Hoofdstuk 12

Spaanse Druiven

Max aan Susa:

Heb je eigenlijk ooit begrepen dat jij mijn heldin bent, mijn godin? Mijn zuiden en mijn noorden, mijn oosten en mijn westen.

De Costa Blanca ligt onder een dicht wolkendek als het vliegtuig op donderdagmiddag de landing inzet. De temperatuur is eerder geschikt voor een trui dan voor een bikini. Andrea en ik hebben tijdens de hele vlucht folders bestudeerd, want we willen een zwembadverwarming laten inbouwen. Vanmiddag komt Fernando langs. De oplevering van het gastenverblijf staat gepland en we moeten hem nog inlichten over onze zwembadplannen. We zitten inmiddels in de gehuurde Clio en rijden naar het zuiden. De hele bergketen is door wolken omringd. Er valt een enkele regendruppel op onze voorruit en toch is het hier niet zo troosteloos als in Duitsland. Ik verheug me op ons huis, uitrusten en nadenken.

In de afgelopen dagen heb ik voortdurend aan Max gedacht. Ik had mezelf wel kunnen geselen om mijn verlangens te onderdrukken. Slechts met pijn en moeite kan ik een glimlach opbrengen, en dat terwijl er zoveel goed gaat. Mijn galerie floreert. Barbara redt zichzelf in haar nieuwe huisje. Claudia verkondigt vanaf de Malediven per SMS dat ze zwanger is. Ik had genoeg afleiding, daar niet van. Maar ik word gek van alle gedachten over geluk, liefde en trots, woede, verdriet, haat, teleurstelling, wanhoop en zelfs moordlust. Ik ben al weken op de vlucht – voor mezelf en voor mijn gevoelens. Maar hoe hard ik ook ren, ze halen me onverbiddelijk in.

Aanstaande zondag komt het pasgetrouwde stel weer terug van de wittebroodsweken. Claudia heeft al een afspraak gemaakt met haar gynaecoloog, en ze heeft beloofd dat ze me daarna meteen zal bellen. Jonas wordt volgende week zestien en wil dat op zijn manier vieren. En mijn meisje, mijn Victoria, is verliefd. Het is Justin vóór en Justin na. De blonde droom van mijn dochter brengt iedere vrije minuut bij ons door. Ze zitten al een week handjes vast te houden in onze woonkamer, gaan eindeloos wandelen met Kasimir in de novembermist en ervaren het gezelschap van anderen als volkomen overbodig. Tweezaamheid met veertien jaar! Heerlijk, het is gewoon snoezig om te zien. Martin bekijkt het allemaal argwanend en zou Justin het liefst het huis uit schoppen. Het heeft me veel geduld en nog meer overredingskracht gekost om hem duidelijk te maken, dat hij dat nou juist niet moet doen.

Alleen met ijzeren discipline lukt het me om mijn huwelijk weer op de rails te krijgen. Martin en ik zijn deze week twee keer samen uit eten geweest, hebben veel gepraat, af en toe gelachen en ‘vrolijk’ gedaan. Maar het onderwerp dat mij echt bezighoudt is en blijft Max.

Vanavond gaan we met Toni en Annette in El Poblet eten. Morgen vertrekken ze voor een lang bezoek aan hun kinderen naar huis. ‘s Morgens schijnt de zon en ik besluit spontaan mijn sportprogramma weer op te pakken: lekker hardlopen en dan baantjes trekken in het zwembad. Daarna ben ik op, heb honger als een paard en bewonder Andrea, die driemaal naar haar boei in zee is gezwommen. De Middellandse Zee is mij met een watertemperatuur van achttien graden gewoon te koud. Terwijl we op het zonnige terras zitten te ontbijten, belt Fernando bij de poort aan. Bij een kop koffie maakt hij een kostenraming voor de zwembadverwarming en zoutinstallatie. Morgen komt hij met een specialist langs, dan worden de apparaten besteld en met Kerstmis kunnen we plonzen in een watertemperatuur van negenentwintig graden.

Hij is nog maar net vertrokken als de verhuiswagen voorrijdt. Twee sterke kerels doen het sjouwwerk en zetten alles op zijn plaats. Vijf uur later zijn ze allemaal weer weg. Trots bekijken we ons kleine gastenverblijf. Wie hier komt logeren, kan zich thuis voelen.

