Clara tegen Eva Ik bloed.
Onbekende vrouw tegen Eva
Uw dochter is flauwgevallen.
Kira tegen Eva:
…vanaf een uur of twee, drie gaan ze langzamerhand naar een club…
Eva tegen Kira en Clara:
…en dan vraagt hij aan mijn moeder of hij memag zoenen!
Lisa tegen Kira:
We moeten gewoon afspreken dat je een uur komt proefdraaien.
“Je moet gewoon wel mee, want om op een jetski te mogen heb je een rijbewijs nodig!” Kira staat voor me met haar handen in haar zij en fonkelende ogen. “Je hebt het beloofd!” roept ze uit.
“Ja, maar moet dat vandaag?” vraag ik met een hulpzoekende blik naar Dirk.
“Ja, we vervelen ons en papa heeft er ook zin in!”
“Vooruit dan maar,” antwoord ik en ik kom met tegenzin overeind, want het is heerlijk in mijn hangmat in de schaduw van de palmen. “Wat kan ik het best aantrekken?” vraag ik aan Dirk.
“In elk geval niet zo’n niemendalletje dat je bij het eerste contact met een golf kwijt bent. Ik zou een badpak aantrekken.”
“Ha,” zegt Kira, “alsof mama’s badpakken zo veel meer stof hebben. Wacht, ik geef je er een van mij!”
Ik kijk haar na en ben benieuwd waarmee ze terugkomt en of ik het wel pas. Voor zover ik weet heeft Kira helemaal geen badpakken. Het duurt niet lang voordat ze een donkerblauw exemplaar naar me toe gooit.
“Hier, die heb ik laatst voor het duiken gekocht.”
Ik kijk haar waarschuwend aan en ga me omkleden. Soms slaat Kira een toon tegen me aan en gedraagt ze zich alsof we dezelfde leeftijd hebben. Typische aanvallen van puberteit! Toen we het er pasgeleden over hadden, beweerde ze dat ik inmiddels uit de levensfase van de midlifecrisis was gegroeid en me nu zonder overgang in de premenopauze bevond, met andere woorden: in de herfst van mijn leven was beland.
Mijn eerste reactie was hardop lachen, daarna heb ik haar uitgelegd dat ik me nog heel zomers of in elk geval hoogzomers voel. Daar moest Kira op haar beurt om lachen.
“Als jij dat denkt,” zei ze en ze ging daarna thee voor ons zetten.
We hebben de verschillende standpunten besproken, maar niet echt met resultaat. Wat ergens logisch is, want voor een zestienjarige is iemand met dertig jaar meer op de teller natuurlijk al extreem oud. ‘s-Avonds heb ik het Dirk verteld. Hij kromp in elkaar bij het woord herfst.
“Mijn moeder is in de herfst van haar leven en kijk eens wat die nog allemaal doet,” zei Dirk terwijl hij chagrijnig naar de laatste ansichtkaart van Berta keek. “Die vaart nu ergens in de Stille Zuidzee.” Daarna hebben we een fles wijn leeggedronken.
Een halfuur later zit ik in Kira’s badpak en een zwemvest op de jet-ski en scheur over de golven. Dirk, die Kira laat sturen, en de gids hebben een aanzienlijke voorsprong. Ik heb me de eerste meters als een angsthaas gedragen en vind jetskiën gewoon stom. Clara wilde absoluut dat ik achter het stuur zat, hoewel zij aanzienlijk meer ervaring heeft. Ik geef iets meer gas en kom wat dichter bij de anderen.
“Hemel Eva, wat is er aan de hand,” roept Dirk, die niet van me gewend is dat ik me zo aarzelend opstel.
Ik werp hem een vernietigende blik toe.
Het gaat verbazingwekkend goed en ik wen er snel aan. Met steeds meer zelfvertrouwen stuur ik het ding over de golfkammen en -dalen. We scheuren in de richting van Javea, waar de zee behoorlijk wild is. Het is leuk, geen twijfel aan, maar dan gebeurt het. Ik geef te veel gas, knal hard tegen een golftop, laat geschrokken het gas los en knal nog harder in het golfdal. Vertwijfeld probeer ik de val op te vangen en ik draai weer aan de gashendel. Clara, die zich uitgerekend op dit moment niet goed vasthoudt, vliegt met een razende snelheid van de zitting en komt onzacht in het water terecht.
