Tien

 

 

Mijn hart bonst in mijn keel en ik hoor het bloed in mijn oren kloppen, versterkt door de alcohol in mijn lichaam.

‘Is hij...’ Ik snak naar adem en ben niet in staat mijn zin af te maken. Met grote ogen en angst in mijn lijf kijk ik Ryan aan. Ik kan niet eens kijken naar het zonderlinge lichaam op de vloer.

‘Nee, mevrouw. Hij is alleen buiten westen.’

Ik voel me opgelucht. O, gelukkig.

‘En jij?’ vraag ik als ik me tot Ryan wend. Ik besef me dat ik niet eens zijn voornaam ken. Hij hijgt alsof hij net de marathon heeft gelopen. Hij veegt het bloed van zijn mondhoek weg. Ik zie dat er een blauw plek op zijn wang ontstaat.

‘Hij heeft zich behoorlijk verzet, maar met mij gaat het goed, mevrouw Grey.’ Hij glimlacht ter geruststelling. Als ik hem beter zou kennen dan zou ik kunnen zeggen dat hij er een beetje zelfvoldaan uitziet.

‘En Gail? Mevrouw Jones?’ O nee... is alles goed met haar? Is ze niet gewond?

‘Ik ben hier, Ana.’ Mevrouw Jones staat achter me in haar nachtjapon en ochtendjas. Ze heeft haar haar los en haar gezicht heeft een asgrijze kleur – waarschijnlijk net als het mijne.

‘Ryan heeft me wakker gemaakt. Hij stond erop dat ik daarheen ging.’ Ze wijst naar het kantoor van Taylor. ‘Met mij gaat het goed. Met u ook?’

Ik knik en besef me dat ze waarschijnlijk net uit de panic room komt die naast Taylors kantoor ligt. Wie had kunnen bedenken dat we ’m zo snel al zouden gebruiken? Christian stond erop dat er een werd gebouwd, kort na onze verloving – en ik had toen met mijn ogen gerold. Nu ik Gail zo in de deuropening zie staan ben ik dankbaar voor zijn vooruitziende blik.

Het gekraak van de deur naar de foyer leidt me af. De scharnieren van de deur zitten los. Wat is daar in godsnaam mee gebeurd?

‘Was hij alleen?’ vraag ik aan Ryan.

‘Ja, mevrouw. U zou hier nu niet staan als dat niet zo was, dat kan ik u verzekeren.’ Ryan klinkt vaag beledigd.

‘Hoe is hij binnengekomen?’ vraag ik, zijn toon negerend.

‘Via de dienstlift. Hij is gewiekst, mevrouw.’ Ik staar naar Jacks in elkaar gezakte lichaam. Hij draagt een soort uniform – een overall volgens mij.

‘Wanneer?’

‘Ongeveer tien minuten geleden. Ik zag hem op de beveiligingscamera. Hij droeg handschoenen... nogal vreemd in augustus. Ik herkende hem en besloot om hem toegang te geven. Het was de enige manier om hem te pakken te krijgen. U was er niet en Gail was veilig, dus ik dacht: het is nu of nooit.’ Ryan lijkt wederom zeer tevreden met zichzelf en Sawyer kijkt hem afkeurend aan.

Handschoenen? De gedachte leidt me af en ik kijk weer naar Jack. Ja, hij draagt inderdaad bruin leren handschoenen. Griezelig.

‘Wat doen we nu?’ Ik probeer het uit mijn hoofd te zetten.

‘We moeten hem vastbinden,’ zegt Ryan.

‘Vastbinden?’

‘Voor het geval hij bijkomt.’ Ryan kijkt naar Sawyer.

‘Wat heb je nodig?’ vraagt mevrouw Jones en stapt naar voren. Ze heeft zichzelf weer hervonden.

‘Iets van koord of een touw,’ zegt Ryan.

Kabelbinders. Ik bloos wanneer ik aan de avond ervoor denk. In een reflex wrijf ik over mijn polsen en bekijk ze. Nee, geen striemen. Mooi.

‘Ik heb iets. Kabelbinders. Heb je daar wat aan?’

Iedereen kijkt naar me.

‘Jazeker, mevrouw. Perfect,’ zegt Sawyer met een serieus gezicht. Ik kan wel door de grond zakken, maar ik draai me om en loop naar de slaapkamer. Soms moet je je er gewoon op een brutale manier doorheen slaan. Misschien is het wel de combinatie van angst en alcohol die me zo roekeloos maakt.

Als ik terugkom, zie ik mevrouw Jones de rotzooi in de foyer bekijken. Prescott staat nu ook bij het beveiligingsteam. Ik geef de binders aan Sawyer, die onnodig voorzichtig Hydes handen vastbindt op zijn rug. Mevrouw Jones verdwijnt in de keuken en komt terug met een verbanddoos. Ze neemt Ryan mee richting de grote kamer en verzorgt de snee boven zijn oog. Hij deinst even terug als ze de wond schoonmaakt met een ontsmettingsdoekje. Dan zie ik de Glock met geluidsdemper op de vloer liggen. Holy shit! Was Jack gewapend? Ik vecht tegen de opkomende misselijkheid.

‘Niet aanraken, mevrouw Grey,’ zegt Prescott als ik het wapen wil oprapen. Sawyer komt Taylors kantoor uit. Hij draagt latex handschoenen.

‘Dat handel ik wel af, mevrouw Grey,’ zegt hij.

‘Is het van hem?’ vraag ik.

‘Ja, mevrouw,’ zegt Ryan. Hij krimpt nog een keer ineen wanneer mevrouw Jones zijn wond verzorgd. Shit. Ryan heeft gevochten met een gewapende vent in mijn huis.

Ik huiver bij de gedachte. Sawyer buigt voorover en pakt de Glock.

‘Moet je dat wel doen?’ vraag ik.

‘Meneer Grey zou het zo willen, mevrouw.’ Sawyer laat het wapen in een afsluitbare plastic zak glijden. Dan hurkt hij neer naast Jack om hem te fouilleren. Hij pauzeert en haalt een rol duct-tape uit zijn zak. Sawyer trekt wit weg en doet de rol weer terug in Hydes zak.

Duct-tape? Ik ervaar alles gefascineerd alsof ik er niet helemaal bij hoor. Dan voel ik de misselijkheid weer opkomen wanneer ik denk aan de gevolgen. Ik probeer het snel uit mijn hoofd te zetten. Niet over nadenken, Ana!