De zaterdag is voor onszelf: ik lig lui in de hangmat mijn boek te lezen en probeer niet aan Max te denken. Dat is een ongelofelijk moeilijke oefening, want eigenlijk wilden we deze dagen hier samen doorbrengen. Ik probeer krampachtig te ontspannen, ‘s-Middags rijden we naar tapasbar Helios. Knalrode plastic stoelen, witte plastic tafels, de groenblauwe Middellandse Zee recht voor onze neus en een helderblauwe hemel met een paar sluierwolkjes. Na twee glazen rode wijn verbetert ook mijn humeur.

“Dit zouden we vaker moeten doen. Gewoon twee, drie dagen weggaan, even weg uit de alledaagse stress en van het leven genieten. Work less. Live more!” Andrea bijt genietend in een van haar gefrituurde visjes.

“Ja, minstens eens in de maand en dan het liefst de hele maand. Ik zou er op dit moment zo graag vandoor gaan; Jonas, Victoria en Kasimir meenemen en gewoon verdwijnen.” Andrea kijkt me lang aan, maar zegt niets.

Als we op zondagavond terugvliegen, zie ik er misschien uitgerust uit, maar het gaat eigenlijk niet beter met me. Ik krijg die verdomde kerel maar niet uit mijn hoofd.

De baby van Claudia zal in juli geboren worden – dat heeft ze al uitgerekend. Vlak na haar en vlak voor mijn veertigste verjaardag. Ze is zo blij, ze kan haast niet wachten en belaagt ons met vragen. Hoe was het bij jullie? Deed het zeer? Is het moeilijk? Verandert er veel? Waar moet ik op letten? Veel vragen kan ik helemaal niet meer beantwoorden. Ik kan me herinneren dat het onmenselijk veel pijn deed. Noch Jonas, noch Victoria wilde vrijwillig uit mijn knusse buik komen. Na twee weken kreeg ik eindelijk een weeën-opwekkend middel, en toen dat begon te werken, had ik het gevoel alsof ik doormidden werd gezaagd. Maar op het moment dat ik dat kleine levende wezen in mijn armen hield, waren de pijn, de misselijkheid en de vermoeidheid van de zwangerschap ogenblikkelijk vergeten. Een wonder!

Op maandagmorgen doe ik al vroeg de voordeur van mijn galerie open. Deze week wordt nogal druk. Vrijdagavond is de opening van mijn nieuwe expositie, waar een flitsende band zal optreden, en op zaterdag wordt Jonas zestien, wat natuurlijk gevierd wordt met een spetterend feest. Het is intussen bijna tien uur, Keiler zal straks met alle verzekeringspapieren en een brandbeveilingsspecialist langskomen, want die wil vanwege de installatie van de band ter plaatse een persoonlijke indruk opdoen. Woensdag beginnen de jongens het podium te bouwen. Donderdag is er een soundcheck en vrijdagmorgen komt de cateraar. Buiten regent het maar door. De lucht is helemaal grijs en met twaalf graden is het weer eens veel te warm voor eind november. Over een week begint de cadeautjesmaand al weer. Moet ik mijn galerie in kerstversiering hullen, of onderga ik het feest zonder franje? Met een dampende kop thee in de ene en een sigaret in de andere hand (ja, ik rook nog steeds!) kijk ik toe hoe Outlook alle nieuwe mail binnenhaalt. Drieëntwintig nieuwe berichten in mijn e–mailbox, zegt de computer. Ik lees en beantwoord de meeste mailtjes direct. Dan ineens geloof ik mijn ogen niet. Na een paar weken zonder contact heeft Max me vannacht om vier uur een mail gestuurd. Mijn hart bonst, mijn mond is abrupt kurkdroog, ik verbrand mijn vingers aan de opgebrande sigaret en open de mail. Er staat maar één zin in: het zou fijn zijn als je dit leest.

Tja, afgezien van die ene zin valt er niets te lezen. Ik sluit de mail en zie direct dat de volgende ook van Max is. Hij was de bijlage vergeten, wat suf! Normaal gesproken print ik langere brieven graag en lees ze dan rustig door, maar dat geduld heb ik nu niet. Terwijl mijn printer letters uitspuugt, lees ik al vanaf het beeldscherm. Claudia komt binnenstormen en verstoort mijn trance.

“Hoihoi…” Ze straalt, springt voor mijn bureau van het ene been op het andere en kust haar eerste babyfoto. Ze is vanochtend voor dag en dauw bij de gynaecoloog geweest en heeft de resultaten van de eerste echo gekregen.

