Andrea tegen Susa:
En wanneer bel je Max?
Andrea tegen Susa:
Beter één vogel in de hand dan tien in de lucht. Heel begrijpelijk…
Er zijn drie weken voorbij sinds mijn gedenkwaardige bezoek aan de recherche. Ik heb niets meer van ze gehoord, ook niet van Max trouwens. De radiostilte verontrust me. Waar zal monsieur Ie commissaire als volgende mee komen? Elke keer dat de telefoon of de deurbel rinkelt, schrik en hoop ik tegelijkertijd. Is het Max? Gelukkig heb ik zoveel aan mijn hoofd dat ik nauwelijks tijd heb om aan Max te denken. Alleen in mijn dromen is hij er elke avond. En elke ochtend word ik met buikpijn en misselijk wakker. Door alle stress is de weegschaal mijn beste vriend geworden, de kilo’s smelten weg. Alleen op alcohol reageer ik op dit moment extreem gevoelig.
De eerste expositie na de zomervakantie was een gigantisch succes. George heeft een jonge schilder ontdekt die helemaal hot is. We waren binnen twee weken uitverkocht. De schilderijen van de twee Italiaanse kunstenaars, die ik in Rome een expositie heb beloofd, komen binnenkort aan. Ik moet me enorm beheersen om niet in tranen uit te barsten, want bij elke gedachte aan Rome en aan Max lopen mijn ogen vol. Kon ik maar woedend op hem worden. Ben heeft al een paar keer contact gezocht. Hij wil me volgend weekend voor een paar dagen in zijn jet meenemen naar Parijs en wil me zijn lievelingsstad laten zien. Ik heb geen ja en geen nee gezegd. Mijn koppigheid raadt me aan het te doen, maar ik kan me niet in de armen van een andere man storten als mijn hart bloedt. Ik zou dolgraag met Max naar de stad van de liefde gaan, ook zonder privévliegtuig en alle denkbare luxe die ik bij Ben kan verwachten. Max is natuurlijk weer in Otti’s armen teruggekeerd. Ik schuif energiek de rampzalige gedachten aan Max, die garant staan voor gezwollen ogen en stapels gebruikte papieren zakdoekjes, opzij, stuur Ben een SMS en maak het gezellig. Victoria en Jonas zijn dit weekend naar Martin in Duitsland gevlogen. Ik zoek me een ongeluk naar een aansteker, die in een huishouden van niet-rokers uiteraard moeilijk te vinden is. Ik vind er ten slotte een in de onderste keukenla en steek de open haard in de woonkamer aan. Lekker relaxed met een glas rode wijn op de bank zappen.
Na twee slokken wijn ben ik zo misselijk dat ik vrijwillig de toiletpot omarm. Nu ben ik het zat. Op aanraden van Andrea heb ik twee dagen geleden twee zwangerschapstests gekocht. Op mijn tegenwerpingen dat een zwangerschap onmogelijk is, want ten slotte ben ik veertig en is de zaaddonor al over de vijftig, begon Andrea keihard te lachen. Sindsdien heb ik geprobeerd om de misselijkheid, de gespannen borsten en de verschoven cyclus te verklaren. Ik hoop op een wonder of de naderende overgang. Zorgvuldig lees ik de kleine tekst, plas met succes op het strookje en staar naar het vierkantje. Voor alle zekerheid haal ik de tweede test meteen uit de verpakking en herhaal de procedure. En die geeft even later heel duidelijk hetzelfde resultaat. Ik ben veertig, net gescheiden, ongelukkig verliefd en ZWANGER.
Als gehypnotiseerd zit ik moederziel alleen op de rand van het bad. Ik merk nauwelijks dat de tranen over mijn wangen lopen en ik begin te trillen. Wat een ongelooflijke kutsituatie!