“Verdomme,” vloek ik. Ik draai de jetski langzaam in haar richting. “Is alles goed?”
“Ja,” antwoord Clara met een vertrokken gezicht.
“Klim bij hem achterop,” roep ik en ik wijs naar de gids.
“Nee!”
“Dan moet je naar mij toe zwemmen, ik weet niet of ik dit ding met deze sterke golven zo goed kan sturen!” roep ik terwijl ik me afvraag waarom ze per se niet bij die schattige middentwintiger achterop wil.
“Wat is er gebeurd?” roept Kira. “Moet ik naar je toe zwemmen?”
“Laat maar, ik zwem naar je moeder toe.” Clara verslikt zich en hoest, want ze heeft bij het praten een lading zout water in haar mond gekregen.
“Wat is aan de hand?” vraag ik zachtjes als ze op de jetski klimt.
“Ik bloed.”
“Waar?” vraag ik geschrokken.
“Ergens tussen mijn benen.”
“We moeten meteen naar de dokter. Clara is gewond!” roep ik tegen Dirk. Zodra we op het strand zijn haalt Dirk de auto, terwijl Kira voor haar vriendin zorgt en ik onze huisarts bel. Ze komt uit een klein dorp in de buurt van Leeuwarden, heeft na haar studie een paar jaar in een kliniek in Alicante gewerkt en heeft zich daarna bij ons in de buurt gevestigd.
“Wat gaat ze doen?” vraagt Clara angstig.
“Je onderzoeken natuurlijk. Bloed je nog erg?” vraag ik en ik draai me naar haar om.
“Nee, maar nu brandt het.”
“Dat komt door het zoute water,” antwoord ik kalm.
Dirk werpt me een bezorgde blik toe.
“Ik moet zeker weten dat ze geen innerlijke verwondingen heeft,” fluister ik. Tenslotte kan water bij een botsing met hoge snelheid net zo hard als beton zijn. Dirk geeft geen antwoord, maar gaat sneller rijden. Een paar minuten later zijn we er. Dirk en Kira wachten buiten, Clara en ik gaan naar binnen en worden al opgewacht door de dokter. Ze onderzoekt Clara zorgvuldig.
“Voor zover ik kan zien is het alleen een uitwendige verwonding en hoeft het niet gehecht te worden. Het scheurtje tussen de schede en de anus is minimaal, ook al bloedt het flink.” Ze kijkt Clara aan, die in gekromde houding op de stoel voor haar zit. “Maar om het zeker te weten, moeten jullie naar een uroloog en gynaecoloog in het ziekenhuis. Ik bel meteen op en zeg dat jullie eraan komen,” zegt ze en ze kiest het nummer al. Ze spreekt zo snel Spaans dat ik het nauwelijks kan volgen.
“Om drie uur worden jullie verwacht,” zegt ze en ze schrijft de naam van de dokter voor me op.
Clara is lijkwit. “Waarom moeten we nu nog naar het ziekenhuis en wat gaat die andere dokter doen wat zij niet kan?” vraagt ze angstig als we weer buiten zijn en naar de auto lopen. Dirk en Kira zitten aan de overkant in een café achter een cola.
“Hij onderzoekt je darm en je schede op inwendige verwondingen.” Ik sla mijn arm om haar heen. “Zo erg is het niet, alleen een beetje vervelend,” kalmeer ik haar.
Clara vertrekt haar gezicht. “Als het dan moet, maar verder geen details alsjeblieft,” roept ze, ze loopt snel naar Kira toe, pakt haar glas cola en drinkt het in één keer leeg.
Precies om drie uur staan we bij de receptie van het ziekenhuis. Het duurt een paar minuten voordat er twee jonge artsen binnenkomen, die zich voorstellen en naar het verhaal luisteren.
“Laten we dan maar eens kijken. Je mag je van onderen uitkleden, op de onderzoeksbank knielen en naar voren buigen,” zeggen ze tegen Clara en ze draaien zich dan om.
