Hoofdstuk 13

La vie en France

Max aan Susa:

Mijn gedachten zijn bij jou, bij ons…

Ik leun achterover in mijn stoel in de business class, kijk naar de startbaan en blus mijn nadorst met sinaasappelsap. De stem van de stewardess klinkt vrolijk als ze zegt: “Maak uw stoelriemen vast, we wensen u een aangename vlucht.” Terwijl het vliegtuig naar de startbaan taxiet, verschijnt er een grijns op mijn gezicht. Zelden zo gelachen als gisteravond. De hel was bij mij thuis losgebarsten. Andrea en Klaus met aanhang, Claudia en Jurgen met baby Eva, Barbara en Christiaan met kids en nog een paar goede vrienden kwamen allemaal naar mijn nieuwe huis, om met mij mijn veertigste verjaardag te vieren. Vandaag moet ik helaas vanwege een belangrijke bespreking voor dag en dauw het eerste vliegtuig naar Rome nemen. Vanavond vlieg ik weer terug. Dat is het plan.

Ik denk aan mijn vorige reisje naar Rome. De grote liefde in Trastevere. Max en ik in Rome. De fietstochten, de kroeg met Keith en het dansen rond de rode vw kever. Sindsdien heb ik Rome gemeden. In de afgelopen acht maanden heb ik veel nagedacht, veel gedaan en alles wat ik maar kon veranderen, veranderd. Grote schoonmaak dus. Martin heeft zich sneller dan ik had verwacht met de scheiding verzoend en is een week na ons laatste gesprek verhuisd naar het huis van een vriend die op reis was. Victoria en Jonas waren behoorlijk aangedaan toen ik hun twee dagen later over mijn besluit vertelde, maar ook zij hebben zich verrassend snel aangepast aan de realiteit. Sinds eind januari loopt de scheiding.

In maart kwam George onverwacht in Keulen bij me op bezoek. Na een uitgebreide lunch, waarbij de wijn rijkelijk vloeide, kwam de aap uit de mouw: het was altijd zijn grote droom geweest om een eigen galerie te hebben. Nu deed de mogelijkheid zich voor om in de Zuid–Franse stad Montpellier, samen met zijn vrouw Chantal, de goedlopende galerie van een vriend over te nemen. Hij vroeg of ik financieel wilde deelnemen aan het project. Na wat wikken en wegen ben ik naar Montpellier gevlogen, heb alles goed bekeken, Frederike in St. Hippolyte du Fort bezocht en opnieuw belangrijke stappen in mijn leven genomen. Het was tijd voor verandering.

Sinds mei ben ik niet alleen mede-eigenares van galerie Larzac in het hart van Montpellier, maar ook de trotse bezitster van een woning uit het begin van de vorige eeuw. Het huis staat midden in een twee hectare groot park met oeroude bomen. Victoria en Jonas hadden de keuze of ze bij hun vader wilden blijven of met mij naar Zuid–Frankrijk wilden verhuizen en daar ook naar een internationale school gaan. Victoria was blij met de nieuwe start, want het was net uit met haar eerste liefde en ze wilde alleen nog maar weg. Jonas heeft voor mij en zijn zus gekozen. Begin juli zijn we met ons hele hebben en houden verhuisd. Ik heb mijn Boxster verkocht en in plaats daarvan een ruime Jeep aangeschaft. Jonas en Victoria hebben al nieuwe vrienden gemaakt, en galerie ‘Larzac’ loopt net zo goed als de galerie in Keulen, die hoofdzakelijk door Catharina wordt geleid.

Er is geen nieuwe man in mijn leven. Waarom ook? Vreemd genoeg denk ik weer regelmatig aan Max. De nachten zijn vaak eenzaam en leeg. Maar, het is me tot nu toe gelukt om niet zijn nummer te kiezen, dat ik na al die maanden nog steeds uit mijn hoofd weet. Het heeft me vaak wel bovenmenselijke kracht gekost, maar het ging. Hij is mijn grote liefde, maar het was heel duidelijk ook na al die jaren weer slechte timing…

“Dames en heren, maak alstublieft uw stoelriemen vast. Over enkele minuten zetten we de landing in op Rome. De temperatuur bedraagt zesentwintig graden, de zon schijnt en het belooft een hete dag te worden. We wensen u een aangenaam verblijf in Rome en hopen u binnenkort weer op een van onze vluchten aan boord welkom te mogen heten.” Wonderbaarlijk, hoe snel die vlucht verlopen is. Over een paar minuten ben ik weer in Rome – zonder Max. Als de banden van het vliegtuig de grond raken, de remmen gierend grip krijgen en de Boeing langzaam naar de gate rolt, zet ik mijn mobiele telefoon aan. Het duurt even voordat hij op het Italiaanse net ingelogd is, en dan klinkt er ‘pling pling’: een bericht van MAX!

Mijn hart maakt een sprongetje en één nanoseconde lang kom ik in de verleiding de SMS ongelezen te wissen. Een plotselinge pijn, die tot diep in je hersens doordringt, net als wanneer je met kiespijn gulzig en wellustig in een bolletje Italiaans ijs bijt, verspreidt zich door mijn lichaam. Durf ik hem te lezen of moet ik dit deel van mijn leven nu eens voorgoed afsluiten? Ik kijk onbedoeld mijn buurman aan, die vecht met zijn handbagage. Zijn adem ruikt ontzettend naar een mengsel van rode wijn en cognac, en zijn buik bulkt ver over de nauwelijks zichtbare broekriem in mijn richting. Dat brengt me weer bij mijn positieven en ik open afgewend het SMS’je:

Ben net voor het eerst – sinds ons bezoek van bijna precies een jaar geleden – weer in Rome. Ga Berlusconi interviewen! Maar mijn gedachten zijn bij jou, bij ons – net als in de afgelopen maanden. In love, Max

EOF