‘Moeten we de politie niet bellen?’ vraag ik, terwijl ik mijn angst probeer te verbergen. Ik wil Hyde weg hebben uit mijn huis. Hoe eerder hoe beter. Ryan en Sawyer kijken elkaar aan.

‘Ik vind dat we de politie moeten bellen,’ zegt ik, dit keer met wat meer overtuiging. Ik vraag me af wat er aan de hand is tussen Ryan en Sawyer.

‘Ik heb net geprobeerd Taylor te bellen, maar hij neemt niet op. Misschien ligt hij te slapen.’ Sawyer kijkt op zijn horloge. ‘Het is kwart voor twee in de nacht aan de Oostkust.’

O nee.

‘Heb je Christian al gebeld?’ vraag ik fluisterend.

‘Nee, mevrouw.’

‘Belde je Taylor voor instructies?’

Sawyer lijkt even in verlegenheid gebracht. ‘Ja, mevrouw.’

Ik word nijdig. Deze man – ik kijk neer op Hyde – heeft ingebroken in mijn huis en nu moet hij worden meegenomen door de politie. Maar wanneer ik ze alle vier in hun ongeruste ogen kijk, bedenk ik dat ik iets niet heb meegekregen. Ik besluit daarom om Christian te bellen. Mijn hoofdhuid prikkelt. Ik weet dat hij kwaad is op me – echt heel erg kwaad – en ik aarzel als ik denk aan wat hij zal zeggen. En ik weet zeker dat hij gaat stressen omdat hij er niet is, en er ook niet voor morgen zal zijn. Ik weet dat ik hem vanavond al genoeg zorgen heb gegeven. Misschien moet ik hem maar niet bellen. En dan bedenk ik plotseling iets. Shit. Wat als ik hier was geweest? Ik trek wit weg bij de gedachte. Gelukkig ben ik uitgegaan. Misschien vallen mijn problemen achteraf toch nog wel mee.

‘Komt het weer goed met hem?’ vraag ik, wijzend naar Jack.

‘Hij zal flinke koppijn hebben als hij wakker wordt,’ zegt Ryan. Hij kijkt vol minachting naar Jack. ‘Maar er moet wel iemand naar hem kijken.’

Ik haal mijn BlackBerry uit mijn tas en voordat ik goed en wel over Christians boosheid heb gedacht, bel ik hem al. Hij gaat meteen over op voicemail. Hij zal hem wel hebben uitgezet omdat hij zo boos is. Ik weet eigenlijk niet goed wat ik moet zeggen. Ik loop de gang in, weg van de anderen.

‘Hoi. Met mij. Wees alsjeblieft niet boos. We hebben hier in het appartement een incident gehad. Maar alles is nu onder controle, dus je hoeft je geen zorgen te maken. We zijn allemaal in orde. Bel even.’ Ik hang op.

‘Bel de politie,’ zeg ik tegen Sawyer. Hij knikt, pakt zijn mobiel en belt.

 

Agent Skinner is in gesprek met Ryan aan de eetkamertafel. Agent Walker zit met Sawyer in Taylors kantoor. Ik weet niet waar Prescott is, misschien ook wel in Taylors kantoor. Rechercheur Clark vuurt ondertussen vragen op mij af. We zitten op de bank in de grote kamer. Clark is lang, donkerharig en best knap, als hij niet de hele tijd boos zou kijken. Ik heb het vermoeden dat hij uit bed is gebeld vanwege het feit dat iemand het huis van een van de rijkste en meest invloedrijke zakenlui van Seattle is binnengedrongen.

‘Hij is ooit uw baas geweest?’ vraagt Clark kortaf.

‘Ja.’

Ik ben ontzettend moe en wil eigenlijk gewoon naar bed. Ik heb nog steeds niets gehoord van Christian. Hyde is ondertussen door ambulancepersoneel meegenomen. Mevrouw Jones geeft mij en rechercheur Clark een kop thee.

‘Dank u.’ Clark richt zich weer tot mij. ‘En waar is meneer Grey?’

‘New York. Voor zaken. Hij is morgenavond weer terug – ik bedoel vanavond.’ Het is inmiddels na middernacht.

‘Hyde staat bij ons bekend,’ zegt rechercheur Clark. ‘Ik moet u vragen om naar het bureau te komen om een verklaring af te leggen. Maar dat kan nog wel even wachten. Het is al laat en er staan journalisten op de stoep. Mag ik even rondkijken?’

‘Natuurlijk,’ zeg ik tegen hem. Ik ben blij dat hij klaar is met zijn vragen. Ik ril bij de gedachte aan fotografen buiten. Nou ja, daar ga ik me nu geen zorgen om maken. Ik moet eraan denken om mam en Ray te bellen voor het geval ze iets horen en zich zorgen gaan maken.

‘Mevrouw Grey, mag ik voorstellen dat u naar bed gaat?’ zegt mevrouw Jones met een warme bezorgde stem.

Ik kijk naar haar warme vriendelijke gezicht en voel plotseling een ontzettende behoefte om te gaan huilen. Mevrouw Jones wrijft over mijn schouder.

‘We zijn nu veilig,’ zegt ze. ‘Morgen zal het er allemaal veel beter uitzien. Ga eerst maar eens slapen. En meneer Grey komt morgenavond ook weer thuis.’

Ik kijk haar zenuwachtig aan en probeer mijn tranen tegen te houden. Christian zal zo boos zijn.

‘Hebt u nog iets nodig voordat u gaat slapen?’ vraagt ze.

Ik besef nu pas hoeveel honger ik heb. ‘Ik zou graag iets willen eten.’

Ze laat een brede glimlach zien. ‘Een broodje en een glas melk?’

Ik knik dankbaar en ze loopt de keuken in. Ryan zit nog steeds met agent Skinner te praten. In the foyer onderzoekt agent Clark de rotzooi buiten de lift. Hij ziet er bedachtzaam uit, ondanks zijn boze blik. Plotseling voel ik heimwee opkomen – heimwee naar Christian. Ik houd mijn hoofd in mijn handen en wens vurig dat hij hier was. Hij zou wel weten wat hij moest doen. Wat een avond. Ik wil bij hem op schoot kruipen. Ik wil dat hij me in zijn armen neemt en tegen me zegt dat hij van me houdt, zelfs al doe ik niet altijd wat ik zeg te zullen doen – maar ik zie hem niet eerder dan vanavond. Inwendig rol ik met mijn ogen... Waarom heeft hij me niets verteld over de extra beveiliging voor iedereen? Wat staat er nou eigenlijk op Jacks computer? Hij is zo frustrerend, maar dat maakt me nu even helemaal niet uit. Ik wil mijn man. Ik mis hem.