“Ik kan het gewoon niet geloven, dat er in mijn buik een klein mensje aan het groeien is. Je ziet er nog bijna niets van,” zegt ze blij, terwijl ze haar T–shirt omhoog trekt en me haar platte buik laat zien.

“Jurgen is helemaal in de wolken. Hij staarde alleen nog maar naar dat beeldscherm, wilde er niet meer bij weg en vond dat we ook maar zo’n apparaat moesten kopen, dan konden we de komende maanden ongestoord baby kijken.”

Ik moet lachen.

“Een beetje duur.”

“Geen idee, hem kennende checkt hij nu de prijzen en hebben we binnenkort onze eigen baby-home-echo-Tv.”

“Ja, en jij ligt de hele avond met gel op je buik, zodat Jurgen naar de baby kan kijken.”

“O, daar had ik nog helemaal niet aan gedacht. Toch niet zo’n goed idee.”

Andrea paradeert naar binnen. Ook zij is in opperbeste stemming.

“Wat voor gezellige sit-in vindt hier plaats?”

Claudia laat haar de foto zien en begint weer te springen.

“Als je niet snel ophoudt met dat gespring, valt straks je baby eruit, of hij muteert tot een kangoeroe.”

Ik hoor het vrolijke gebabbel en gelach van het tweetal vanuit de keuken. Terwijl ik een espresso voor hen maak, wordt het opeens doodsstil.

“Susa,” roept Andrea, “wat is dit nou?” Ze houdt de lange brief van Max in haar hand.

“Een brief van Max. Ik heb hem, afgezien van de eerste regels, zelf nog niet gelezen, want Claudia viel met haar echo binnen. Daarna kwam jij binnen en toen ben ik het vergeten.”

Andrea kijkt me ongelovig aan en vraagt: “Mag ik hem lezen?”

“Ik dacht dat jullie geen contact meer hadden?” Claudia staat inmiddels ook in de keuken.

“Hadden we ook niet, tot nu toe.”

“Wat ga je doen?” vraagt Andrea en wappert met de twee blaadjes.

“Als ik dat wist. Maar misschien hoef ik wel helemaal niets te doen, ik wil eerst die brief eens rustig lezen. En nee, Andrea, ik wil hem eerst zelf lezen.” Ik gris de brief uit haar hebberige handjes.

“We laten je nu met rust, gaan een beetje wandelen en dan spreken we af bij de Italiaan, dan kun je ons alles vertellen, oké?” Andrea is nieuwsgierig.

“Mij best,” zeg ik gepijnigd. Tien minuten later ben ik alleen, pak de uitgeprinte mail en begin te lezen.

De afgelopen weken heb ik gemerkt dat mijn liefde voor jou groter is dan ik dacht. Ik heb geprobeerd de relatie met Odette weer nieuw leven in te blazen, maar ik kan niet meer van haar houden. Daarna is de platonische relatie met Ottilde tot een seksuele uitgegroeid. Maar mijn gedachten zijn alleen maar bij jou.

Een ijskoude hand omklemt mijn maag, ik ben plotseling kostmisselijk. Ik steek nog een sigaret op, waarna ik me nog beroerder voel. Hij voelt hetzelfde als waar ik al sinds weken onder lijd: wreed, knagend, afschuwelijk liefdesverdriet.

Heb je eigenlijk ooit begrepen dat jij mijn heldin bent, mijn godin? Mijn zuiden en mijn noorden, mijn oosten en mijn westen. De ijskoude top van de Mount Everest en de fonkelende hitte van de Sahara. De vis in het wateren de vogel in de lucht…Jij was het, jij bent het en zult het waarschijnlijk altijd blijven: the one and only, de grote liefde. Hoewel ik juist daarvoor huiver. Ik zal iedere opvolgster onrecht doen. Maar half van haar houden en half van jou houden is als half zwanger en halfgen…het is niets! Natuurlijk, jij was niet alleen de zon, maar ook de regen. Niet alleen de zomer, maar ook de winter, de orkaan der begeerte en de nacht van mijn grootste twijfel. Jij was mijn enorme woede en mijn ongelukkige jaloezie. Jij was de vrouw in wie ik wilde terugkruipen, de moeder aller vrouwen, altijd in jou rusten, sluimeren, éénworden met jou. Tja, jij was de storm op open zee en de poëzie van een dromerige avond bij de openhaard. Jij was alles voor mij. Dat allemaal en nog veel meer, maar kennelijk heb je dat niet begrepen.