Clara kijkt met grote ogen naar Kira en mij, kleedt zich uit en neemt de gevraagde positie in.
“Ik voel me net een paard bij de dierenarts,” sist Clara, maar ze lacht erbij. Ik sta aan haar hoofdeind en kijk argwanend naar de artsen. Mijn dochter staat naast me, maar is tamelijk stil en wit als een doek.
“Wat doen ze nu,” vraagt Clara zenuwachtig.
“Ze kijken.”
“Nou, fantastisch. Ik zal maar niet vragen waarnaar.”
“Nee, dat is misschien maar beter.”
We giechelen. De dokters kijken me prompt bestraffend aan.
“Kijken ze nog steeds?”
“Nee,” zegt Kira. “Een van de twee trekt nu rubberen handschoenen aan…eh Clara, ik ga naar buiten…ik voel me niet goed.”
“Zo,” zegt de arts even later. “Je hebt veel geluk gehad, er zijn geen inwendige verwondingen. Ik schrijf een betadineoplossing voor die je twee keer per dag moet aanbrengen.”
Ik bedank en geef Clara haar jurk.
“Wat is er met jou aan de hand?” vraag ik verbijsterd aan Kira, die als een natte dweil met haar hoofd naar beneden op een stoel zit.
“Ik voelde me niet goed en toen…” meer zegt ze niet, maar ze kijkt naar Clara.
“Wat en toen?”
“Toen ze buiten kwam, zat er een jonge man in een rolstoel…” vertelt de vrouw die tegenover Kira zit.
“Ja?” Ik kijk haar verwachtingsvol aan.
“Uw dochter is flauwgevallen,” zegt ze terwijl ze me verwijtend aankijkt.
“O, schatje,” zeg ik en ik aai haar over haar hoofd. “Gaat het weer een beetje? Waarom heb je me niet laten roepen?”
“Clara had je meer nodig dan ik,” fluistert ze met haar hoofd tegen mijn schouder. Ze is nog steeds bleek. Ik blijf over haar hoofd aaien en wieg haar als een klein kind.
“Mama?”
“Ja, wat is er?” vraag ik. Ik geef een kusje op haar voorhoofd.
“Je gaat toch niet zingen?”
“Wat?”
“Als ik me als kind bezeerde, wiegde je me ook altijd en dan zong je erbij. Ik wil alleen zeker weten dat je dat nu niet gaat doen.”
“Nee, maak je maar geen zorgen,” zeg ik tegen Kira en ik glimlach, want ik dacht aan precies hetzelfde.
“Wat heeft dat allemaal met de man in de rolstoel te maken?” vraag ik plotseling aan de vrouw.
“Nou,” begint ze, ze gaat rechtop zitten en schuift haar enorme voorgevel naar voren. “Ze is op zijn schoot gevallen,” zegt ze sensatiebelust.
“Hoezo op zijn schoot?” vraag ik verbaasd aan Kira.
“Heel gewoon, ik kwam buiten, viel flauw en belandde op zijn schoot…”
Clara giechelt. “Zag hij er in elk geval een beetje goed uit?”
“En toen?” vraag ik aan Kira.
“Niets en toen. Ik kan het me niet meer herinneren, maar vraag het gewoon aan die vrouw, die heeft alles heel goed bekeken.”
Ik kijk de vrouw nieuwsgierig aan.
“Er is verder niets gebeurd. Uw dochter kwam al snel weer bij bewustzijn en was natuurlijk erg verlegen met de situatie. Tja, wie wil er ongevraagd op de schoot van een vreemde man flauwvallen? De vrouw van de receptie heeft haar een glas water gegeven en heeft tegen haar gezegd dat ze met haar hoofd naar beneden moet gaan zitten en dat was het.”
“Wees blij dat die vent in zijn rolstoel je heeft opgevangen,” zeg ik. “Nu heb je in elk geval nergens je hoofd aan gestoten en ben je zacht gevallen.”
“Ja, heel zacht,” roept Clara met leedvermaak.
“Kom, we gaan,” zeg ik, ik betaal de rekening en loop met de meiden naar de auto.
Kira en Clara kletsen tijdens de rit aan één stuk door. Ik luister niet en stuur de auto de berg op. We hebben letterlijk geluk bij een ongeluk gehad.
