2006
Ik heb er speciaal een nieuw setje voor gekocht. Een zwarte Marlies Dekkers. Maar het lukt me eerder een zeepaardje op te winden dan mijn eigen vriend. Ik ga voor hem staan en streel mijn borsten. Max ziet niets, is alleen maar op zijn geslacht gefocust. Ik draai mijn rug naar hem toe en ga op zijn knie zitten. Met mijn billen beweeg ik zachtjes over zijn dij. Succes verzekerd.
Maar dat was vóór dit plastische rukmoment. Vlak voor het hoogtepunt duwt Max me met een geweldige zet van zich af.
Ik weet me nog net staande te houden en kijk, zittend op mijn hurken, of hij goed spuit. Max mikt perfect in het potje.
Een gevoel van trots trekt door mijn lijf. “Knap gedaan, lief,” zeg ik terwijl ik mijn duim omhoogsteek.
Max knikt bevestigend en draait het rode dekseltje op de plastic pot.
We kleden ons vliegensvlug aan. Ik verberg zijn zaad veilig tussen mijn bh en trek mijn kasjmier trui er overheen aan. Samen rijden we naar het ziekenhuis en leveren het potje af.
Weer wachten.
Een week later loop ik Pol binnen. Aan de bar staan bierdrinkende studenten. Ik steek mijn hand op naar Bart, die achter de bar staat.
Hij blaast een handkus mijn kant op en wijst naar achteren. Daar zitten Kate en Lisa op de donkerbruine chesterfield. Ze stoppen direct met praten en kijken me nieuwsgierig aan.
“900.000 zaadcellen,” zeg ik terwijl ik tussen hen in plof. “Dat betekent dat we direct in aanmerking komen voor een IVF-behandeling.”
Vlug kijken ze naar elkaar, dan weer naar mij.
“Weet je wel zeker dat je dit wilt doen? Het schijnt heel zwaar te zijn. Mijn secretaresse heeft nu al acht mislukte pogingen achter de rug. En neem van mij aan, die is echt zichzelf niet meer de laatste tijd.” Kate rolt met haar ogen. “Ik moet zo voorzichtig zijn met wat ik tegen haar zeg. Om het minste of geringste barst ze in een genadeloos snikken uit. Laatst is ze tijdens een bespreking kwaad weggelopen omdat ik vroeg of de notulen diezelfde dag verwerkt konden worden.” Kate schudt niet-begrijpend haar hoofd. “Die hormonen zijn heftig, weet waar je aan begint.” Ze neemt een slokje Baileys en er verschijnt een meelevende glimlach op haar gezicht. “Je gaat een emotioneel traject in. Want een vruchtbaarheidsbehandeling geeft je de hoop slechts één medische ingreep van een zwangerschap te zijn verwijderd, iedere poging weer. Van tevoren is moeilijk in te schatten waar je aan begint.”
“Tja,” reageert Lisa bedenkelijk. “Dat is natuurlijk wel zo, maar als Barbara graag zwanger wil worden, is dit blijkbaar de enige manier.”
Ik haal mijn schouders op. “Ik wil het ondergaan omdat ik er alles voor overheb om een kindje te krijgen. En omdat elke andere mogelijkheid daartoe uitgesloten is.”
Bart buigt zich naar me toe en vraagt wat ik wil drinken.
Dankbaar kijk ik hem aan. “Een mojito met extra munt graag.” Ik kijk naar de bezorgde gezichten van mijn vriendinnen en glimlach hen bemoedigend toe.
Lisa maakt draaiende bewegingen met haar glas waardoor de ijsklontjes zachtjes tegen de rand tikken. “Eigenlijk is het niet eerlijk dat Max geen behandeling hoeft te ondergaan. Hij is toch verminderd vruchtbaar. En jij moet je volspuiten met hormonen,” vindt ze.
Daar ben ik het eigenlijk wel mee eens. “Er bestaat helaas geen vruchtbaarheidsbehandeling voor mannen,” verzucht ik.
“900.000 zaadcellen, dat zou toch genoeg moeten zijn?” vraagt Lisa zich af.
“Gemiddeld heeft een man 150 miljoen zaadcellen per zaadlozing,” leg ik uit. “Dus Max komt er zo’n 149 miljoen tekort.”
Haar ogen worden groter. “Vanwaar die enorm overdreven hoeveelheid terwijl er maar één gebruikt wordt? Dat betekent dat de rest nutteloos is, afval.” Ze maakt een denkbeeldige prop. “Wij vrouwen hebben een eisprong waarvan gemiddeld één à twee eitjes perfect zijn voor bevruchting. Ze wacht geduldig op de knapste zaadcel die de race naar haar huisje probeert te winnen. Ze kan hem opslokken of tot zich nemen, al naar gelang haar smaak.”
Lachend kijken we haar kant op. Lisa is een ster in het visualiseren van haar gedachten.
“Het is voor mij ook moeilijk te begrijpen dat zijn zaad niet in staat is mijn eitje te bereiken,” antwoord ik. “Zo lang ben ik niet. Max wel, dat scheelt dan ook weer in routeaflegging, zou je denken.”
Kate pakt een handvol geroosterde amandelen. “Dan moet je met je benen in de lucht gaan liggen om zijn zaad een handje te helpen.”
Ik schud mijn hoofd. “Volgens onze dokter kan ik op mijn kop gaan staan tot ik een ons weeg. De kans dat wij via de natuurlijke weg een kindje kunnen krijgen, is minder dan een half procent.”