Ontzetting! Ik leg de brief opzij en ben blij dat ik alleen ben. Wat zijn wij toch een stel idioten! Het liefst zou ik de telefoon pakken, hem bellen, zijn stem horen en hopen dat het dan allemaal weer goed is. Ik doe het niet! Minuten verstrijken voordat ik verder kan lezen. Hij schrijft:

Ik kon de gedachte niet verdragen om de tweede man in jouw leven te zijn. Je hebt klip en klaar gezegd dat ik je niet onder druk mag zetten, omdat je anders vertrekt. En in de paar uur die ik met je had, wilde ik je niet ook nog met anderen delen. En daarom is het gegaan zoals het is gegaan. Door mijn ex-vrouwen ben ik zachter geworden, maar bij jou komen vergeten gewaande gedragspatronen weer naar boven. Gedragspatronen die beter verborgen kunnen blijven.

Langzaam word ik kwaad, waar is die vergelijking voor nodig? Ha, bij zijn exen heeft hij ook nooit meegemaakt wat hij met mij beleefd heeft. Kiest Max voor de gelijkmatige harmonie of wil hij op de achtbaan der liefde rijden? Onze affaire was heftig, intens en misschien ging alles gevoelsmatig veel te snel, maar het zijn gevoelens die we kennelijk altijd al voor elkaar hadden. Hij eindigt met:

Ik kan vriendschappelijke kussen met mensen uitwisselen, met wie ik ook alleen maar vriendschappelijk verbonden ben. Jou begeer ik op een andere manier. Daarom kan ik je alleen met liefde en passie kussen. Max.

Er liggen inmiddels zeven peuken in de asbak. Ik heb verschrikkelijke hoofdpijn, en een blik op de klok leert me dat ik allang op weg had moeten zijn. Ik neem twee paracetamols, drink een groot glas water en bel Andrea.

“Waar zitten jullie?”

“Over vijf minuten bij de Italiaan. Kom je? En wat schrijft hij?”

“Ja, ik kom en de rest vertel ik dan wel.” Ik ben stuk. Jemig! Hoe ben ik toch in dit derderangse toneelstuk beland?

Nog geen halfuur later zit ik bij de Italiaan, geef een kort verslag en kijk het tweetal vragend aan.

“Hoe voel je je?” wil Claudia weten. Voordat ik kan antwoorden, geeft Andrea antwoord. “Klote, het gaat echt slecht met haar! Ze lijdt meer dan haar lief is, meer dan ik ooit voor mogelijk had gehouden. Je speelt wel de koele kikker, maar het grijpt je echt aan.” Ze kijkt me bezorgd aan.

“Klopt dat?” wil Claudia weten.

“Ja,” zeg ik onwillig. “Wat ik ook doe, ik krijg hem niet uit mijn hoofd. Maar ik wil niet met een man leven die altijd jaloers is en zelf niet trouw is. Dat zou niet lang goed gaan. Jullie weten toch hoe ik ben. Ik weet niet in hoeverre we onszelf aan elkaar kunnen aanpassen. Zeg nou eerlijk, hoeveel overlevingskans heeft onze liefde? Een, twee maanden misschien, maar veel langer zeker niet.”

“Ja, en vergeet niet die ‘glow in the dark’ – stickers, het blauwwit geruite tafelkleed en het plakkende douchegordijn,” giechelt Claudia een beetje boosaardig.

“Weet je, die uiterlijkheden zouden snel te veranderen zijn. Ik maak me meer zorgen over de verschillen in opvattingen,” zeg ik aangeslagen.

“Heb je hem dat wel eigenlijk eens duidelijk gezegd?” vraagt Andrea nadenkend.

“Nee! In mijn laatste brief heb ik hem zelfs aangeraden om maar gauw zijn ‘archieftroela’ uit de la te halen en hun liefde nieuw leven in te blazen.”

“Dat is wreed! Hoezo niet jaloers?” lacht Andrea.