“Mama,” zegt Kira en gaat naast me op de bank zitten. “Ik ben zo blij dat jij erbij was.”
“Waarom?”
“Nou, Clara vertrouwt je en je hebt cool gereageerd, zonder in paniek te raken. Als ik me voorstel dat de moeder van een van mijn Amerikaanse vriendinnen erbij was geweest…o, mijn God. Die zijn zo preuts dat Clara zich doodgeschaamd had en waarschijnlijk geen woord had gezegd. Bij jou voelt ze zich veilig.”
“Dank je,” zeg ik en ik geef een dikke kus op haar wang.
“Waarvoor?”
“Dat was een fantastisch compliment.”
Na een paar dagen mag Clara weer zwemmen en wil ze nog een keer jetskiën. Ik weiger. In plaats daarvan gaan ze met Dirk naar Terra Mitica, een pretpark waar het wemelt van de achtbanen. Ik wil me daarentegen zo weinig mogelijk bewegen en blijf lui in de zon liggen, lezen en slapen.
“Mama, we willen vanavond stappen,” overvalt Kira me als ze weer thuis zijn.
“Hmm, en waar naartoe?” Ik lig nog steeds in mijn hangmat.
“We zijn de afgelopen dagen alleen hier geweest en hebben helemaal niets gedaan,” moppert ze.
“Ik heb nog helemaal niet gezegd dat jullie niet mogen,” antwoord ik slaperig. “Maar vanavond hebben we al een tafel in het nieuwe visrestaurant gereserveerd.”
“We willen na het eten naar Javea rijden, daar zijn gave clubs. En ik heb bedacht dat jullie ons kunnen brengen of dat we een taxi nemen. Taxi’s zijn hier helemaal niet zo duur, voor 23 euro worden we naar Javea gebracht.” Kira kijkt me smekend aan.
“Maar we gaan pas om tien uur eten en we zijn beslist niet voor middernacht klaar. Willen jullie dan nog naar Javea? Dat is toch veel te laat!”
“Mama, we zijn in Spanje,” roept Kira verontwaardigd. “Hier gaan de mensen laat eten. Vanaf middernacht nemen ze ergens een drankje en vanaf twee of drie uur gaan ze langzamerhand naar een club, en die zijn tot ‘s-ochtends geopend.”
“Wat? Wil dat zeggen dat jullie pas terug zijn als het licht wordt?” vraag ik verrast.
“Nee, eigenlijk nog later. Als we thuiskomen, is de zon alweer op. Mama!” Ze kijkt me kort aan. “We zijn voor de vakantie ook pas om zes uur ‘s-ochtends thuisgekomen, dus…”
“Ja, maar dat was een uitzondering,” zeg ik in een aanval van vertwijfeling en ik denk er meteen aan hoe het dertig jaar geleden ging.
“Mama, bedenk eens hoe jij was,” zegt Kira terwijl ze haar linkerwenkbrauw optrekt.
Kan ze gedachten lezen?
“Toen ik jouw leeftijd had, was ik heel braaf,” begin ik.
“Haha,” lachen Clara en Kira hardop.
“Waarom lachen jullie? Ik had in de vakantie een Spaanse aanbidder, die aan mijn moeder vroeg of hij me mocht zoenen.”
“Hoe oud was hij?” wil Kira weten.
“En hoe heb je gereageerd?” vraagt Clara meteen daarna.
Ik zwijg, neem een slok water en lach.
“Vertel!” roepen ze.
“Nou, hij was achttien of negentien, wat mijn moeder veel te oud vond. Ik was behoorlijk pissig, tenslotte was het de twintigste eeuw en dan vraagt hij aan mijn moeder of hij me mag zoenen!”
“Hij was waarschijnlijk gewoon netjes en conservatief opgevoed en had natuurlijk serieuze bedoelingen,” lacht Kira.
“Hmm, vast en zeker. Nee, het was gewoon verschrikkelijk! Mijn moeder genoot van de situatie en had hem toestemming gegeven, op voorwaarde dat ik het er ook mee eens was. Daarna voegde ze eraan toe dat ik als fatsoenlijk meisje ook op een fatsoenlijke tijd thuis moest zijn.”