‘Alsjeblieft, lieve Ana.’ Mevrouw Jones onderbreekt mijn innerlijke verwarring. Ze heeft een boterham met pindakaas en jam voor me. Haar ogen glinsteren. Die heb ik in jaren niet gehad. Ik glimlach verlegen en begin meteen te eten. Wanneer ik eindelijk in bed stap ga ik aan Christians kant liggen, met zijn T-shirt aan. Zowel zijn kussen als zijn T-shirt ruikt naar hem. Langzaam val ik in slaap en ik wens hem stilletjes een behouden terugreis... en een goeie bui.

 

Ik schrik plotseling wakker. Het is al licht buiten en ik heb knallende koppijn. Vooral bij mijn slapen. O nee. Ik hoop dat ik geen kater heb. Heel voorzichtig doe ik mijn ogen open. Ik merk dat de slaapkamerstoel is verschoven. Christian zit erin. Hij heeft zijn smoking nog aan. Het uiteinde van zijn strikje steekt uit zijn borstzak. Is dit een droom? Zijn linkerarm hangt over de stoel en hij heeft een glas in zijn hand met daarin een amberkleurige vloeistof. Cognac? Whisky? Ik heb geen idee. Hij heeft zijn ene been over het andere gekruist. Hij draagt zwarte sokken en nette schoenen. Zijn rechterelleboog rust op de leuning van de stoel, zijn hand onder zijn kin en met zijn wijsvinger wrijft hij ritmisch over zijn onderlip. In het vroege ochtendlicht lijken zijn ogen te branden van intensiteit, maar zijn algemene gezichtsuitdrukking is volledig onleesbaar.

Mijn hart stopt bijna met kloppen. Hij is hier, hoe heeft hij dat zo snel gedaan? Hij moet afgelopen nacht uit New York zijn vertrokken. Hoe lang zit hij hier al naar me te kijken?

‘Hoi,’ fluister ik.

Hij kijkt me koeltjes aan en mijn hart slaat over. O nee. Hij slaat het laatste slokje alcohol achterover en zet het glas op het nachtkastje. Ik verwacht eigenlijk dat hij me zal zoenen maar dat doet hij niet. Hij gaat achterover zitten en kijkt me weer aan. Zijn uitdrukking is onverstoorbaar.

‘Hallo,’ zegt hij uiteindelijk met zachte stem. Ik zie meteen dat hij nog steeds kwaad is. Ontzettend kwaad.

‘Je bent terug.’

‘Blijkbaar.’

Langzaam ga ik overeind zitten. Ik blijf hem aankijken. Mijn mond is droog. ‘Hoe lang zit je daar al naar me te kijken?’

‘Lang genoeg.’

‘Je bent nog steeds boos.’ Ik kan amper een woord uitbrengen.

Hij kijkt naar me, alsof hij aan het nadenken is over wat hij zal zeggen. ‘Boos,’ zegt hij, het woord wegend. ‘Nee, Ana. Het is veel, veel meer dan boosheid.’

Holy shit. Ik probeer te slikken maar dat valt niet mee met een droge mond.

‘Veel, veel meer dan boosheid... dat klinkt niet goed.’

Hij staart me uitdrukkingloos aan en geeft geen antwoord. Er hangt een dreigende stilte tussen ons. Ik pak mijn glas water en neem een slokje en probeer mijn hartslag weer onder controle te krijgen.

‘Ryan heeft Jack gepakt.’ Ik probeer een andere tactiek en zet mijn glas naast dat van hem.

‘Weet ik,’ zegt hij ijzig.

Natuurlijk weet hij dat. ‘Blijf je nog lang met enkele lettergrepen spreken?’

Ik zie zijn wenkbrauwen. Het lijkt alsof hij verrast is door deze vraag. ‘Ja,’ zegt hij uiteindelijk.

O... oké. Wat nu? Verdediging – de beste vorm van aanval. ‘Het spijt me dat ik toch weg ben gegaan.’

‘Is dat zo?’

‘Nee,’ mompel ik. En dat is waar.

‘Waarom zeg je het dan?’

‘Omdat ik niet wil dat je boos op me bent.’

Hij zucht diep, alsof hij deze spanning al urenlang heeft opgekropt. Dan haalt hij zijn hand door zijn haar. Hij ziet er mooi uit. Woedend, maar mooi. Ik neem hem volledig in me op – Christian is terug – boos, maar veilig terug.

‘Ik geloof dat rechercheur Clark met je wil praten.’

‘Dat zal best.’

‘Christian, alsjeblieft...’

‘Alsjeblieft wat?’

‘Doe niet zo kil.’

Hij trekt opnieuw zijn wenkbrauwen op. ‘Anastasia, kil is niet de juiste omschrijving van wat ik voel. Ik kook van woede. Ik weet niet hoe ik om moet gaan met deze’ – hij zwaait met zijn hand, zoekend naar het juiste woord – ‘gevoelens.’ Hij klinkt bitter.

O shit. Zijn oprechtheid is ontwapenend. Het enige wat ik wil doen, is bij hem op schoot kruipen, dat is al zo sinds ik gisteravond thuiskwam. Hij kan me nog meer vertellen. Ik stap uit bed en klim onhandig op zijn schoot. Hij is verrast maar duwt me er niet vanaf. Daar was ik wel even bang voor. Maar in plaats daarvan slaat hij zijn armen om me heen. Hij duwt zijn gezicht in mijn haar. Hij ruikt naar whisky. Jemig, hoeveel heeft hij gedronken? Hij ruikt ook naar douchegel. Hij ruikt naar Christian. Ik sla mijn armen om zijn nek en hij zucht diep.

‘O, mevrouw Grey. Wat moet ik nou met u?’ Hij geeft me een kus op mijn hoofd. Ik doe mijn ogen dicht en geniet van het contact met hem.

‘Hoeveel heb je gedronken?’

