn manier van zakendoen, zijn gulheid – maar hij ziet dat niet in zichzelf. Hij denkt dat hij geen liefde verdient. Gezien zijn geschiedenis en zijn bijzondere voorkeuren, kan ik me wel iets voorstellen bij zijn zelfhaat – daarom heeft hij nooit iemand toegelaten. Kan ik dat overwinnen?

Hij heeft ooit gezegd dat ik nooit ook maar iets zou kunnen begrijpen van de omvang van zijn verdorvenheid. Nou, hij heeft het me nu verteld, en gezien zijn eerste levensjaren verbaast het me niets, hoewel het toch nog een schok was om het hardop uitgesproken te horen. Hij heeft het me tenminste verteld – en hij lijkt gelukkiger nu hij dat gedaan heeft. Ik weet nu alles.

Betekent dit dat hij minder van me houdt? Nee, dat denk ik niet. Hij heeft zich nog niet eerder zo gevoeld en datzelfde geldt voor mij. We hebben allebei zo’n afstand overbrugd.

De tranen prikken en mijn ogen stromen vol als ik weer voor me zie hoe zijn laatste barricade gisteravond afbrokkelde toen hij me toestond hem aan te raken. Jemig, Leila en al haar gestoordheid waren nodig om dat punt te bereiken.

Misschien zou ik dankbaar moeten zijn. De wetenschap dat hij haar in bad heeft gedaan veroorzaakt nu niet meer zo’n bittere smaak op mijn tong. Ik vraag me af welke kleren hij haar heeft gegeven. Hopelijk niet het pruimkleurige jurkje. Daar was ik echt aan gehecht.

Kan ik dus onvoorwaardelijk houden van deze man met al zijn problemen? Omdat hij niets minder verdient. Hij moet nog steeds leren mijn grenzen te respecteren, en kleine dingetjes als invoelingsvermogen, en hij moet dingen minder willen beheersen. Hij zegt dat hij niet langer de neiging heeft om mij pijn te doen; misschien kan dr. Flynn daar zijn licht eens over laten schijnen.

Uiteindelijk is dat wat me de meeste zorgen baart – dat hij dat nodig heeft en dat hij altijd gelijkgestemde vrouwen heeft gevonden die dat ook nodig hebben. Ik frons. Ja, die geruststelling heb ik nodig. Ik wil alles zijn voor deze man, zijn alfa en zijn omega, en alles daartussenin, omdat hij alles voor mij is.

Ik hoop dat Flynn mijn vragen kan beantwoorden, misschien kan ik dan ja zeggen. Dan kunnen Christian en ik ons eigen stukje paradijs op aarde zoeken.

Ik staar naar buiten, naar de drukte van Seattle rond lunchtijd. Mevrouw Grey, wie had dat gedacht? Ik kijk op mijn horloge. Shit! Ik schiet overeind en ren naar buiten – een heel uur alleen maar gezeten – waar is de tijd gebleven? Jack springt uit zijn vel!

 

Ik glip weer terug achter mijn bureau. Gelukkig is hij niet in zijn kantoor. Het lijkt erop dat ik ermee weggekomen ben. Ik staar intens naar mijn beeldscherm, zonder iets te zien, probeer mijn gedachten weer op het werk te richten.

‘Waar was je?’

Ik schrik op, Jack staat achter me, met zijn armen over elkaar.

‘Ik was beneden, kopieën aan het maken,’ lieg ik. Jack klemt zijn lippen stijf op elkaar, hij kijkt boos.

‘Ik vertrek om halfzeven naar de luchthaven. Tot die tijd heb ik je nodig.’

‘Oké.’ Ik glimlach zo lief mogelijk naar hem.

‘Wil je mijn reisschema voor New York voor me uitprinten en er tien kopieën van maken. En maak een pakketje van de brochures. En haal koffie voor me,’ snauwt hij, voordat hij terugbeent naar zijn kantoor.

Ik slaak een zucht van opluchting en steek mijn tong naar hem uit als hij de deur achter zich sluit. Eikel.

 

Om vier uur belt Claire van de receptie.

‘Mia Grey aan de lijn voor jou.’

Mia? Ik hoop niet dat ze met me naar het winkelcentrum wil.

‘Hallo Mia!’

‘Ana, hoi. Hoe gaat het?’ Haar opgewektheid is verstikkend.

‘Goed. Druk vandaag. Jij?’

‘Ik verveel me dood! Ik moet iets omhanden hebben, dus ik ben bezig om een verjaardagsfeest voor Christian te organiseren.’

Christian is jarig? Hemel, daar wist ik niets van. ‘Wanneer is dat?’

‘Ik wist ’t! Ik wist dat hij dat niet aan jou zou vertellen. Het is aanstaande zaterdag. Mam en pap willen iedereen uitnodigen om te komen eten, om het te vieren. Bij dezen ben je officieel uitgenodigd.’

‘Dat is fantastisch. Dankjewel, Mia.’

‘Ik heb Christian al gebeld om het hem te vertellen, dus hij weet het al. Hij heeft mij dit telefoonnummer gegeven.’

‘Prima.’ Mijn hersenen draaien op volle toeren – wat moet ik Christian in godsnaam voor zijn verjaardag geven? Wat koop je voor een man die alles heeft?

‘En misschien kunnen we volgende week een keer samen gaan lunchen?’

‘Tuurlijk. Of kun jij morgen? Dan zit mijn baas toch in New York.’

‘Ja, dat zou ik geweldig vinden, Ana. Hoe laat?’