“Shit, wat theatraal, die had bij mij nooit een kans gehad. Maar hoe laat moest je dan weer thuis zijn?” vroeg Kira nieuwsgierig.
Kira en Clara zitten inmiddels allebei op de ligstoel voor me, wippen met hun voeten en hangen aan mijn lippen.
“Om één uur en dat was voor mijn moeder destijds al een heel ‘Spaanse’ tijd,” vertel ik.
“Wat, en ben jij gehoorzaam op je kamer gebleven? Dat kan ik me niet voorstellen!” Kira kijkt ongelovig.
“Nou ja, niet echt, mijn vriendin en ik zijn uit het raam geklommen en tot ‘s-ochtends weggebleven.”
“Zie je wel,” zegt Kira triomfantelijk.
“Ja, maar als ze erachter was gekomen, had ik helemaal niet meer uit gemogen. Mijn moeder was heel streng.”
“Dat ben jij gelukkig niet.”
“Nee, ik geloof daar niet zo in.”
“Heeft oma het gemerkt?”
“Nee. Ik heb het haar jaren later verteld en toen werd ze alsnog woedend. Ze maakte ons in die vakantie elke ochtend om acht uur wakker, omdat we volgens haar genoeg hadden geslapen,” zeg ik nadenkend. “Mijn moeder was overal heel streng in, of het nu ging om de tijd dat ik thuis moest zijn of om vakanties. Als ik met een vriendin op vakantie wilde, moest ik alles zelf betalen. Ik kreeg geen cent van haar.”
“En? Mogen we?” vragen de meisjes in koor.
“Goed, maar alleen omdat ik niet wil dat jullie uit het raam klimmen. En jullie bellen als jullie in de taxi stappen. Het maakt niet uit hoe laat of hoe vroeg het is.”
“Waarom?” vraagt Clara.
“Dan brengt de taxichauffeur jullie gegarandeerd via de snelste weg naar huis en probeert hij jullie niet af te zetten.”
Voordat ik nog iets kan zeggen, staan ze op, pakken hun mobieltjes en informeren per SMS de vrienden met wie ze hebben afgesproken. Daarna verdwijnen ze naar Kira’s kamer.
“Hoe zien we eruit?” vragen ze een halfuur later.
Ik schuif mijn zonnebril omhoog en knipper tegen de zon. “Als jullie in de felle zon staan, zie ik niets. Kom liever een beetje in de schaduw.”
Kira draagt een witte minirok, een wit T–shirt en daarover een witte, transparante, losse bloes, die op de heupen met een bruine riem bij elkaar wordt gehouden. Daarbij heeft ze haar suède franje-laarzen aan.
“Hmm…mooi, alleen die laarzen…daar krijg je het vreselijk warm in.”
“Je hebt gelijk, ik trek mijn sandaaltjes aan,” roept ze en ze loopt het huis in.
Clara draagt een ultrakort jeansbroekje, dat haar billen net bedekt, en een lichtblauwe, losse bloes met een riem op haar heupen.
“Ook mooi, maar heb je een iets langer broekje? Met dit heb ik het gevoel dat je billen er zo meteen uitvallen.”
Ze lacht en verdwijnt ook. Ik sta op en loop naar binnen.
“Wat is hier aan de hand, een modeshow?” vraagt Dirk ademloos. Hij is gaan joggen.
“Een schot in de roos. Ze bereiden zich voor,” antwoord ik kort en ik geef hem een kus. “Is het met tweeëndertig graden niet een beetje te warm om te joggen?”
“Het ging nog net, maar heter moet het echt niet worden,” antwoordt hij. Hij pakt een fles water en drinkt hem in één teug leeg.
Ik gun mezelf een glas ijskoude wijn, ga gezellig bij de zwembadrand zitten en kijk naar Dirk, die een paar baantjes zwemt. Morgen wordt onze crosstrainer geleverd. We willen in de koele kelder van het huis een sportkamer inrichten en dan heb ik geen excuus meer om lui op een ligstoel te hangen.
“Zijn jullie zo ver?” vraagt Dirk.