“Ja! Natuurlijk vind ik het niets dat hij zo snel weer troost zoekt. Hoe vervangbaar ben je dan? Van Odette kan ik het me nog voorstellen, ze hebben tenslotte lang samengewoond en waren ooit ook gelukkig. Maar Ottilde, de zogenaamde platonische vriendin, ha, laat me niet lachen! Het is nog niet uit tussen ons, of hij duikt de koffer in met die vrouw. Nou, ik wens hem veel plezier! En laten we nu alsjeblieft van onderwerp veranderen.”

“Was zij degene met het ledikant en het dieet?”

“Ja, precies, dat was zij!”

“Nog één vraag,” zegt Claudia. “Wat ga je nu doen?”

“Ik weet het niet. Hij heeft altijd gezegd dat hij geen vriendschappelijke relatie met me kan hebben, dat hij me daarvoor te veel begeert. Dat heeft hij nu ook weer geschreven. Dus een ontmoeting of een gesprek lijkt me niet verstandig.”

“Ja, maar als dat toch gebeurt, dan alleen, wanneer jij weet, wat jij wilt. Tafelkleed en douchegordijn kun je bij de vuilnis zetten maar met zijn karakter moet je leven.”

“Geweldig vooruitzicht!” Ik drink nog een glas wijn en rijd dan rechtstreeks naar huis.

Twee weken later mail ik hem terug. Ik moet toch iets van me laten horen. Niet dat het me gelukt zou zijn om niet aan hem te denken. Nee, het heeft mijn hart gebroken. Ik slaap nog steeds slecht en lijd, volgens de diagnose van Andrea, gewoon aan zeer heftig liefdesverdriet. Voor het eerst dat ik daar last van heb!

De laatste tijd met Max voelde ik me zo ongelofelijk goed. Als hij het me gevraagd had, was ik ter plekke met hem getrouwd. Maar dat schrijf ik allemaal niet. Mijn mail is kort:

Dank je voor je mail. Ik wens je veel geluk met Ottilde en hoop dat het lukt. Ik moet mijn leven op orde brengen en ontdekken wat ik wil, zelfs met het risico dat ik datgene wat ik het liefste wil, niet meer kan krijgen.

Heeft Miss Irresistible verloren? vraag ik me af. Ik heb een echtgenoot, had een geliefde en een jonge aanbidder. En nu? Wat heb ik nu?

De galerie is precies zo versierd als ik het me had voorgesteld. Ik zal nog een paar schilderijen verkopen en vlak voor de kerst nog een vernissage organiseren. Kerstmis en oud en nieuw gaan we dit jaar samen in Spanje doorbrengen. Barbara komt met Christiaan en de kinderen, en ook Claudia en Jurgen gaan mee.

Twee dagen voor Kerstmis vertrekken we. Het gastenverblijf is bijna te klein voor de grote groep gasten: zes personen op tachtig vierkante meter. Barbara en Christiaan op één slaapkamer, Claudia en Jurgen in de andere en de twee kids op de slaapbank in de woonkamer. Martin slaapt naast mij maar ik ben met mijn hoofd ergens anders. Hoe langer de breuk met Max duurt, des te moeilijker vind ik het te accepteren. Ik mis hem! Jezus, wat is liefdesverdriet toch een rotgevoel!

Heel traditioneel hebben we op kerstavond een lichte vissoep als voorgerecht, dan eend, rodekool, knoedels en als nagerecht gebakken banaan met vanilleijs. Daarbij liters rode wijn, want met uitzondering van de zwangere Claudia drinkt iedereen. De hele dag sta ik alleen in de keuken, terwijl ik kijk naar Martin en de kinderen, die de kerstboom optuigen. Ja, natuurlijk moest er een boom komen. Ik ben benieuwd wanneer die reusachtige boom zijn naalden gaat laten vallen, met die vloerverwarming. Het haardvuur vlamt op, en ik sta in bikini in de keuken. Volkomen onbegrijpelijk deze hele situatie!

Om acht uur beginnen we met pakjes uitpakken. Eigenlijk hadden we afgesproken om alleen de kinderen cadeautjes te geven, maar, en ik ben geen uitzondering, niemand van ons heeft zich daaraan gehouden. Het aantal geschenken dat opgestapeld ligt onder de kerstboom, is onbeschrijfelijk. Onder het genot van sekt en spuitwater openen we de kleine, bonte pakjes. Verrukte ooohs en aaahs, kusjes en dikke zoenen zijn de geluiden die het volgende halfuur opklinken. Dan gaan we eten. Alleen Lisa en Kathi mogen hun lievelingscadeau mee aan tafel nemen. Ze hebben allebei een Baby Born met draagdoek, kinderwagen en Heertjes gekregen. Jonas en Maxi spelen stiekem met hun nieuwe mobieltjes. Victoria wil absoluut haar portable dvd-speler aanzetten, en Sofie vecht met de verraderlijk lastige iPod-techniek. Een hoogtepunt voor de markteconomie. Ik drink een glas rode wijn.