Hij verstrakt. ‘Hoezo?’

‘Omdat je normaal gesproken geen sterkedrank drinkt.’

‘Dit is mijn tweede glas. Ik heb een zware nacht gehad, Anastasia. Mag ik even?’

Ik glimlach. ‘Als u het zo brengt, meneer Grey.’ Ik snuffel in zijn nek. ‘Je ruikt hemels. Ik heb aan jouw kant van het bed geslapen omdat je kussen naar jou ruikt.’

Hij drukt zijn neus in mijn haar. ‘O ja? Ik vroeg me al af waarom je aan mijn kant lag. Ik ben nog steeds boos op je.’

‘Dat weet ik.’

Hij streelt mijn rug.

‘En ik op jou,’ fluister ik.

Hij is even stil. ‘En waar, als ik vragen mag, heb ik dat aan te danken?’

‘Dat vertel ik je later wel, als je weer wat tot bedaren bent gekomen.’ Ik kus zijn hals. Hij doet zijn ogen dicht en leunt tegen me aan, maar hij kust mij niet. Hij trekt me steviger tegen zich aan.

‘Als ik denk aan wat er had kunnen gebeuren...’ Zijn stem klinkt fluisterend, gebroken.

‘Er is niets aan de hand.’

‘O, Ana.’ Het lijkt bijna een snik.

‘Het gaat goed. We zijn allemaal oké. Een beetje van slag. Maar het gaat prima met Gail en Ryan ook en Jack is verdwenen.’

Hij schudt zijn hoofd. ‘Maar niet dankzij jou,’ zegt hij.

Wat? Ik leun achterover en staar hem aan. ‘Wat bedoel je daarmee?’

‘Ik wil het er nu niet over hebben, Ana.’

Ik knipper met mijn ogen. Nou, misschien wil ik het er wel over hebben. Maar ik besluit er niet verder op in te gaan. Hij praat nu tenminste tegen me. Ik kruip weer tegen hem aan. Hij friemelt met mijn haar.

‘Ik wil je straffen,’ fluistert hij. ‘Je echt helemaal in elkaar slaan.’

Mijn hart schiet in mijn keel. Fuck. ‘Dat weet ik,’ fluister ik tegen hem en mijn hoofdhuid prikkelt.

‘Misschien doe ik het nog wel ook.’

‘Ik hoop van niet.’

Hij houdt me nog steviger vast. ‘Ana, Ana, Ana. Jij zou een engel nog op de proef stellen.’

‘Ik zou u van veel dingen kunnen beschuldigen, meneer Grey, maar u bent zeker geen engel.’

Eindelijk word ik beloond met een zuinige grinnik. ‘Goed punt, mevrouw Grey.’ Hij kust mijn voorhoofd en maakt aanstalten om op te staan.

‘Terug naar bed. Voor jou was het ook laat.’ Hij staat op, tilt me op en brengt me terug naar bed.

‘Kom je bij me liggen?’

‘Nee. Ik heb nog zat te doen.’ Hij pakt zijn glas op. ‘Ga maar slapen. Ik maak je over een paar uur wel wakker.’

‘Ben je nog steeds boos op me?’

‘Ja.’

‘Dan ga ik maar slapen.’

‘Mooi.’ Hij trekt het dekbed over me heen en kust mijn voorhoofd. ‘Ga slapen.’

Ik doe wat hij zegt. Ik ben nog suf van gisteravond, opgelucht dat hij terug is en emotioneel volkomen uitgeput na zijn onverwachte terugkomst. Ik val in slaap en ben nieuwsgierig maar dankbaar, gezien de vreselijke smaak in mijn mond. Ik zou wel graag willen weten waarom hij niet, zoals altijd, terug is gevallen op zijn gebruikelijke manier van verwerken en boven op me is gesprongen.

 

‘Er staat hier jus d’orange voor je,’ zegt Christian. Ik doe mijn ogen open. Ik heb twee uur lang heerlijk geslapen en word uitgerust weer wakker. Ik heb geen hoofdpijn meer. De jus d’orange is erg welkom – en mijn echtgenoot ook. Hij heeft sportkleding aan. In gedachten ga ik terug naar het Heathman en de eerste keer dat ik naast hem wakker werd. Zijn grijze shirt is klam van het zweet. Hij is blijkbaar gaan fitnessen of hardlopen, maar hij zou er eigenlijk niet zo goed uit moeten zien na het sporten.

‘Ik ga even douchen,’ zegt hij en gaat naar de badkamer. Ik frons. Hij doet nog steeds afstandelijk. Is hij afgeleid door wat er allemaal is gebeurd, of nog steeds boos, of... wat? Ik ga rechtop zitten en pak het glas jus d’orange. Het is heerlijk koud. Dan klim ik uit bed, erop gebrand om de afstand – in werkelijke en metafysische zin – tussen mezelf en mijn echtgenoot te dichten. Ik kijk op de wekker en zie dat het acht uur is. Ik trek Christians T-shirt uit en volg hem de badkamer in. Hij staat onder de douche en wast zijn haar. Zonder te aarzelen glip ik achter hem langs. Hij verstijft zodra ik mijn armen om hem heen sla. Mijn voorkant tegen zijn natte gespierde rug. Ik negeer zijn reactie en houd hem stevig vast. Ik druk mijn wang tegen hem aan en doe mijn ogen dicht. Even later staan we allebei onder het warme water dat uit de douchekop komt. Hij gaat verder met zijn haar wassen. Ik laat het water over mij heen spoelen en houd de liefde van mijn leven vast. Ik denk aan alle keren dat hij me heeft geneukt en alle keren dat hij de liefde met me heeft bedreven hier. Ik frons. Hij is nog nooit zo stil geweest. Ik draai mijn hoofd en kus hem op zijn rug. En weer verstijft hij.

‘Ana,’ waarschuwt hij.

‘Hmm.’

Mijn handen glijden van zijn strakke maag naar zijn buik. Hij legt zijn beide handen op de mijne en trekt ze plotseling van zich af. Hij schudt zijn hoofd.

‘Niet,’ waarschuwt hij.