“Alleen nog mascara,” zeg ik terwijl ik naar hem kijk. Hij ziet er, zo licht gebruind en goed getraind, heel lekker uit.
“Zo meteen, we moeten nog iets doen!” roepen Kira en Clara uit de andere badkamer.
Ik zucht. Die twee zijn al langer dan een uur bezig, de föhn heeft overuren gedraaid en ik ben heel nieuwsgierig hoe ze eruitzien.
“Gebeurt het vandaag nog? Komen jullie?” vraag ik als ik langs de deur loop.
“Ja! Zo meteen!” roepen ze allebei geïrriteerd.
“Wat is er met die twee aan de hand? We gaan toch alleen eten?” Dirk staat met een koud biertje in zijn hand op het terras.
“Nee,” begin ik. Ik heb hem nog helemaal niets van het plan van die twee verteld. “Ze willen na het eten nog uitgaan en voordat je begint te tieren, ik heb al gezegd dat het goed was.”
“Aha! En waar naartoe? Er is hier toch helemaal niet zo veel te doen,” zegt Dirk verbaasd.
“Ze nemen een taxi naar Javea, daar zijn blijkbaar genoeg clubs.” Ik kijk hem aan. Hij fronst zijn voorhoofd en trekt zijn wenkbrauwen samen. “Dat meen je toch niet serieus,” sist hij.
“Jawel…”
“Wanneer willen ze dan uitgaan? Om middernacht of zo? En wanneer komen de dames weer thuis? Toch beslist niet voor vijf uur?”
“Zo ongeveer. Hier gaat iedereen zo laat uit en ze zijn de afgelopen dagen alleen maar thuis geweest. Laat ze toch gewoon.”
“Dat zal wel moeten, want jij hebt tenslotte al gezegd dat het goed was,” moppert hij.
“Precies, dat heb ik. En denk er alsjeblieft ook een keer over na hoe jij op die leeftijd was.”
“Ik was een jongen, dat is heel anders,” hij zet het flesje aan zijn mond en neemt een slok.
“Dat is belachelijk,” antwoord ik. Dit soort argumenten heeft me altijd al woedend gemaakt.
Net voor één uur verlaten we het restaurant, of eigenlijk de bijbehorende bar. We hebben samen nog een cocktail gedronken. “Ik vind het maar niets,” zegt Dirk voor de vijfde keer terwijl hij de meiden nakijkt, die in de taxi stappen. Eerst heeft hij de taxichauffeur strak aangekeken, zijn visitekaartje gevraagd en het taxinummer opgeschreven. Kira draaide intussen met haar ogen.
“Clara wordt over een paar maanden achttien en Kira over een paar weken zeventien. Wil je ze thuis opsluiten?” vraag ik, maar ik krijg geen antwoord.
“Kom, laten we nog een beetje rondslenteren.” Ik geef hem een arm. We lopen met de andere toeristen over de promenade, kijken met grote ogen naar de jachten in de haven en dromen ervan om met zo’n prachtige boot over de Middellandse Zee te varen. We drinken nog een mojito in een loungebar met uitzicht op de haveningang en zijn zelf ook pas om halfdrie thuis. Kira heeft zich inmiddels keurig met een paar SMS’jes gemeld, ongewoon kort voor haar doen. Ik krijg alleen: ‘In Javea’, ‘Vrienden gevonden’, ‘Alles goed, mama’.
Ik slaap onrustig, word tegen zes uur wakker en krijg kort voor zeven uur weer een SMS’je. “Wachten op een taxi, maar hier staan nog meer mensen, dus het duurt nog even.” Ik antwoord kort, haal een glas water en ga buiten op een ligstoel liggen om de zonsopgang te bewonderen.
“Hallo mama,” zegt Kira zachtjes en ze schudt voorzichtig aan mijn schouder.
“O,” zeg ik slaperig. “Zou je me geen SMS sturen of bellen als je in de taxi zat?”
“Ik heb gebeld. Papa nam op en zei dat je buiten in slaap was gevallen. We gaan nu eerst douchen!”
Ze hebben glazige ogen en zijn duidelijk een beetje aangeschoten. Dirk is weer in slaap gevallen. In plaats van onder de douche te gaan springen Kira en Clara in het zwembad. Ze kwebbelen en zijn ontzettend uitgelaten.