De kerstdagen verlummelen we in heerlijk weer. We eten ‘s middags regelmatig tapas in de Helios en zitten ‘s-avonds gezellig voor de open haard te kletsen. Met zoveel mensen slaat de verveling niet snel toe, maar tussen Martin en mij gaat het helemaal niet. We maken geen ruzie, maar we hebben elkaar ook niets te melden. Als je niet meer ruziet, dan is het hoe dan ook afgelopen. Ik denk niet meer zo veel aan Max, langzaam maar zeker verdwijnt hij uit mijn gedachten. Het hoofdstuk lijkt afgesloten. Of is dat alleen maar weer ijdele hoop?

Op oudejaarsavond stopt iedereen volgens de Spaanse traditie om twaalf voor twaalf per seconde één pitloze druif in zijn mond en doet daarbij een wens. Ik red het niet om zo snel te kauwen, iets te wensen en tegelijkertijd de druivensmurrie door te slikken. Met drab in mijn mond en heel veel wensen in mijn hart concentreer ik me volledig op niet stikken.

Het afgelopen jaar was meer dan heftig. Na Andrea’s veertigste verjaardag begon het. Martin had zijn affaire, Andrea de hare. Toen verongelukten onze ouders. Ik heb zomaar contact opgenomen met Max, geweldige maanden doorgebracht en een liefdesverhaal beleefd dat me aan de rand van de waanzin heeft gebracht. En nu sta ik, als ik eerlijk ben tegen mezelf, voor de scherven van mijn huwelijk. Ik zou ze wel aan elkaar willen plakken, maar mijn lijm is opgedroogd. Ik slik dapper de druivensmurrie door, vergeet prompt mijn wensen, omhels iedereen en zou het liefst mijn gezicht in mijn kussen begraven en de komende uren huilend doorbrengen. Echt een geslaagde start van het nieuwe jaar.

Op nieuwjaarsdag word ik wakker met een geweldige kater. Na mijn weemoedige terugblik op het afgelopen jaar heb ik een champagnefles gegrepen, moederziel alleen leeggedronken en daarbij een laatste pakje Marlboro opgerookt. Martin ligt naast me te snurken. De kinderen zijn om drie uur naar bed gegaan, wij om vijf uur. Er heerst nog doodse stilte in het huis als ik zachtjes naar beneden ga. Kasimir is blij eindelijk iemand te zien en loopt de tuin in wanneer ik de terrasdeur open. Het is heerlijk weer, helemaal niet wat je in januari verwacht. De lucht is zacht, de zon schijnt, en met een groot glas water in de hand ga ik op de ligstoel liggen naast het zwembad. De watertemperatuur is, dankzij de verwarming, een aangename negenentwintig graden. Zo meteen zal ik een duik nemen, net zoals ik binnenkort de duik in een nieuw leven zal nemen. In de eerste uren van het nieuwe jaar heb ik namelijk twee goede, echt serieuze voornemens opgevat: ten eerste stop ik met roken en ten tweede ga ik mijn leven op orde brengen en van Martin scheiden.

Als we over een week weer naar huis vliegen, zet ik alles in werking. Barbara wil dat vast voor me regelen, maar ik val haar nu nog niet lastig. Dit is niet het goede moment om daarover te beginnen. Iedereen is blij en geniet van de eerste dagen van het nieuwe jaar, dat wil ik niet kapotmaken met mijn beslissing. Ik heb de afgelopen maanden tenslotte al vaker een scheiding overwogen. Voor het eerst tijdens de Doris-crisis, toen Barbara aanbood mijn scheiding erdoor te drukken, daarna in samenhang met Max, en nu, zonder hem in mijn leven, gewoon omdat ik niet meer van Martin hou. Mijn hart zingt simpelweg een andere naam: nog steeds Max. Maar ook daar zal ik aan werken, besluit ik koppig. Ik sta op, haal mijn badpak en loop Andrea tegen het lijf.

“Zeg eens, ben jij ziek? Het is tien uur en je bent al wakker.”