Ik laat hem meteen los. Hij weigert? Mijn gedachten komen in een vrije val terecht – is dit ooit eerder gebeurd? Mijn onderbewustzijn schudt haar hoofd, haar lippen op elkaar geperst. Ze staart me boos aan vanachter haar strengejuffenbril en laat haar je-hebt-het-dit-keer-echt-verneuktblik zien. Het voelt alsof ik zojuist een keiharde klap in mijn gezicht heb gehad. Afgewezen. Een leven lang onzekerheid ontwikkelt de akelige gedachte dat hij me niet meer wil. Ik snak naar adem als er een steek van pijn door me heen gaat. Christian draait zich om en ik ben opgelucht dat hij niet volledig onverschillig is voor mijn charmes. Hij pakt mijn kin beet en kijkt me aan. Ik kijk in zijn verwarde, mooie ogen.

‘Ik ben nog steeds zo ontzettend woedend op je,’ zegt hij met ernstige stem. Shit! Hij leunt voorover en legt zijn voorhoofd tegen het mijne aan en doet zijn ogen dicht. Ik streel zijn gezicht.

‘Wees alsjeblieft niet boos op me. Ik denk dat je overdrijft,’ fluister ik.

Hij gaat rechtop staan en trekt wit weg. Mijn hand valt langs mijn lichaam.

‘Overdrijven?’ bijt hij me toe. ‘Een of andere achterlijke idioot valt mijn huis binnen en wil mijn vrouw kidnappen en jij zegt dat ik overdrijf!’ De ongenuanceerde dreiging in zijn stem is beangstigend. Zijn ogen schieten vuur en hij kijkt me aan alsof ik die achterlijke idioot ben.

‘Nee... eh, dat bedoelde ik niet. Ik dacht dat het ging over mijn avondje uit.’

Hij doet zijn ogen weer dicht en schudt zijn hoofd.

‘Christian, ik was niet hier.’ Ik probeer hem gerust te stellen.

‘Ik weet het,’ fluistert hij. ‘En alleen maar omdat je verdomme niet een eenvoudig verzoek wilde inwilligen.’ Hij klinkt bitter en nu is het mijn beurt om wit weg te trekken. ‘Ik wil het er nu niet over hebben. Ik ben echt woedend op je, Anastasia. Door jou twijfel ik aan mijn eigen oordeel.’ Hij draait zich om en stapt onder de douche vandaan. Hij pakt een handdoek en loopt de badkamer uit. Ik blijf alleen achter in de douche, rillend onder het warme water.

Shit. Shit. Shit.

Dan dringt de betekenis van wat hij zojuist tegen me heeft gezegd pas tot me door. Kidnappen? Fuck. Wilde Jack mij kidnappen? Ik denk aan de rol duct-tape en dat ik daar niet te veel over wilde nadenken. Weet Christian meer dan ik? Ik was me snel en spoel dan mijn haar uit. Ik wil het weten. Ik moet het weten. Ik wil hierover niet langer in het duister tasten.

Als ik de slaapkamer in kom, is Christian er al weg. Nou, dan heeft hij zich wel erg snel aangekleed, zeg. Ik trek gauw mijn favoriete paarse jurk aan en mijn zwarte sandalen. Ik weet dat ik dit heb uitgekozen omdat Christian het me leuk vindt staan. Ik droog snel mijn haar met de handdoek, vlecht het en doe het in een knotje. Ik doe diamanten oorbellen in en ga terug naar de badkamer om wat mascara op te doen. Ik kijk naar mezelf in de spiegel. Ik ben bleek. Jemig. Ik ben altijd bleek. Ik zucht eens diep. Ik moet de gevolgen van mijn beslissing onder ogen zien om eens van het leven te genieten met een vriendin. Ik zucht omdat ik weet dat Christian er heel anders over zal denken.

Christian is nergens te bekennen in de grote kamer. Mevrouw Jones is druk bezig in de keuken.

‘Goedemorgen, Ana,’ zegt ze lief.

‘Goedemorgen.’ Ik kijk haar breed glimlachend aan. Ik ben weer Ana!

‘Thee?’

‘Alsjeblieft.’

‘Iets eten?’

‘Ik wil graag een omelet.’

‘Met champignons en spinazie?’

‘En kaas.’

‘Komt eraan.’

‘Waar is Christian?’

‘Meneer Grey is in zijn studeerkamer.’

‘Heeft hij al ontbeten?’ Ik kijk naar de twee borden die klaarstaan.

‘Nee, mevrouw.’

‘Dank je.’

Christian is aan het bellen. Hij heeft een wit overhemd aan zonder das. Hij ziet er echt uit als een relaxte directeur. Hoe uiterlijke schijn bedrieglijk kan zijn. Misschien gaat hij toch niet naar kantoor. Hij kijkt op wanneer hij me in de deuropening ziet staan en schudt zijn hoofd om aan te geven dat ik niet welkom ben. Shit... Ik draai me om en loop terug naar de ontbijttafel. Ik voel me afgewezen. Dan verschijnt Taylor ten tonele. Hij is gekleed in een somber pak en ziet eruit alsof hij acht uur ononderbroken heeft geslapen.

‘Morgen, Taylor,’ zeg ik. Ik probeer zijn stemming in te schatten en erachter te komen of hij nog aanwijzingen heeft over wat er allemaal is gebeurd.

‘Goedemorgen, mevrouw Grey,’ zegt hij. Ik hoor medeleven doorklinken in deze drie woorden. Ik glimlach vol sympathie naar hem. Ik weet dat hij ook te maken heeft gehad met een boze, gefrustreerde Christian die veel eerder terug moest komen naar Seattle dan de bedoeling was.

‘Hoe was de vlucht?’ durf ik te vragen.

‘Lang, mevrouw Grey.’ Zijn kortaangebondenheid spreekt boekdelen. ‘Mag ik u vragen hoe het met u gaat?’ vraagt hij op iets mildere toon.

‘Prima.’

Hij knikt. ‘Als u me wilt excuseren.’ Hij loopt naar Christians studeerkamer. Hmm. Taylor mag wel naar binnen en ik niet.

‘Alsjeblieft.’ Mevrouw Jones zet mijn omelet neer en hoewel mijn eetlust is verdwenen, ga ik toch maar eten; ik wil haar niet beledigen.

Tegen de tijd dat ik klaar ben is Christian nog steeds niet tevoorschijn gekomen uit zijn kantoor. Ontloopt hij me nou?