Ik ga op een van de ligstoelen bij het zwembad zitten en wil weten hoe het was.
“Gewoon geweldig,” begint Clara. Kira duikt van de ene zwembadmuur naar de andere. “We hebben bijna de hele tijd gedanst en veel gelachen.” Dan vertellen ze over de vreemde types die in kleurige kleren in de bars en clubs rondhingen.
“Het is de bedoeling om tegen elke prijs op te vallen. Eén meisje droeg een gele veren bustier met bijpassende hotpants en laarzen,” vertelt Clara.
“Ja, ze zag eruit als een geplukte kip. Bovendien had ze niet het daarvoor noodzakelijke figuur, was vreselijk bleek en had gigantisch veel muggenbeten of pukkels.” Kira huivert.
We lachen en kletsen verder.
“Als jullie nog wat willen slapen, moeten jullie nu naar bed. Op zijn laatst om twee uur roep ik jullie.” Ik sta op en loop het huis in.
“Maar we hebben honger,” roept Kira me achterna.
“Roereieren?” stel ik voor.
“Ja, lekker,” roepen ze in koor.
Ik doe zes eieren met stukjes chorizo en kleingesneden tomaten in de pan en smeer twee geroosterde sneden brood. Hongerig werken ze alles tot de laatste kruimel naar binnen. Gapend verwijderen ze hun make–up, poetsen nog snel hun tanden en kruipen onder het dekbed. Ik heb de rolgordijnen naar beneden gedaan en de airco aangezet. Als ik mijn baantjes zwem, trekt Dirk de rolgordijnen van onze slaapkamer luidruchtig omhoog.
“Er ruikt iets heel lekker,” bromt hij slaperig. “Heb je al met de meiden ontbeten?”
“Ik moet nog dertig baantjes zwemmen, maar daarna vind ik een paar roereieren ook lekker,” antwoord ik en ik duik onder.
De volgende dagen verlopen kalm: lezen, slapen, eten en vooral veel lachen. De voornaamste activiteit van de twee meiden is echter kletsen en SMS’en.
“Hebben jullie zin om naar het stadje te rijden?” vraag ik als ze net voor twaalf uur wakker zijn geworden.
“Wat wil je gaan doen?” mompelt Kira slaperig.
“Wat rondlopen en in het nieuwe restaurant Nr. 11 lunchen. Daar wil ik al de hele tijd een keer heen!”
“Maar we zijn net wakker,” moppert Clara gapend.
“Nou en,” zeg ik en kijk ze hoopvol aan.
De meiden hebben, vooral meteen na het opstaan, hun eigen vorm van communicatie. Ze kijken elkaar zwijgend aan, halen hun schouders op en gaan dan allebei een andere kant op. Vandaag loopt Kira naar de koelkast, schenkt twee glazen jus d’orange in en neemt ze mee naar de badkamer. Intussen heeft Clara de rolgordijnen omhooggetrokken, de airco uitgezet en de kussens opgeschud. Samen maken ze net zo zwijgend het bed op en ze beginnen vreemd genoeg pas te praten als ze hun tanden poetsen.
“Goed dan,” zegt Kira al poetsend. “Kunnen we ook kleren kopen en bijvoorbeeld langs Mango gaan? Clara wil een nieuw wit T–shirt.”
“Ja. Maar ik wil niet dat je weer van alles koopt wat daarna in je kast oud ligt te worden.”
“Ja ja,” antwoordt ze en ze verdwijnt weer in de badkamer.
Vreemd genoeg zijn de dames al na een paar minuten aangekleed en klaar voor vertrek.
We slenteren wat rond, kopen niets bij Mango, maar in plaats daarvan laat ik me weer eens overhalen om voor allebei een nieuwe bikini te kopen. Zeker twee keer zo duur als een T–shirt, denk ik later. Daarna gaan we rechtstreeks en behoorlijk hongerig naar het nieuwe restaurant. Als ik met Kira en Clara op stap ben, spreek ik ook een vrolijke combinatie van Nederlands en Engels.
“Waar komen jullie vandaan?” vraagt de blonde serveerster, die accentloos Nederlands praat.