“Ja, en je zult het niet geloven, maar ik ga nu zwemmen.” Ik laat haar gaan en loop naar boven. Martin slaapt nog steeds, ik kleed me om, kijk in de spiegel en ben tevreden. Op de een of andere manier zal alles op zijn pootjes terechtkomen, daar ben ik zeker van.

Op onze één na laatste dag in Denia maken Barbara en ik een lange wandeling en wijd ik haar in mijn plannen in.

“Heb je er goed over nagedacht?”

“Ja, al maandenlang, en ook geheel onafhankelijk van Max.”

“Dat geloof ik niet.”

“Toch is het op de een of andere manier zo. Misschien is het me door hem duidelijker geworden dat ik niet meer wil, en dat het tussen Martin en mij voorbij is. Er stoort me zo langzamerhand te veel aan hem, en ik wil mijn huwelijk niet meer op deze manier overeind houden. Dat zou gewoon niet fair zijn.”

“Heb je het hem al verteld?”

“Nee, ik wil het nu niet doen. Volgende week of de week daarna is vroeg genoeg. Ik wil van jou ook eerst weten hoe we alles eerlijk kunnen verdelen, wat mij toebehoort en hoe ik er daarna financieel voorsta.”

“Goed, dan moet je volgende week, liefst met al je papieren, naar mijn kantoor komen, dan kunnen we dat doorspreken.”

“Hoe verloopt jouw scheiding eigenlijk?”

“Nu heel rustig. Frank en ik zijn bezig alles te verdelen. De aanvankelijke ruzies zijn voorbij. Hij moet natuurlijk nog een tijd alimentatie betalen voor mij, als beginner op de arbeidsmarkt, maar dat zal op een dag ook voorbij zijn. Het was een beetje onwennig toen ik hem moest vertellen dat de kinderen met kerst en oud en nieuw met mij naar Spanje zouden vliegen, en ik had verwacht dat hij kwaad zou worden en een scène zou schoppen, maar dat deed hij niet. Het zou me niet verbazen als hij al een vriendin had, want hij wilde die dagen ook op reis gaan. Met de paasdagen ruilen we gewoon. Als de scheiding volgens plan verloopt, heb ik werkelijk niets te klagen. Maar laten we niet te vroeg juichen, wie weet wat er nog gebeurt.”

“Is het niet vreemd hoe makkelijk die mannen het opnemen? Frank, die nu eens eindelijk niet zeurt. Max, die binnen een week na onze ruzie met zijn archiefmuis in de koffer duikt. Ze bazelen over grote liefde en vervangen je bij de eerste de beste tegenvaller. Schokkend hoe vervangbaar we zijn! Ik geloof niet dat ik zo snel met een ander op de proppen zal komen.”

“Nee, dat geloof ik ook niet. Daarvoor hou je nog te veel van Max.”

Ik sta versteld. “Is dat zo duidelijk?”

“Nee, niet echt, maar ik had het gevoel dat je echt van hem hield en dat het niet gewoon zomaar een verliefdheid was. Normaal gesproken duurt het een tijdje voordat zoiets overgaat, als dat al ooit gebeurt. Weet je, je houdt niet maar voor een paar maanden van iemand.”

Ik zwijg.

“Ga je hem nog een keer opzoeken?”

“Nee, hij heeft geschreven dat hij geen vriendschappelijk contact met mij kan hebben. Voor hem geldt: uit het oog, uit het hart. Dat is niet mijn idee, maar het is zoals het is. Bovendien heb ik binnenkort al meer dan genoeg aan mijn hoofd.”

In de afgelopen twee weken heb ik niet de moed gevonden Martin mijn besluit mee te delen. Er is weliswaar net als voorheen niets veranderd, maar het juiste moment diende zich gewoon niet aan. Zojuist heb ik in een opwelling de telefoon gepakt, Martin op kantoor gebeld en hem gezegd, dat ik vanavond met hem wil praten. Nu loop ik als een gekooide tijger door mijn woonkamer en word met de minuut zenuwachtiger. Na vanavond zal niets meer zijn zoals het de afgelopen jaren was. Mijn gesprek met Barbara heeft me geholpen.