Het heeft de hele nacht gestroomd van de regen. Dikke druppels sloegen met enorme kracht tegen de ramen. Bij mij heeft dat het effect dat ik depressief raak. Ik heb de halve nacht over mijn zwangerschap nagedacht. Is een abortus op mijn leeftijd en in deze situatie niet de beste oplossing? Ik heb al twee kinderen, die bijna hun eigen weg gaan. Ze gaan studeren, worden verliefd, enzovoort enzovoort. Moet ik nu echt weer met Pampers en flesjes in de weer? Weer fietsen leren, uren in het zwembad doorbrengen tot het zwemdiploma gehaald is, overal kinderbeveiligingen aanbrengen, de komende vijf jaar met een kinderstoeltje in mijn auto rondrijden? Ik heb er heel lang over gepiekerd, was bijna in staat om Andrea uit haar bed te bellen, heb lijsten opgesteld, vergelijkingen met mijn eerdere zwangerschappen gemaakt en me voorgesteld hoe het zonder partner naast me waarschijnlijk zal worden. Ik heb me van mijn ene zij op de andere gedraaid, Max vervloekt, naar Max verlangd, twee keer Max’ nummer half gedraaid en daarna weer opgehangen. Ik heb medelijden met mezelf gehad, een complete verpakking tissues verbruikt en ik had het liefst op z’n minst een fles wijn gedronken en een pakje sigaretten gerookt. In plaats daarvan heb ik een pot kamillethee gezet en niet gerookt. En op een bepaald moment wist ik dat ik de beslissing helemaal zelf moet nemen. Daarna heb ik me afgevraagd of het belangrijk is dat de baby in mijn buik van Max is. ‘s-Ochtends om zes uur, toen de vogels vrolijk om het hardst kwetterden en de druppels op het gras glansden in de opkomende zon, wist ik het. Ja, het is belangrijk dat dit kleine wezentje in mijn buik van Max is en ja, ik wil deze baby. Ik ben bereid om de hele tamtam nog een keer door te maken.
“Luister eens, heb je er goed over nagedacht?” vraagt Andrea sceptisch.
“Ja.” Ik haal diep adem voordat ik verderga. “Ik wil het eigenlijk met jullie vieren.”
“Wanneer vertel je het aan Victoria en Jonas? En aan Max?”
“Zodra ik bij de gynaecoloog ben geweest en weet hoever ik ben. Hoewel, de enige seks die ik de afgelopen maanden heb gehad, was met Max, dus ik kan het zelf ook uitrekenen. Ik denk dat ik het pas vertel als ik de kritieke drie maandengrens voorbij ben.”
“En wanneer bel je Max?”
“Helemaal niet, Andrea, en daar wil ik nu ook niet over praten.”
“Ook goed. Wanneer wil je het met ons vieren?”
“Snel, voordat ik dik, rond en lelijk ben.”
“Dat wordt dan waarschijnlijk volgend weekend,” antwoordt Andrea lachend. “Ik check bij de meiden wanneer ze kunnen en bel je morgen.”
Opgelucht leun ik achterover. Eigenlijk had ik een uitbrander van Andrea verwacht, maar die bleef achterwege. Zo te horen was ze zelfs blij voor me.
Op maandagochtend zit ik in de wachtkamer, blader in tijdschriften die tips over zwangerschap geven, bekijk kinderwagens in folders en bestudeer de twee andere vrouwen uitvoerig. Ze zijn allebei kogelrond en praten opgewonden. De een heeft blijkbaar al een kind van kleuterschoolleeftijd, de ander wordt voor de eerste keer moeder. Ze wordt ongevraagd gebombardeerd met vreselijke verhalen over wat er allemaal mis kan gaan en verandert voortdurend van gezichtskleur. Zichtbaar opgelucht loopt ze met de doktersassistente mee als deze haar roept om bloed af te laten nemen.
De andere vrouw stort zich op mij.
“Jij straalt zeg! Hoever ben je, als ik vragen mag?”
Straal ik? “Hm, geen idee. Acht of negen weken,” antwoord ik geïrriteerd.
“Fantastisch. Is het je eerste?” babbelt ze verder.
Eigenlijk wil ik helemaal geen antwoord geven, maar ze schuift vol vertrouwen op de stoel naast me en pakt mijn hand. “Nee, ik heb al twee kinderen.”