Ik vertel het haar en we praten over het voordeel van meerdere talen spreken.
“Kira spreekt ook vloeiend Spaans,” zeg ik trots. “Ze zou hier fantastisch kunnen werken.”
“Mama, echt…”
“Inderdaad,” zegt de blondine nadenkend. “Ik zoek nog iemand.”
Kira kijkt haar aan.
“Het was meer als een grapje bedoeld. Kira heeft geen ervaring in de horeca,” merk ik op.
“Maar dat kan ik leren!” zegt Kira snel.
“Ik meen het serieus. Ik kan echt nog iemand gebruiken die fit is en meerdere talen spreekt. En dat je geen ervaring hebt…we kunnen gewoon afspreken dat je een uur komt proefdraaien, zodat ik kan zien of je het kunt. Wil je dat?” vraagt ze aan Kira.
“Ja, natuurlijk,” zegt Kira stralend.
“Ik heet overigens Lisa,” stelt de blondine zich voor en ze geeft Kira een hand.
“Ik kijk meteen even wanneer het kan en dan maken we een afspraak. Vanaf wanneer kun je beginnen?”
“Hmm…proefdraaien voor een of twee uur kan altijd, maar ik kan pas echt beginnen met werken als Clara weg is, en dat is aanstaande zondag.”
Een paar minuten later heeft Kira haar afspraak: morgen om twaalf uur. Lisa brengt brood, olijfolie en voor allemaal een glas Prosecco, dat ik om de dag te vieren heb besteld.
“Proost op Kira dan maar,” zeg ik en ik houd mijn glas omhoog.
“Dat ging snel,” fluistert Kira.
“Ja, nu wordt het spannend.”
We eten een heerlijk frisse salade en wat Aziatische hapjes. Kira kijkt intussen geïnteresseerd naar de andere serveersters.
De volgende ochtend is Kira al om negen uur wakker, ze zwemt, ontbijt en staat dan tijdenlang voor de kleerkast om een outfit uit te zoeken.
“Lisa zei dat ik iets moet aantrekken wat simpel en zwart is. Kan ik bij jou kijken, want ik heb niets,” zegt ze terwijl ze de deuren van haar kleerkast dichtdoet.
Uiteraard vind ze in mijn kast wel iets, en even later staat ze voor me in een zwart jurkje en een paar schoentjes met hakken.
“Je moet geen schoenen met hakken dragen,” raad ik haar aan, maar Kira weigert koppig om andere aan te trekken.
“Clara en ik rijden naar het winkelcentrum,” zeg ik tegen Kira als ze voor het restaurant uitstapt. “We halen je straks weer op.”
“Veel plezier,” roept ze en ze gaat vastberaden naar binnen.
In het winkelcentrum is weinig te doen, Clara en ik slenteren een beetje door de winkels, vinden alles stom en saai en rijden na bijna een uur weer naar de stad.
“En wat doen we nu? Ik zou wel willen zien hoe Kira aan het werk is,” zeg ik.
Clara is enthousiast. “Maar ze mag ons niet zien,” zegt ze.
Ik parkeer een paar nieter van het restaurant af, zodat Kira ons niet kan zien. We sluipen naar de overkant van de straat en hurken tussen geparkeerde auto’s, alleen om een blik op Kira te kunnen werpen. We hebben enorm veel plezier en fotograferen Kira stiekem als ze gasten eten en drinken serveert.
“Jullie hebben me gestalkt,” roept ze ontzet als we haar afhalen en over onze actie vertellen.
We blijven nog een tijdje, bestellen iets te drinken en wachten op Lisa, die met Kira wil praten.
“Je hebt het goed gedaan. Je bent beleefd, vriendelijk en het is buitengewoon handig dat je zoveel talen spreekt. Alleen met de kassa ben je nog op voet van oorlog, maar dat komt vanzelf,” zegt Lisa. Ze kijkt in haar agenda. “Wanneer kun je beginnen?” vraagt ze en ze legt ons dan alle andere wetenswaardigheden uit.
“Jippie, ik heb mijn eerste baan,” roept Kira stralend. Op weg naar de auto huppelt ze.
Maandag is haar eerste werkdag.