Het is al bijna middernacht wanneer we eindelijk kunnen praten. Martin kwam pas om tien uur van kantoor, want hij had kennelijk een vergadering waar maar geen einde aan kwam en Victoria en Jonas zijn ook pas een halfuur geleden naar hun slaapkamers vertrokken. Ik open een fles witte wijn, geef Martin een glas en ga bij hem op de bank zitten. Ik snak naar een sigaret, maar dat goede voornemen is er ook nog.

“Martin, ik moet met je praten.”

“Ja, dat zei je vanmiddag ook al.”

“Ik wil het over ons hebben, over onze relatie, ons huwelijk en ons leven. Ik ben al maanden niet meer gelukkig, en heb het gevoel dat we alleen nog maar langs elkaar heen leven, elkaar steeds minder te vertellen hebben en eigenlijk alleen nog maar een zinloze relatie in stand houden.” Martin is rechtop gaan zitten, drinkt zijn wijn en kijkt me verbaasd aan. Ik ga verder.

“We moeten ons leven niet zo verdoen! Ik heb veel nagedacht door de plotselinge dood van mijn ouders, mijn eigen sterfelijkheid pijnlijk ervaren en ik ben me ervan bewust geworden dat het ook met mij heel snel voorbij kan zijn. Martin, dan wil ik gelukkig geweest zijn, tevreden op elk moment van mijn leven terug kunnen kijken en het gevoel hebben dat ik eerlijk tegen mezelf en alle anderen ben geweest.” Martin schuift onrustig van de ene bil op de andere. Hij drinkt zijn glas in één teug leeg en staart me ongelovig aan. Hij is sprakeloos, en had dit blijkbaar niet zien aankomen.

“En als jij eerlijk bent, voel jij je ook allang niet meer goed binnen onze relatie. Anders was Doris er nooit geweest. Ik wil niet meer zo leven. We hebben fantastische jaren gehad en we hebben veel gelachen en veel meegemaakt. Je zult altijd een bijzondere plaats in mijn hart hebben, maar nu wordt het tijd dat we ieder onze eigen weg inslaan. Ik moet mijn leven eindelijk weer in eigen hand nemen en daarom wil ik je een vreedzame scheiding voorstellen.” Zo, nu is het eruit! De minuten verstrijken. Niets!

“Zeg nou wat!” roep ik tegen hem.

“Wat moet ik daarop zeggen, Susa. Je besluit staat toch vast, dat is zo klaar als een klontje. Het enige wat ik daarop te zeggen heb, is dat je altijd je eigen leven in de hand had, dat je altijd gedaan hebt wat je wilde, en je door mij daar nooit vanaf hebt laten brengen. Als je nu een scheiding wilt, dan zal er dus een scheiding komen. En nu wil ik die film afkijken.” Martin gaat weer in zijn ‘ik-kijk-tv’ – houding zitten, alsof ik hem net over mijn nieuwste recept verteld heb. Ik sta versteld! Doet het hem dan helemaal niets? Of is hij opgelucht? En zal er vanaf morgen echt iets veranderen? Of gelooft hij niet dat ik het meen? Nogal gefrustreerd ga ik naar bed. Morgen zal ik de kinderen op de hoogte brengen en Barbara vragen om de papieren in orde te maken.

Tien minuten geleden, toen de wekker ging, was ik verbaasd dat Martin naast me lag, alsof er niets was gebeurd. Eigenlijk had ik verwacht dat hij zich in de logeerkamer zou terugtrekken. Heeft hij eigenlijk wel gehoord wat ik gezegd heb? Ik zwaai mijn benen uit bed en wek de kinderen. De hele nacht heeft het als een gek gesneeuwd en is de tuin omgetoverd tot een winterwonderland. Terwijl ik de krant uit de brievenbus haal, Kasimir de sneeuw instuur en theewater opzet, komen de kinderen naar beneden. De sneeuw in de tuin heeft hun aandacht gewekt.

“We willen nog snel een sneeuwpop maken!” roepen ze allebei tegelijk en verdwijnen in dikke jassen en met moonboots in de tuin. Soms zijn ze gewoon nog mijn kleintjes. Het liefst zou ik ze samen met Martin over de aanstaande veranderingen vertellen, en een seconde lang twijfel ik aan de juistheid van mijn besluit. Zou ik de komende jaren niet kunnen volhouden en mijn kinderen een zorgeloze wereld kunnen voorspiegelen, in plaats van ze met de ontnuchterende realiteit van een echtscheiding te confronteren? Nee, het wordt tijd om mijn leven op te schonen.