“Geweldig!” roept ze. “Vrouwen die voor het eerst bevallen zijn altijd zo naïef. Hoe oud zijn die twee van jou?”
“Vijftien en bijna zeventien.”
“O, en dan nog een nakomertje. Waarschijnlijk een kleine vergissing?”
“Nee, absoluut gepland en mijn man en ik zijn er heel gelukkig mee.” Wat klets ik nou voor bullshit. Ik zal deze baby verdomme helemaal alleen moeten opvoeden en gepland, nou, dat zeker niet. Gelukkig word ik gered door de dokter.
“Mevrouw Wienand, ik zie u aan het eind van de week terug, dan maken we een echo en kunt u het hartje horen kloppen.”
Snel loop ik de praktijk uit en rij plankgas naar de galerie. Vanavond komen Victoria en Jonas terug en ik wil het nieuws tijdens het avondeten aan hen vertellen. Het risico dat ze het op een bepaald moment zelf ontdekken, wil ik liever niet lopen.
Om zeven uur haal ik ze van het vliegveld. Ze zijn allebei beladen met cadeaus, vertellen dat Martin in één woord fantastisch was, want ze mochten naar hun vrienden toe en waren de hele tijd op stap. Martin woont weer in ons huis, en als ik het zo hoor is alles bij het oude. Ik hoor weemoed in hun stemmen en het heimelijke verlangen om weer naar het vertrouwde Klein-Vernich terug te gaan. Maar als ik daarover begin, ontkennen ze in alle toonaarden.
“Nee, mam, het is hier echt fantastisch. Maak je alsjeblieft geen zorgen,” zeggen ze tegelijkertijd.
Om de een of andere reden geloof ik er niets van. Dan biecht ik mijn geheim op. Jonas wordt wit en Victoria kijkt me sprakeloos aan. Ze wil weten wie de vader is. Ik vertel een beetje over Max, dat hij mijn grote liefde is en ik hem onverwacht in Rome ben tegengekomen. En dat het een tot het ander heeft geleid, maar dat ik besloten heb niet verder met hem te gaan.
“Er verandert niets. Ik ga de baby alleen opvoeden.” Meer zeg ik niet.
Victoria is blijkbaar nog niet helemaal tevreden met de informatie en ik ben Jonas dankbaar dat hij haar het zwijgen oplegt.
Als ze naar hun kamer zijn gegaan, zit ik nog even met een lege blik voor de tv. Ik weet zeker dat er nog veel meer uitleg nodig zal zijn.
Met een te hoge snelheid scheur ik naar het vliegveld. Barbara, Claudia en Andrea komen vandaag aan. Vanochtend ben ik bij mijn gynaecoloog geweest en heb ik voor het eerst het hartje van mijn baby horen kloppen. De misselijkheid is twee dagen geleden eindelijk verdwenen en ik voel me nu fitter dan ooit, alleen mijn borsten hebben inmiddels de dubbel-o-fase bereikt. Ik verheug me op de meiden, het urenlange vrolijke gebabbel, het onzinnige ontleden van de kleinste gebeurtenissen. Maar ik weet ook dat ik mezelf een aantal vragen moet stellen. Voordat ik ze zie, hoor ik Andrea’s hoge lach al. Mijn zus lijkt in een uitstekend humeur te zijn, zoals trouwens bijna altijd. Andrea heeft gewoon een zonnig karakter, bewolking is er bij haar nauwelijks. Behalve vorig jaar, toen ze een stormachtige relatie met de veertien jaar jongere David had en niet wist welke beslissing ze moest nemen. Ze is bij haar man en kinderen gebleven en heeft er geen seconde spijt van gehad. Ze heeft haar schouderlange, donkerblonde haren rafelig laten knippen en lichte highlights genomen. De groene contactlenzen staan haar fantastisch. Als ze woedend is, flitsen haar ogen als die van een panter. Sinds afgelopen september werkt ze in het modebedrijf van Claudia, waar ze zich bezighoudt met de financiën. Ze regelt de commerciële zaken, doet investeringen; kortom, ze zorgt ervoor dat Claudia’s bedrijf Tauber Design financieel een stevige basis heeft. Haar man Klaus en haar drie kinderen zijn er inmiddels aan gewend.