‘Bedankt, mevrouw Jones,’ zeg ik. Nadat ik heb gegeten ga ik naar de badkamer om mijn tanden te poetsen. Ondertussen denk ik na over Christians boze bui over de trouwgeloften. Toen sloot hij zichzelf ook op in zijn studeerkamer. Is dat het? Gaat het om zijn nukken? Ik huiver als ik denk aan zijn nachtmerrie, die daarop volgde. Zal dat nu weer gebeuren? We moeten echt praten. Ik wil alles weten over Jack en over de extra beveiliging voor de Greys – alle details die mij niet zijn verteld, maar die Kate wel kent. Het is duidelijk dat Elliot er met haar over praat.

Ik kijk op mijn horloge. Het is tien voor negen. Ik ben al laat voor mijn werk. Ik doe gauw wat lipgloss op, pak mijn zwarte jasje en loop naar de grote kamer. Ik ben opgelucht als ik Christian daar zie ontbijten.

‘Ga je?’ vraagt hij wanneer hij me ziet.

‘Werken? Ja, natuurlijk.’ Dapper loop ik naar hem toe. Ik leun op de ontbijttafel. Hij staart me uitdrukkingloos aan.

‘Christian, we zijn amper een week terug. Ik moet weer aan het werk.’

‘Maar...’ Hij stopt en haalt zijn hand door zijn haar. Mevrouw Jones loopt stilletjes de kamer uit. Discreet, Gail, heel discreet.

‘Ik weet dat we veel hebben om te bespreken. Misschien kunnen we het vanavond doen als je wat gekalmeerd bent.’

Zijn mond valt open. ‘Gekalmeerd?’ Zijn stem klinkt onheilspellend zacht.

Ik word rood. ‘Je weet wel wat ik bedoel.’

‘Nee, Anastasia, ik weet niet wat je bedoelt.’

‘Ik wil geen ruziemaken. Ik kwam eigenlijk vragen of ik met mijn auto kan gaan.’

‘Nee. Dat kan niet,’ snauwt hij.

‘Oké.’ Ik geef onmiddellijk toe.

Hij knippert met zijn ogen. Hij had blijkbaar een discussie verwacht. ‘Prescott zal met je meegaan.’ Hij klinkt iets minder agressief.

Verdomme, niet Prescott. Ik wil eigenlijk protesteren en een pruillip trekken, maar besluit het niet te doen. Nu Jack is gepakt kan de beveiliging toch wel wat minder?

Ik denk aan de ‘wijze woorden’ van mijn moeder, de dag voor mijn trouwen. Ana, lieverd, je moet echt kiezen waar je voor wil vechten. Dat geldt precies zo voor als je straks kinderen krijgt. Nou ja, hij laat me in elk geval naar mijn werk gaan.

‘Oké,’ zeg ik. En omdat ik hem niet achter wil laten met zo veel spanning tussen ons, stap ik naar hem toe. Hij verstijft en zijn ogen worden groter. Eventjes ziet hij er heel kwetsbaar uit en het raakt me diep in mijn hart. O, Christian, het spijt me zo. Ik geef hem een zoen en hij doet zijn ogen dicht. Het lijkt alsof hij geniet van mijn aanraking.

‘Haat me niet,’ fluister ik.

Hij pakt mijn hand. ‘Ik haat je niet.’

‘Je heb me niet gekust,’ fluister ik.

Hij kijkt me achterdochtig aan. ‘Dat weet ik,’ zegt hij zacht.

Ik wil zo graag weten waarom, maar ik weet niet zeker of ik het antwoord wel wil weten. Dan staat hij plotseling op en pakt met zijn beide handen mijn gezicht vast. Voordat ik het doorheb kussen zijn lippen de mijne. Ik ben volledig overrompeld. Onbewust geef ik zijn tong toegang tot mijn mond. Hij maakt er gretig gebruik van, steekt zijn tong naar binnen en eist me op. Als ik zijn zoen beantwoord, laat hij me los, zijn ademhaling versnelt.

‘Taylor zal jou en Prescott naar SIP brengen,’ zegt hij. Zijn ogen stralen lust uit. ‘Taylor!’ roept hij. Ik bloos en probeer weer enigszins tot bedaren te komen.

‘Meneer.’ Taylor staat in de deuropening.

‘Zeg tegen Prescott dat mevrouw Grey naar haar werk gaat. Kun jij ze alsjeblieft brengen?’

‘Zeker.’ Taylor draait zich om en loopt weg.

‘Ik zou het erg waarderen als je vandaag probeert om je geen problemen op de hals te halen,’ zegt Christian.

‘Ik zal eens zien wat ik kan doen.’ Ik glimlach lieflijk naar hem. Ik zie een vage glimlach op Christians lippen verschijnen, maar hij geeft er niet aan toe.

‘Ik zie je later wel,’ zegt hij koeltjes.

‘Later,’ fluister ik.

Prescott en ik nemen de dienstlift naar de ondergrondse garage om de media voor de deur te ontlopen. Jacks arrestatie en het feit dat hij werd aangehouden in ons appartement is nu algemeen bekend. Ik stap in de Audi en vraag me af of er bij SIP ook paparazzi zullen staan, zoals op de dag dat onze verloving aangekondigd werd.

We rijden een poosje in stilte. Dan bedenk ik ineens dat ik Ray en mijn moeder wil bellen om ze gerust te stellen en te vertellen dat Christian en ik veilig zijn. Godzijdank zijn beide gesprekken kort en als we aankomen bij SIP heb ik net opgehangen. Zoals ik al vreesde staat er een klein groepje journalisten en fotografen te wachten. Ze kijken hoopvol naar de Audi.

‘Weet u zeker dat u dit wilt doen, mevrouw Grey?’ vraagt Taylor. Een deel van mij wil eigenlijk gewoon naar huis, maar dan moet ik de dag doorbrengen met meneer Blinde Woede. Ik hoop dat hij na verloop van tijd alles weer een beetje in perspectief zal zien. Jack zit nu in hechtenis en dus zou Vijftig tevreden moeten zijn, maar dat is hij niet. Een deel van me begrijpt het wel; hij heeft geen controle meer over de situatie, ook niet over mij. Maar ik heb nu geen tijd om daarover na te denken.

‘Breng me maar naar de achteringang, Taylor.’

‘Ja, mevrouw.’

 

Het is één uur en ik heb mezelf bedolven onder het werk. Er wordt op de deur geklopt. Het is Elizabeth.

‘Heb je even?’ vraagt ze vrolijk.