‘Kwart voor een?’

‘Dan zie je me morgen. Tot dan, Ana.’

‘Tot dan.’ Ik hang op.

Christian. Verjaardag. Maar wat moet ik hem in vredesnaam geven?


Van: Anastasia Steele

Onderwerp: Voorwereldlijk

Datum: 15 juni 2011, 16:11

Aan: Christian Grey

 

Beste meneer Grey,

Wanneer had u het mij eigenlijk willen vertellen?

Wat moet ik die ouwe van me voor zijn verjaardag geven?

Misschien nieuwe batterijtjes voor zijn gehoorapparaat?

A x

 

Anastasia Steele

Assistente van Jack Hyde, redacteur, SIP


Van: Christian Grey

Onderwerp: Prehistorisch

Datum: 15 juni 2011, 16:20

Aan: Anastasia Steele

 

Je mag niet spotten met ouderdom.

Blij dat je springlevend bent.

En dat Mia je gebeld heeft.

Batterijen komen altijd van pas.

Ik vier mijn verjaardag niet graag.

 

x

 

Christian Grey

Stokdove directeur, Grey Enterprises Holdings, Inc.


Van: Anastasia Steele

Onderwerp: Hmmm

Datum: 15 juni 2011, 16:24

Aan: Christian Grey

 

Beste meneer Grey,

Ik stel me voor dat je met een pruillip die laatste zin hebt geschreven.

Je weet wat dat met me doet.

A xox

 

Anastasia Steele

Assistente van Jack Hyde, redacteur, SIP


Van: Christian Grey

Onderwerp: Rollende ogen

Datum: 15 juni 2011, 16:29

Aan: Anastasia Steele

 

Mevrouw Steele,

 

GEBRUIK UW BLACKBERRY!!!

 

x

 

Christian Grey

Directeur met jeukende handen, Grey Enterprises Holdings, Inc.

 

Ik rol met mijn ogen. Waarom liggen die e-mails toch zo gevoelig bij hem?


Van: Anastasia Steele

Onderwerp: Inspiratie

Datum: 15 juni 2011, 16:33

Aan: Christian Grey

 

Beste meneer Grey,

 

Ah, die eeuwig jeukende handen van u kunnen niet lang stilzitten, hè?

Ik vraag me af wat dr. Flynn daarover te zeggen heeft.

Maar ik weet nu wel wat ik je voor je verjaardag ga geven – en ik hoop dat het me pijnlijke plekken oplevert...

;)

 

A x


Van: Christian Grey

Onderwerp: Ademnood

Datum: 15 juni 2011, 16:38

Aan: Anastasia Steele

 

Mevrouw Steele,

 

Ik denk niet dat mijn hart de spanning van nog zo’n e-mail kan verdragen. En mijn broek trouwens ook niet.

 

Gedraag je.

 

x

 

Christian Grey

Directeur, Grey Enterprises Holdings, Inc.


Van: Anastasia Steele

Onderwerp: Best lastig

Datum: 15 juni 2011, 16:42

Aan: Christian Grey

 

Christian,

 

Ik probeer te werken voor mijn zeer veeleisende baas.

Laat me alsjeblieft met rust en wees zelf ook niet zo lastig.

Door jouw laatste mailtje sta ik in vuur en vlam.

 

x

 

PS Kun je me om halfzeven ophalen?


Van: Christian Grey

Onderwerp: Ik zal er zijn

Datum: 15 juni 2011, 16:47

Aan: Anastasia Steele

 

Je kunt me geen groter plezier doen dan dat.

Nou ja, eigenlijk kan ik een groot aantal dingen verzinnen die me meer plezier zouden doen, en jij hebt overal een rol in.

 

x

 

Christian Grey

Directeur, Grey Enterprises Holdings, Inc.

 

Ik bloos als ik zijn antwoord lees en schud mijn hoofd. Een beetje geinen via de mail is best leuk natuurlijk, maar we moeten echt praten. Misschien nadat we Flynn hebben gesproken. Ik leg mijn BlackBerry weer weg en ga verder met het opmaken van de kleine kas.

 

Tegen kwart over zes is het kantoor uitgestorven. Alles ligt klaar voor Jack. Zijn taxi naar de luchthaven is geboekt en ik hoef hem alleen nog zijn papieren te geven. Ik kijk bezorgd door het raam, maar hij zit nog ingespannen te telefoneren en ik wil hem niet storen. Zeker niet met zijn humeur van vandaag.

Terwijl ik wacht tot hij zover is, realiseer ik me dat ik vandaag nog niets gegeten heb. O shit, dat gaat Vijftig niet op prijs stellen. Ik glip snel naar de keuken om te zien of er nog koekjes overgebleven zijn.

Als ik de gemeenschappelijke koektrommel opendoe, verschijnt Jack ineens in de deuropening. Ik schrik ervan.

O. Wat doet hij hier?

Hij staart me aan. ‘Welnu Ana, dit lijkt me een goed moment om het te hebben over jouw missers.’ Hij stapt naar binnen en doet de deur achter zich dicht. Mijn mond is acuut kurkdroog terwijl in mijn hoofd alle alarmbellen rinkelen.

O fuck.

Zijn lippen vertrekken tot een groteske glimlach, en zijn ogen glinsteren een diep, donker kobaltblauw. ‘Eindelijk ben je een moment alleen,’ zegt hij, en zijn tong glijdt over zijn onderlip.

Wat?

‘En... zul je nu een braaf meisje zijn en goed luisteren naar wat ik zeg?’