Barbara komt met haar roodblonde lokken als eerste om de hoek, kijkt zoekend om zich heen en fronst, zoals altijd in dit soort situaties, haar wenkbrauwen. Ze ziet er heel gelukkig uit. Sinds bijna een jaar woont ze samen met haar Christian, de man voor wie ze haar huwelijk met Frank heeft beëindigd. Christian is rechter en haar twee dochters vinden hem heel cool. Haar werk als advocate doet ze nog steeds met veel plezier. Barbara blijft staan, ziet mijn vertwijfelde zwaaien niet en wacht blijkbaar op de anderen. Claudia, in een witte katoenen broek en een bijpassend topje, is modieus als altijd. Met baby Eva in de Maxi Cosi en een designer zonnebril in het golvende, donkere haar ziet ze eruit alsof moeder zijn gelijkstaat met ontspannen zijn. Door het overhaaste huwelijk met Jürgen en de geboorte van Eva is ze alleen nog maar mooier geworden. Kort voor de geboorte van de kleine heeft ze de bedrijfsleiding aan Jürgen overgedragen en zich vast voorgenomen om in elk geval het eerste jaar alleen voor Eva te zorgen en nog maar af en toe in het bedrijf te verschijnen. Wat haar sinds drie maanden merkwaardigerwijs ook lukt. Ik omhels ze alle drie, voel me onmiddellijk in hun midden opgenomen en weet absoluut niet naar wie ik het eerst moet luisteren, want ze beginnen tegelijkertijd tegen me te praten.
Na een halfuur hebben we alle bagage in mijn ruime jeep gestopt en rijden we naar huis.
Mijn goede fee heet Michèle. Ze is een gedrongen vrouw van halverwege de vijftig, die mijn huishouding regelt, voortdurend poetst en boent, de tuinman achter zijn broek zit en geen wanorde van mijn twee tieners accepteert. Met haar zachte stem voert ze een streng bewind. Jonas en Victoria hebben haar in hun hart gesloten. Sinds ze elke dag acht uur in mijn huis is, loopt alles op rolletjes en uit de keuken komen voortdurend aromatische geuren. Omdat ze geen rijbewijs heeft en ook niet van plan is om er een te halen, heeft ze met allerlei mensen deals gesloten. De vishandelaar komt om de dag langs met verse producten en Michèle kan uitzoeken, en met de groentehandelaar heeft ze net zo’n regeling getroffen. De andere levensmiddelen bestelt ze via internet bij de grootste supermarkt in de omgeving of ze maakt een lijst met boodschappen die of door mij of door de tuinman worden gehaald. Ze schrijft alle uitgaven netjes in een huishoudboekje dat ik nooit controleer.
Omdat mijn vriendinnen net zo gek op mediterrane lekkernijen zijn als ik, heeft Michèle een visschotel met kreeft, langoustines en mosselen bereid. Het kookvocht is altijd zo lekker dat er met dopen een hele baguette op gaat. Michèle heeft de tafel op de veranda gedekt, want voor oktober is het ongekend warm. Ze heeft voor iedereen wijnglazen neergezet, alleen op mijn plaats staan twee waterglazen. Michèle was nauwelijks af te remmen toen ik haar vertelde dat we binnenkort een kinderkamer moesten inrichten en er over zes maanden weer babygehuil te horen zal zijn. Ongevraagd heb ik haar een verkorte versie van het Max-verhaal gegeven.
“Ik weet het,” zegt ze. “Ik kan het verdriet in je ogen zien. Maar geloof me, zolang jullie allebei nog leven is het niet te laat.” Michèle heeft zelf geen kinderen, is weduwe en is niet meer geïnteresseerd in mannen.
