Conny Coll 06 Noorderlicht

Conrad Kobbe

Book 6 of Conny Coll

Language: Dutch

Published: Aug 13, 2012

Description:

Plotseling leek een huivering van licht, opgekomen achter de bergen, door de oneindigheid te gaan. En hoog aan het firmament, bij de Poolster, verscheen een bol van gouden en saffieren gloed, die groter en groter werd, tot hij in duizend vuurpijlen uit elkaar viel. Laag langs de horizon dreven donkere wolken; als sluipende wolven kwamen zij uit het noordoosten met de eerste vrachten sneeuw. De hemel scheen in brand te staan. De vergrijsde kluizenaar John Patrick en de jonge halfbloed-Eskimo Red Kennebec, ondergingen de betovering van de arctische nacht en de inboorling deed het verhaal van de verloren zielen die voor Mudsji Manitou, de boze geest, door de ruimte dansten. Merkwaardige mensen, die een voorname rol spelen in een merkwaardig verhaal. John Patrick had een grote naam achtergelaten in de beschaafde wereld toen hij deze de rug toekeerde. Zijn zoon was in het gezelschap van ontaarde rijkeluiskinderen tot een krankzinnige misdaad gekomen, had althans de schuld gekregen en ging als moordenaar naar de Sing Sing. In gezelschap van een beroepsbandiet ontsnapte hij en toen de nieuw verworven vrijheid aan de misdaad besteed bleek te worden, verdween professor dokter John Patrick Woodward en dook ergens in de wildernis van Alaska de kluizenaar John Patrick op om zijn leven te wijden aan de studie der arctische dierenwereld. Hij vond er goede vrienden en vrede voor het gemoed, zij het geen paradijs. Er waren roofzuchtige Eskimo's en bloeddorstige dieren. Toch was het leven goed. Totdat grond-speculanten 'n beweerde goudvondst uitbuitten en de vallei van de Rode Hert rivier ten prooi dreigde te vallen aan verwording en misdaad. Maar John Patrick had niet voor niets veel geleden en veel opgeofferd. Conny Coll bracht hem triest nieuws in een nacht vol noorderlicht en bereidde hem voor op een pijnlijke ontmoeting. Er gebeurden vreemde dingen - maar tenslotte keerde John Patrick niet terug naar milder streken. En de lezer zou in zijn plaats ook niet meer los komen van de ruwe bekoorlijkheid van het land van het noorderlicht, van de reusachtige elanden, de wolven, de huskies, de barre winters en de rijke zomers.