‘Tuurlijk,’ zeg ik, verrast door haar onaangekondigde bezoek.

Ze komt binnen en gaat zitten. Ze gooit haar lange zwarte haar over haar schouders. ‘Ik wilde alleen maar even vragen of het goed met je gaat. Roach vroeg me om even bij je langs te gaan,’ voegt ze er snel aan toe. Ze loopt rood aan. ‘Ik bedoel, na alles wat er vannacht is gebeurd.’

Jack Hydes arrestatie is volop in het nieuws maar niemand schijnt nog het verband te hebben gelegd met de brand bij GEH.

‘Met mij is alles goed,’ zeg ik. Ik probeer niet te veel na te denken over hoe ik me voel. Jack wilde me kwaad doen. Nou, dat is geen nieuws want dat heeft hij al eerder geprobeerd. Ik maak me meer zorgen om Christian.

Ik blik even naar mijn e-mail. Nog steeds niks van hem. Ik weet niet of ik hem een e-mail moet sturen. Misschien dat ik meneer Blinde Woede dan alleen maar nog bozer maak.

‘Gelukkig,’ zegt Elizabeth en voor de verandering bereikt haar glimlach eindelijk eens haar ogen. ‘Als er iets is wat ik voor je kan doen – als je iets nodig hebt – laat het me dan weten.’

‘Doe ik.’

Elizabeth staat op. ‘Ik weet dat je het erg druk hebt, Ana, dus ik laat je weer verdergaan met je werk.’

‘Eh... dank je.’

Dit is waarschijnlijk de kortste en meest nutteloze bespreking van het westelijk halfrond geweest vandaag. Waarom heeft Roach haar hierheen gestuurd? Misschien is hij bezorgd omdat ik de vrouw van zijn baas ben. Ik schud alle sombere gedachten van me af en pak mijn BlackBerry in de hoop dat er een berichtje van Christian is. Dan komt er een mailtje binnen.

 


Van: Christian Grey

Onderwerp: Verklaring

Datum: 26 augustus 2011 13:04

Aan: Anastasia Grey

 

Anastasia

Rechercheur Clark zal vanmiddag om drie uur bij je langskomen om je verklaring op te nemen. Ik heb erop aangedrongen dat hij naar jou komt omdat ik niet wil dat je naar het politiebureau gaat.

 

Christian Grey

Directeur, Grey Enterprises Holdings, Inc.

 

Ik staar wel vijf minuten lang naar zijn mail. Ik probeer een luchtig en bijdehand antwoord te verzinnen om hem wat op te beuren. Maar ik kan helemaal niets verzinnen en kies daarom voor kort en bondig.

 


Van: Anastasia Grey

Onderwerp: Verklaring

Datum: 26 augustus 2011 13:12

Aan: Christian Grey

 

Oké.

A x

 

Anastasia Grey

Redacteur, SIP

 

Ik staar weer vijf minuten naar het scherm en wacht zijn antwoord af. Maar dat komt niet. Christian is niet in de stemming om spelletjes te spelen vandaag.

Ik leun achterover. Ik kan het hem ook niet kwalijk nemen. Mijn arme Vijftig was waarschijnlijk totaal in paniek vanmorgen vroeg. Dan schiet me plotseling iets te binnen. Hij had zijn smoking nog aan toen ik vanmorgen wakker werd. Hoe laat heeft hij besloten om terug te komen uit New York? Meestal gaat hij tussen tien en elf weg van officiële gelegenheden. Gisteravond rond die tijd zat ik nog te borrelen met Kate.

Is Christian naar huis gekomen omdat ik weg was of vanwege het incident met Jack? Als hij weg is gegaan omdat ik op stap was, dan kan hij nog niets over Jack en de politie hebben geweten – tot het moment dat hij in Seattle landde. Plotseling wil ik het heel erg graag weten. Als Christian alleen maar is teruggekomen omdat ik op stap was, dan heeft hij overdreven. Mijn onderbewustzijn laat haar kenaugezicht zien. Oké, ik ben blij dat hij terug is, dus misschien doet het er allemaal wel niet zo toe. Maar toch – Christian moet zich helemaal kapot zijn geschrokken toen hij landde. Logisch dat hij zo van slag is. Zijn woorden van vanmorgen schieten me weer te binnen. Ik ben echt woedend op je, Anastasia. Door jou twijfel ik aan mijn eigen oordeel.

Ik moet het weten – is hij terug gekomen vanwege het Cocktailschandaal of vanwege die achterlijke idioot?

 


Van: Anastasia Grey

Onderwerp: Je Vlucht

Datum: 26 augustus 2011 13:24

Aan: Christian Grey

 

Hoe laat heb je gisteren besloten om terug te komen naar Seattle?

 

Anastasia Grey

Redacteur, SIP


Van: Christian Grey

Onderwerp: Je Vlucht

Datum: 26 augustus 2011 13:26

Aan: Anastasia Grey

 

Hoezo?

 

Christian Grey

Directeur, Grey Enterprises Holdings, Inc.


Van: Anastasia Grey

Onderwerp: Je Vlucht

Datum: 26 augustus 2011 13:29

Aan: Christian Grey

 

Laten we zeggen dat ik nieuwsgierig ben.

 

Anastasia Grey

Redacteur, SIP


Van: Christian Grey

Onderwerp: Je Vlucht

Datum: 26 augustus 2011 13:32

Aan: Anastasia Grey

 

Nieuwsgierigheid kan je flink in de problemen brengen.

 

Christian Grey

Directeur, Grey Enterprises Holdings, Inc.


Van: Anastasia Grey

Onderwerp: Hè?

Datum: 26 augustus 2011 13:35

Aan: Christian Grey

 

Wat bedoel je daar nou weer mee? Weer een bedreiging?

Je weet toch wel waarom ik dit wil weten?

Heb je besloten terug te keren omdat ik toch wat ben gaan drinken met een vriendin nadat je me had gevraagd dit niet te doen? Of ben je teruggekomen omdat een gek je appartement was binnengedrongen?

 

Anastasia Grey

Redacteur, SIP

 

Ik staar naar mijn beeldscherm. Geen antwoord. Ik kijk naar de klok op mijn computerscherm. Kwart voor twee en nog steeds geen antwoord.

 


Van: Anastasia Grey

Onderwerp: Hier komt het op neer...