“André was mijn grote liefde en toen hij stierf wist ik dat er geen andere man in mijn leven zou zijn,” heeft ze kort uitgelegd. Daarmee was het onderwerp gesloten.
Twee dagen later bood ze aan om bij ons in te trekken om me zo veel mogelijk te ontlasten. Ik was haar heel dankbaar en heb het aangenomen.
“Je moet het hem zeggen,” zegt Barbara koppig. “Hij heeft er recht op om het te weten.”
“Nee, dat doe ik niet. Waarom zou ik? Onze levens hebben helemaal geen raakvlakken, dus zal hij er ook nooit achter komen dat hij op zijn leeftijd nog een keer vader is geworden.”
“Wil je hem echt bij die…Ortraut laten?”
“Inderdaad. Ze heet trouwens Ottilde,” informeer ik Claudia. “Het werkt niet tussen ons en ik zou nooit vanwege een kind met een man samen willen zijn.”
“Hoezo, met hem samen zijn? Je moet het hem alleen zeggen,” zegt Barbara.
“Ja, ik weet het, maar Max zou het willen. Hij heeft ingezien dat hij zich na de scheiding van zijn tweede vrouw meer om zijn zoon had moeten bekommeren en dat hij veel fouten heeft gemaakt. Hij zou erop staan dat we het nog een keer proberen, of hij zou zich met de opvoeding bemoeien en dat wil ik allebei niet. Het zou gegarandeerd problemen geven. Dan is hij beter af bij Ottilde zonder dat hij iets van zijn vaderschap weet. Ook al…”
“…horen jullie bij elkaar,” vult Barbara mijn zin kalm aan.
Ik staar naar haar. Als ik aan Max denk, heb ik nog steeds vlinders in mijn buik. Hij is de enige man van wie ik ooit heb gedroomd en als ik me voorstel dat ik in zijn armen lig, voel ik nog steeds een kleine huivering over mijn rug naar beneden lopen.
“Susa, ik heb het al zo vaak tegen je gezegd. Jij wilde destijds niet van je man scheiden en wat bleef hem anders over dan deze vrouw te nemen. Beter één vogel in de hand dan tien in de lucht. Heel begrijpelijk voor een man van zijn leeftijd,” zegt Andrea.
Ik trek een lang gezicht en geef dan antwoord. “Het maakt niet uit. Ik ben niet van plan om hem te bellen, een mail of een SMS te sturen. Ik laat hem in vreedzame onwetendheid en doe het in mijn eentje. Jullie kunnen me niet op andere gedachten brengen. Ik vertel het hem niet en dat is dat.” Ik wil het onderwerp echt afsluiten, want de argumenten van de meiden maken me langzamerhand onzeker en dat is nu juist wat ik wil vermijden.
We brengen twee heerlijke dagen met elkaar door, rijden naar zee, genieten in een klein restaurant van oesters, lachen veel en zijn uitgelaten en zorgeloos. Op zondagavond vliegen ze weer naar Keulen.
Op zulke momenten vraag ik me af of mijn verhuizing naar Zuid–Frankrijk wel zo’n goed idee was. Ik mis de spontane afspraakjes bij onze favoriete Italiaan, Andrea, die regelmatig thuis of in de galerie langskwam, de regenachtige dagen, waarop ik me zo heerlijk voelde voor de open haard in mijn huis. Montpellier heeft voordelen, zo’n huis had ik me in Duitsland nooit kunnen permitteren, en de zon en de nabijheid van de zee maken me gewoon gelukkig. Maar zonder mijn fantastische vriendinnen is het soms echt moeilijk.
Andrea en ik hebben over twee weken afgesproken. Ook al is november niet de beste tijd voor Spanje, we gaan een heel gezellig lang weekend doorbrengen in onze gele villa aan zee in Denia.
Sinds ik maanden geleden de woning buiten Montpellier heb gekocht en gerenoveerd, heb ik geen tijd meer gehad om naar ons vakantiehuis aan de Costa Blanca te gaan. Andrea en ik hebben het vorig jaar na de dood van onze ouders gekocht en hebben er heerlijke tijden doorgebracht.