Datum: 26 augustus 2011 13:56

Aan: Christian Grey

 

 

Ik zie je stilte als een bevestiging dat je inderdaad bent terug gekomen naar Seattle omdat ik ME HAD BEDACHT. Ik ben een volwassen vrouw die wat is gaan drinken met een vriendin. Ik heb de veiligheidsconsequenties van ME BEDENKEN niet goed begrepen omdat JE ME NOOIT IETS VERTELT. Ik moest van Kate horen dat de beveiliging voor alle Greys is opgevoerd, niet alleen voor ons. Ik denk dat je over het algemeen overdrijft daar waar het mijn veiligheid betreft, en ik begrijp wel waarom, maar je blijft onnodig alarm slaan.

Ik heb nooit een enkel idee over wat nu echt een zorgelijke situatie is of wat alleen maar door jou als een zorg wordt beschouwd. Ik had twee beveiligers bij me. Ik vond dat zowel Kate als ik veilig was. We waren zelfs veiliger in die bar dan in mijn eigen huis. Als ik VOLLEDIG WAS GEÏNFORMEERD over de situatie, dan zou ik het anders hebben gedaan.

 

Ik heb begrepen dat je zorgen hebt om iets wat op Jacks computer stond – tenminste, dat denkt Kate. Weet je wel hoe irritant het is om te ontdekken dat mijn beste vriendin meer weet van wat er aan de hand is dan ikzelf? En ik ben nog wel je ECHTGENOTE. Dus ga je het me nog vertellen? Of blijf je me als een kind behandelen, waardoor ik me ook zo zal blijven gedragen?

 

Jij bent niet de enige die pisnijdig is. Oké?

Ana

 

Anastasia Grey

Redacteur, SIP

 

Ik klik op verzenden. Zo – daar kun je het voorlopig even mee doen, Grey. Ik haal eens diep adem. Ik heb mezelf behoorlijk kwaad gemaakt. Ik voelde me schuldig en had spijt omdat ik me slecht had gedragen. Nu echt niet meer.

 


Van: Christian Grey

Onderwerp: Hier komt het op neer...

Datum: 26 augustus 2011 13:59

Aan: Anastasia Grey

 

Zoals altijd ben je rechtdoorzee en uitdagend in je e-mail.

Misschien kunnen we dit bespreken wanneer je weer thuiskomt naar ONS appartement.

Let op je taalgebruik. Ik ben ook nog steeds pisnijdig.

 

Christian Grey

Directeur, Grey Enterprises Holdings, Inc.

 

Let op je taalgebruik! Ik staar boos naar mijn computer en besef dat ik hier niets mee opschiet. Ik reageer niet, maar pak een manuscript dat ik onlangs heb ontvangen van een veelbelovende nieuwe auteur en ik begin te lezen.

 

Mijn gesprek met rechercheur Clark stelt niet veel voor. Hij is minder nors dan gisteravond, misschien omdat hij nog een paar uur heeft kunnen slapen. Of misschien werkt hij wel gewoon liever overdag.

‘Bedankt voor uw verklaring, mevrouw Grey.’

‘Graag gedaan. Zit Hyde al in voorarrest?’

‘Ja, mevrouw. Hij is eerder vanmorgen uit het ziekenhuis ontslagen. En gelet op de zaken waarvoor hij is aangeklaagd, zal hij voorlopig nog wel een poosje bij ons blijven.’ Hij glimlacht en ik zie vouwtjes in zijn ooghoeken.

‘Goed. Dit is een zeer verontrustende tijd voor mijn man en mij geweest.’

‘Ik heb vanmorgen uitgebreid met meneer Grey gesproken. Hij is erg opgelucht. Interessante man, uw echtgenoot.’

Je hebt geen idee.

‘Ja, dat vind ik ook.’ Ik glimlach beleefd naar hem en hij snapt dat hij mag vertrekken.

‘Mocht u nog iets te binnen schieten, dan kunt u me altijd bellen. Hier is mijn kaartje.’ Hij haalt een visitekaartje uit zijn portemonnee en geeft dit aan me.

‘Dank u, dat zal ik zeker doen.’

‘Ik wens u nog een goede dag, mevrouw Grey.’

‘Tot ziens.’

En terwijl hij wegloopt vraag ik me af waar Hyde precies van wordt beschuldigd. Ongetwijfeld zal Christian het me niet willen vertellen. Ik pers mijn lippen op elkaar.

 

We rijden in stilte naar Escala. Dit keer zit Sawyer achter het stuur met Prescott naast hem. Ik word steeds zwaarmoediger naarmate we dichterbij komen. Ik weet dat Christian en ik een knallende ruzie gaan krijgen en ik weet niet of ik de energie er wel voor heb.

In de lift naar boven, met Prescott aan mijn zijde, probeer ik mijn gedachten te ordenen. Wat wil ik zeggen? Volgens mij heb ik het allemaal al in mijn e-mail gezegd. Misschien krijg ik wel wat antwoorden. Ik hoop het. Ik voel me zenuwachtig. Mijn hart bonst, mijn mond is droog en mijn handen zijn klam. Ik heb geen zin in ruzie. Maar hij is soms gewoon zo moeilijk. En ik moet voet bij stuk houden.

De deuren van de lift gaan open. De foyer ziet er weer keurig netjes uit. De tafel staat overeind en er staat een nieuwe vaas op met prachtige lichtroze en witte pioenrozen. Ik scan vluchtig de schilderijen als we langslopen – de Madonna’s lijken allemaal intact. De kapotte deur is weer gemaakt. Prescott is zo aardig om hem voor me open te houden. Ze was ontzettend stil vandaag. Ik denk dat ik dat wel prettig vind. Ik zet mijn aktetas in de gang neer en loop de grote kamer binnen. Ik stop. O mijn god.

‘Goedenavond, mevrouw Grey,’ zegt Christian zachtjes. Hij staat bij de piano. Hij heeft een strak zwart T-shirt aan en een spijkerbroek... die spijkerbroek – de spijkerbroek die hij ook aanhad in de speelkamer. O hemel. De broek is gebleekt, strak, gescheurd bij de knie en supergeil. Hij slentert naar me toe, op blote voeten en de bovenste knoop van zijn spijkerbroek open. Zijn vurige ogen op mij gericht.

‘Fijn dat je thuis bent. Ik heb op je gewacht.’